erfgoedobject

Parochiekerk Onze-Lieve-Vrouw Hemelvaart met kerkhof

bouwkundig element
ID
76304
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/76304

Juridische gevolgen

Beschrijving

Imposante, witgeschilderde kerk ingeplant in het midden van het dorpsplein, door haar juiste oriëntatie hier ongebruikelijk met het koor naar het plein gericht. Omgeven door het oude, rechthoekig kerkhof met kunstige omheining met ijzeren hekken op lage bakstenen voet tussen vierkante pijlers en haag aan de kerkhofzijde, en muur met spaarvelden aan de zuidzijde, naar ontwerp van architect O. Oosterlinck (Gent) van 1905, uitgevoerd door aannemer E. Van Nieuwenhuyse. Centrale toegang aan de oostzijde met dubbel ijzeren hek aan vierkante hekpijlers gestut door versneden steunberen, met hardstenen bekroning met driepasmotief.

Historiek

Eerste vermelding van de parochie in het tweede kwart van de 13de eeuw met de visitaties van Walter van Marvis, bisschop van Doornik. Bij de betwisting tussen de bisschoppen van Doornik en Utrecht over een aantal kerken in het Meetjesland werd deze parochie in 1264 definitief onder het gezag van de bisschop van Doornik geplaatst. Stilistisch zijn de oudste delen van de kerk met name de kruising met achtzijdige toren, het transept met traptorentje en de kern van vijf traveeën van het schip, in deze periode te situeren. Ze werden opgetrokken in vroege Vlaamse baksteengotiek aansluitend bij deze van de kuststreek met nog reminiscenties aan laatromaanse vormen als lisenen en rondbogen.

Kerkrekeningen van 1601-11 vermelden herstellingswerken en het dichten van vensters, vermoedelijk na vernielingen tijdens de beeldenstorm. De oude sacristie werd volgens F. De Potter gebouwd in 1659. Onder pastoor De Waegenaer (1678-1714) werd een nieuw koor gebouwd, op de koornis gedateerd 1707; het gewelf van het schip is op consoles gedateerd "anno 1710". Volgens archiefdocumenten werden schip en zijbeuken in 1729 onder één dak geplaatst en met nieuwe schaliën gedekt. De gedichte spitsboogvormige bovenlichten met geprofileerde dagkanten zijn nog te zien onder het dak. Naar analogie van de koorvensters werden ook de spitsboogvensters van het schip vervangen door de huidige getoogde barokke vensters. De versierde schaliën bedaking van de toren dateert van 1736. De huidige sacristie werd in 1782 gebouwd.

Het provinciaal archief (1830-1850) bewaarde de documenten over de bouw van een nieuwe sacristie aan de noordzijde conform aan de oude in 1834 en de vergroting van de kerk met drie traveeën en een nieuwe westgevel volgens de plannen van architect P.J. Guislain (Gent) van 1841, uitgevoerd door aannemer Joseph Nimmegeers (Zaffelare) in 1846.

In de loop van de 19de eeuw werd het interieur verder verfraaid met onder meer een nieuwe preekstoel, volgens F. De Potter, eveneens naar ontwerp van J. Nimmegeers, het orgel van 1833, een nieuwe communiebank naar ontwerp van Modeste de Noyette (Gent), van 1873, koorglasramen door Samuel Coucke (Brugge) van 1887. De glasramen van het transept dateren van 1929 en zijn een ontwerp van Hendrik Coppejans (Gent). Ze werden na oorlogsschade in 1949 door hetzelfde atelier gerestaureerd. De glasramen van het schip met geometrisch motief, een ontwerp van glazenier Michel Martens (Brugge), werden in 1968 geplaatst. De overige oorlogsschade aan de torenspits en klokkenkamer werd onmiddellijk hersteld door architect Bressers. In een eerste grondige restauratiefase werd de kruisingstoren in 1997 aangepakt. Momenteel is de tweede restauratiefase van het transept en het koor en de bedakingen aan de gang onder leiding van de architecten M. De Pape en B. Van de Steene.

Beschrijving

De plattegrond ontvouwt een driebeukig schip van acht traveeën, kruising met toren en uitspringende transeptarmen en een koor van twee traveeën met driezijdige sluiting, links en rechts geflankeerd door een grote berging en de sacristie. Zuidelijke oksel tussen koor en transept met rond traptorentje en vroegere sacristie aansluitend bij het zuidelijk transept. Een nieuwe doopkapel sluit aan bij de derde travee aan de zuidzijde van het schip. Volledig opgetrokken uit baksteen, thans witgeschilderd met uitzondering van de westgevel, onder één leien zadeldak met knik ter hoogte van de zijbeuken en hoge achtzijdige leien naaldspits met ingelegde geometrische motieven.

Eenvoudige westgevel gemarkeerd door een middenrisaliet met monumentale toegangspoort in rechthoekige arduinen omlijsting met Toscaanse pilasters die een klassiek hoofdgestel en rechte kroonlijst dragen, met bekronend steekboogvenster en gelijkaardige vensters in bakstenen omlijsting onder waterlijstje in de zijtraveeën. Verankerde gewitte zijgevels geritmeerd door hooggeplaatste barokke steekboogvensters in bakstenen omlijsting met oren en geprofileerde waterlijst; duidelijke verticale bouwnaad tussen de derde en vierde travee en een horizontale naad van de verhoging van de zijmuren. Derde zuidelijke travee met uitgebouwde doopkapel van één travee met driezijdige sluiting en leien schilddak, met typische halfcirkelvormig venstertje in de zijgevels.

Korte transeptarmen met rechte sluiting, op de hoeken ondersteund door versneden steunberen; puntgevels met steekboogvenster onder waterlijst ingeschreven in een hoge korfboognis afgewerkt met spitsboogjes, gevormd door elkaar kruisende rondbogen. Noordelijk transept met in de noordmuur sporen van een dichtgemetst spitsboogvormig portaal, met afgestompte top door het plaatsen van het grote 18de–eeuwse venster erboven.

Zuidelijk transept met gedicht spitsboogvenster in de oostgevel en tegen de zuidgevel aangebouwde vroegere sacristie onder zadeldakje. In de oksel met het koor bevindt zich een merkwaardig rond traptorentje geleed door waterlijsten in drie registers met spitsboognissen, onder de dakgoot met typische vroeggotische elkaar kruisende boogfriezen. Aan de voet van het traptorentje bevindt zich de laat 18de-eeuwse sacristie van twee traveeën onder leien zadeldak. Een gelijkaardige 19de–eeuwse berging onder schilddak bevindt zich in de noordoosthoek.

Kruisingstoren op vierkante basis; overgang van vierkante naar achtkantige geleding door middel van half piramidale leien dakjes. Achtzijdige klokkenkamer met twee registers per zijde gevat in een rechthoekige spaarveld, onder de daklijst afgewerkt met een bakstenen tandlijst op geprofileerde kraagsteentjes. Korfboogvormige galmgaten met ingeschreven tweeledige spitsboogopeningen en vernieuwde galmborden; drie uurwerkplaten aan koor- en transeptzijde.

Koor met identieke hoge steekboogvensters in de zijgevels en afgeschuinde wanden en blinde rechte sluiting met beenderhuisje met calvarie met houten Christus aan het kruis, van 1829, onder leien schilddakje. Erboven korfboognis in kalksteen van Loos met barokke omlijsting met voluten en cartouche met jaartal 1707 onder waterlijstje. Mooi kalkstenen Onze-Lieve-Vrouwebeeld met Kindje Jezus (in restauratie).

Interieur

Overwegend 18de-eeuws interieur met driebeukig schip gescheiden door rondboogarcaden op Toscaanse zuilen (drie westelijke traveeën zijn 19de–eeuwse kopieën). 19de–eeuws portaal met Ionische zuilen en rondboognissen met beelden van de Heiligen Petrus en Paulus, bekronend hoofdgestel en doksaal met omlopende balustrade en imposant orgel. Overwelving met kruisribgewelven gescheiden door brede versierde gordelbogen op uitgewerkte consoles, onder meer gedateerd: "anno 1710", in de zijbeuken op rocailleconsoles uit de tweede helft van de 18de eeuw. Doopkapel aansluitend bij derde travee van zuidelijke zijbeuk, geopend met neoclassicistische portaal afgesloten door een fraai ijzeren hek; halfcirkelvormige venstertjes met glas-in-loodramen met engelenhoofdje in de zijgevels. Kruising op zware vierkante pijlers met spitsbogen en gotisch kruisribgewelf rustend op krulkoolbladconsoles. Transeptarmen met hogere kruisribgewelven rustend op eenvoudige geprofileerde consoles; zuidelijk transeptgewelf met ronde opening voor het ophalen van de klokken. Koor geleed door gemarmerde pilasters met Korinthisch kapiteel met engelenhoofdje, waarop gelijkaardige brede gordelbogen rusten. Geschilderde medaillons in de zwikken.

Mobilair

Schilderijen: Onze-Lieve-Vrouw ten hemel opgenomen staand op maansikkel en omringd door engelen, 17de-eeuws schilderij op doek van het noordelijk zijaltaar, naar Nikolaas De Liemaeckere; Toediening van de laatste sacramenten, schilderij op doek van zuidelijk zijaltaar, van 1868, door Vermeirsch van Zaffelare;

Beeldhouwwerk: beelden van de Heiligen Petrus en Paulus, witgeschilderd hout, in de nissen onder het doksaal, midden 19de eeuw; polychrome neogotische heiligenbeelden op sokkel van onder meer de Heilige Theresia, Heilige Rochus, Heilige Antonius, Heilig Hart van Jezus en Heilig Hart van Maria, Onze-Lieve-Vrouw van Lourdes en calvarie; Piëta op sokkel onder de preekstoel.

Meubilair: Hoofdaltaar met trommeltabernakel, volgens opschrift geschonken door Macharius Peers in 1818, geschilderd en gedeeltelijk verguld hout op witmarmeren altaartafel; noordelijk zijaltaar, portiekaltaar toegewijd aan Onze-Lieve-Vrouw, bekroond met twee engelen en banderol, van 1861-65 geschilderd hout op marmeren altaartafel; zuidelijk zijaltaar, portiekaltaar toegewijd aan de Heilige Agatha, bekroond met twee engelen en bloemenkrans, van 1868, geschilderd hout op marmeren altaartafel.

Koorbanken: eiken banken met snijwerk door Francq, 1851; kerkmeesterbanken, 1851 Lambrisering in het koor met Korinthische pilasters. Communiebank naar plan van Modeste De Noyette, van 1873, uitgevoerd door C. Lippens met gesculpteerde panelen, Jezus- en Mariamonogram en tussenin apostelfiguren. Preekstoel, door J. Nimmegeers van 1830, met fraaie gesculpteerde dubbele trap, op de kuip met allegorische voorstelling van Geloof, Hoop en Liefde en De Goede Herder, eikenhout en reliëfs in witte marmer.

Biechtstoelen: onder meer één van het gesloten type, rijkelijk versierd met Korinthische pilasters, fries met voluten en griffioenen, engeltjes en cartouche met opschrift: "Ghegeven by Jan Mariman F s Ians, 1673" en twee vroeg 19de–eeuwse biechtstoelen. Orgel en orgelkast vernieuwd in 1902 door Anneessens. Doopvont, marmer en koper, eerste helft 19de eeuw. Kruisweg, geschilderd in houten omlijsting.

  • Gemeentearchief Assenede (Bassevelde), 862.1, aanleg kerkhof (1903-1909).
  • Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Administratie Ruimtelijke Ordening, Huisvesting en Monumentenzorg Oost-Vlaanderen, Cel Monumenten en Landschappen, archief.
  • Rijksarchief Gent, Modern gemeentearchief Bassevelde nummer 7, register der beraadslagingen van Bassevelde.
  • Rijksarchief Gent, Provinciaal archief 1830-50, nummer 2533/6.
  • DE POTTER F. – BREOECKAERT J., Geschiedenis van de gemeenten der provincie Oost-Vlaanderen, Arrondissement Eekloo, deel 1, Gent, 1870-1872, p. 21-29.
  • DHANENS E., Inventaris van het kunstpatrimonium van Oostvlaanderen, Tweede Aflevering: Kanton Kaprijke, Gent, 1956, p.5-24.
  • NOTTEBOOM F., NOTTEBOOM H. & STOCKMAN L., Bassevelde tussen polder en zandstreek, Maldegem, 1993, p. 22-30.
  • VERSCHRAEGEN H., Fotorepertorium van het meubilair van de Belgische bedehuizen, Provincie Oost-Vlaanderen, Kanton Eeklo, Brussel, 1977, p. 16-20.

Bron: BOGAERT C. & LANCLUS K. 2005: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie Oost-Vlaanderen, Gemeenten: Assenede, Eeklo, Kaprijke, Maldegem en Sint-Laureins, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 21n, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Bogaert, Chris; Lanclus, Kathleen
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)

Aanvullende informatie

Boven de 17de-eeuwse gewelven van de zijbeuken is de oorspronkelijke lichtbeuk van het 13de-eeuwse middenschip nog volledig bewaard. Gebouwd in baksteen, in Vlaams verband voor het doorlopende metselwerk. De dagkanten van de spitsboogvensters bestaan uit profielbakstenen met rondstaven en afgeschuinde hoeken. De steunen van de kroonlijst bevatten onderaan op de strek gestapelde bakstenen met een rondstaafprofiel en bovenaan bakstenen met een kwarthol profiel.

De wanden van de vierzijdige torenbasis worden geleed door grote spitsboogvelden die reiken tot aan de aanzet van de octogoon. De trompen bestaan uit nauwkeurig gemetste overkragende rondbogen. Boven de trompen vormen segmentbogen de finale overgang naar de octogoon.

De kroonlijst van het middenschip behoort tot een type dat frequent voorkomt in baksteenarchitectuur in het noorden van het Brugse Vrije in de jaren 1260-1300. De bouw van de bakstenen kruiskerk van Bassevelde kan daarom worden gedateerd na de parochiestichting in 1264.

  • DEBONNE V. 2015: Uit de klei, in verband. Bouwen met baksteen in het graafschap Vlaanderen 1200-1400, onuitgegeven doctoraatsverhandeling, Katholieke Universiteit Leuven, Departement Architectuur.

 

Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)

Omhaagd en ommuurd kerkhof omheen de parochiekerk met een collectie aan voornamelijk 20ste-eeuwse graftekens.

Bassevelde had zeker een kerk in de 13de eeuw. Er mag dan ook vanuit gegaan worden dat het kerkhof minstens tot dezelfde periode teruggaat. Het kerkhof van Bassevelde heeft zeker reeds sinds het einde van de 18de eeuw een rechthoekige vorm. Het met een muur en een haag omheinde kerkhof herbergt vandaag voornamelijk recente graftekens uit de naoorlogse periode.

Het westelijke en zuidelijk muurdelen, ter afscheiding met private aanpalende percelen werd opgetrokken in 1905 naar ontwerp van architect O. Oosterlinck uit Gent. Het is een manshoge bakstenen muur opgedeeld door pilasters en voorzien van segmentboogvormige spaarvelden, het geheel afgedekt met betonnen muurafdekkingen.

De bakstenen omheining aan de noord-, oost- en zuidzijde dateert uit 1907 en vervangt een oudere kerkhofmuur. De omheining bestaat uit een lage bakstenen muur geritmeerd met pijlers, afgedekt met hardstenen dekstenen: ezelrugmodel voor de muurafdekking en spits toelopend voor de pijlers. Tussen de pijlers zit smeedijzeren traliewerk met kruisvormige bekroningen en gekrulde decoraties. De hoofdtoegang in de oostelijke muur is afsluitbaar met een smeedijzeren hek met dezelfde decoratie als reeds beschreven, opgehangen aan pilasters. De bakstenen pilasters zijn voorzien van naar boven verjongende steunberen met afzaten en deksteen uit hardsteen.  De dekstenen hebben onderaan een vierkant profiel en verjongen naar boven toe waar ze een kruisvormig profiel hebben. 

In de westelijke muur werd een neoclassicistisch bakstenen (toilet)gebouw van één laag onder een pannen zadeldak geïntegreerd. De lijstgevel naar het kerkhof is uitgewerkt met verzorgd metselwerk, zeven rondbogige muuropeningen en een druiplijst. Een houten kroonlijst lijnt het geheel bovenaan af. De muuropeningen zijn gescheiden door eenvoudige bakstenen pilasters op basementen, uitlopend op kapitelen die een bakstenen muurlijst dragen. De zuidelijke zijgevel heeft een topvenster afgesloten door een houten luik. In de noordelijke puntgevel zit een recente deuropening.

Tegen de oostelijke koorgevel staat onder een luifel een calvarie, gedateerd 1829. Tijdens de vergrotingswerken voor de kerk die starten in 1827 werd het beenderhuis dat tegen het koor stond vervangen door de kalvariekapel. De neoclassicistsiche nisvormige kapel met een tongewelf wordt geflankeerd door muurwerk met bossages, voorafgegaan door klassieke pilasters op basementen. De binnenzijde van de nis heeft aan de zijkanten eenvoudige pilasters. De achterzijde draagt nog sporen van een geschilderd zicht op Jeruzalem. Eroverheen werd op een later ogenblik een Heilige Maria en Heilige Johannes geschilderd. In de nis hangt een houten levensgrote driedimensionale gekruisigde Christus. De kapel wordt afgesloten met een eenvoudig houten poortje.

Een foto uit 1938, bewaard in het archief van Onroerend Erfgoed, vertoont slechts een beperkt aantal graftekens op het kerkhof en vooral betonnen kruisen. Deze bleven ook bewaard, voornamelijk ter hoogte van de kerk. Dat verklaart ook het huidige beeld met voornamelijk naoorlogse graftekens. De aanwezige graftekens getuigen van de zoektocht tijdens het naoorlogs modernisme van de jaren 1970 en 1980 naar nieuwe materialen ter vervanging van de blauwe hardsteen. Vooral de witmarmeren graftekens vallen daarbij op. Die zoektocht resulteerde uiteindelijk in een overgewicht naar graniet.

Het terreinonderzoek werd uitgevoerd in 2017.

  • Onroerend Erfgoed Oost-Vlaanderen, fotoarchief, Bassevelde, Parochiekerk Onze-Lieve-Vrouw Hemelvaart.
  • Kabinetskaart van de Oostenrijkse Nederlanden voor Zijn Koninklijke Hoogheid de Hertog Karel Alexander van Lotharingen, Jozef Jean François de Ferraris, Koninklijke Bibliotheek van België, uitgegeven in 1770-1778, schaal 1:11.520 herleid naar 1:25.000.
  • AVAPARTNERS ARCHITECTS & PLANNERS 2018: Bassevelde Dorpsgezicht, O.L.V. Hemelvaartkerk Beheersplan [online], https://id.erfgoed.net/plannen/1241 (geraadpleegd op 6 augustus 2020).
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)

Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Parochiekerk Onze-Lieve-Vrouw Hemelvaart met kerkhof [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/76304 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.