erfgoedobject

Domein Hof ter Geesten

bouwkundig / landschappelijk element
ID
48977
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/48977

Juridische gevolgen

Beschrijving

Landhuis, voormalig pachthof, hekwerk aan pijlers, park met grachten, bomen- en plantenbestand, bruggetjes, theepaviljoen, heiligenbeelden, Onze-Lieve-Vrouw van Lourdesgrot.

Historiek

Het domein Hof ter Geesten is gelegen in de dorpskern, nabij de Sint-Margrietkerk. Volgens de literatuur en kaartmateriaal klimt de omwalde site minstens tot de 18de eeuw op, zie de Ferrariskaart van 1771-1778 en het Land- en Kaartboek uit 1772-1783. Het Hof ter Geesten wordt volgens De Potter en Broeckaert reeds in 1727 vermeld als eigendom van Karel-Philip le Clercq, hoofdschepen van Dendermonde. Tot de Franse Revolutie zou het vervolgens bewoond geweest zijn door de adellijke familie Gillard van Nieuwvelde, afkomstig uit Bourgondië, zie een akte van bekendheid uit 1777 en het in het Stadsarchief van Dendermonde bewaarde kaartenboek uit 1772-1783.

In het begin van de 19de eeuw eigendom van de familie Karel De Smet-Liénart, president van de rechtbank van Dendermonde. Een op het domein gevonden steen met inscriptie "Silvie et Elmire De Smet le 23 avril 1836" is zeer waarschijnlijk met deze familie gerelateerd. Via huwelijk en erfenis behoorde het vervolgens toe aan de familie De Meren-De Smet.

Volgens de tekening van landmeter Peelman uit 1772-1783 had het volledig omgrachte domein oorspronkelijk de configuratie van een opper- en neerhof die door een gracht van elkaar gescheiden waren. Het hoofdgebouw (nummer 37), met T-vormig grondplan, bevond zich op dezelfde plaats als het huidige 19de-eeuwse landhuis en had dezelfde oriëntatie. Een gedeelte van de oorspronkelijke structuur bleef in het 'nieuwe' gebouw bewaard, zoals onder meer enkele muren, een moerbalk en gewelfde kelders met gang onder de bijkeuken en het zuidelijke salon.

Volgens het kadasterarchief werd dit buitengoed pas circa 1885 vergroot. Op basis van de stijlkenmerken is deze verbouwing echter in de het tweede kwart van de 19de eeuw te dateren. Waarschijnlijk is de jaarsteen met jaartal "1836" met deze bouwfase gerelateerd.

De bedrijfsgebouwen bevonden zich op het neerhof. De vrije maalderij die bij het hof hoorde werd circa 1776 verkocht aan Servaes De Munter. De bedrijfsgebouwen werden volgens kadastergegevens circa 1844 afgebroken en vervangen door een langwerpig bouwvolume, dat gelijktijdig met de verbouwing van het hoofdgebouw werd vervangen door twee gebouwen. Het bakhuis aan de straatkant werd circa 1901 opgetrokken. De woonvertrekken van het pachthof (nummer 35) werden reeds in de jaren 1953 vervangen door een villa, waarbij een jaarsteen met jaartal 1761 werd gevonden die mogelijk verwijst naar het oprichtings- of bouwjaar van het vroeger pachthof. Begin 2001 werden de aanpalende stallingen gesloopt.

Beschrijving

Het landhuis met omringend park is opgetrokken in neoclassicistische stijl, met reminiscenties aan de empirestijl. Het hoofdgebouw telt vijf traveeën en tweeënhalve bouwlaag onder een afgeplat schilddak met hekwerk met pijlmotief tussen de schouwen. De brede voorgevel met symmetrische evenwichtige opbouw en typerend beschilderd gevelpleisterwerk sluit aan bij de sobere neoclassicistische stijl. Het kasteel wordt verticaal gemarkeerd door het benadrukte middenrisaliet en horizontaal door de regelmatig geplaatste vensterregisters, plint, cordonlijsten en hoofdgestel. Centrale rondboogvormige voordeur onder een geprofileerde lijst, aan weerszij geflankeerd door twee halve pilasters met Ionisch kapiteel. De beglaasde vleugeldeur is versierd met een gesmeed ijzeren deurlicht met pijlenbundels en waaiervormig bovenlicht in empirestijl. De begane grond wordt voorts bepaald door beluikte rondboogvormige vensters met een waaier in het bovenlicht. De rechthoekige bovenvensters zijn gevat in een geprofileerde omlijsting; de kleinere vierkante bovenvensters zijn deels blind. De achter- en blinde zijgevels zijn volledig beraapt. De minder decoratief uitgewerkte achtergevel vertoont een gelijkaardige opbouw als de voorgevel, met uitzondering van de blinde vensters in het middenrisaliet, rechthoekige muuropeningen op de begane grond en een gevelnis op de zuidhoek. De vensters van het zuidelijke salon werden in de jaren 1950 bij herinrichtingswerken aan het interieur vergroot.

Tegen de zuidelijke zijgevel is een glazen serre aangebouwd ter vervanging van een ouder exemplaar. Aan de noordelijke zijgevel is er een hedendaagse uitbreiding voor een garage.

Interieur. Het landhuis heeft een kenmerkende dubbelhuisindeling. De centrale hal herbergt een zeer fraaie houten slingertrap in empirestijl met gietijzeren trappaal met bladmotief aan de basis. De ruimte is verfraaid met een vloer in marmer en een gestucte zoldering met rozet uitgewerkt met sierlijk bladwerk en hoofdjes. Uit dezelfde stijlperiode dateren zeer waarschijnlijk de witte marmeren schouw met voluten en klauwen én de gestucte zoldering met rozet met acanthusbladeren en druivenranken in de zuidelijke salons.

Vlakbij de hoofdbaan ter hoogte van de vroegere bedrijfsgebouwen op het neerhof, situeerde zich het voormalige pachthof (nummer 35) met stallen aan een gekasseid erf en poortdoorrit. Zoals eerder aangehaald werd de pachterswoning reeds in jaren 1950 vervangen door een villa en werden recent het bakhuis van circa 1901 gerenoveerd en de bouwvallige stallen afgebroken. De configuratie met poort, gekasseid erf en bakhuis bleef echter behouden. Het domein is toegankelijk via een kiezel- en gekasseid pad voorbij het hekwerk aan twee bepleisterde bakstenen hekpijlers waarvan één zijn sierornament behield. Het ijzeren hekwerk is naar verluidt afkomstig van de afgebroken Gentse Poort te Dendermonde.

Gelijktijdig met de kadastrale notering van de vergroting in 1885 werd het park als 'lusttuin' omschreven. Daarvoor was het zogenaamd als boomgaard bestemd. Zeer waarschijnlijk werd de aanleg van dit park samen met de bouw van het landhuis in het tweede kwart van de 19de eeuw gerealiseerd. Het parkdomein met landschappelijke aanleg en glooiende gazons herbergt verschillende pittoreske tuinfolies zoals een prachtig open theepaviljoentje of een 'gloriette' met klokje ten zuiden van het landhuis. Het paviljoen hoorde vanouds bij het domein maar werd verplaatst en terug voorzien van zijn kleurrijke decoratie en een nieuwe ijzeren draak.

Een wandeling langs de verschillende paden en bruggetjes over de omlopende brede gracht met eilandjes leidt ook naar een Onze-Lieve-Vrouw van Lourdesgrot, met Onze-Lieve-Vrouw van Lourdesbeeld, een Heilig Hart- en Heilig Hart van Mariabeeld op sokkels.

Het park herbergt eveneens een waardevol bomen- en plantenbestand. Het betreft onder meer gewone plataan (Platanus hispanica (x)), Corsicaanse den (Pinus nigra subsp. laricio), westerse levensboom (Thuja occidentalis), Sawaraschijncipres (Chamaecyparis pisifera), tulpenboom (Liriodendron), treures (Fraxinus exelsior 'Pendula'), Weymouthden (Pinus strobus), Kaukasische spar (Picea orientalis), gewone moerascipres (Taxodium distichum), Portugese laurierkers (Prunus lusitanica), reuzenzilverspar (Abies grandis), atlasceder (Cedrus atlantica), moerascipres (Taxodium), Douglasspar (Pseudotsuga menziesii), zuilvormige eik (Quercus), Amerikaanse eik (Quercus rubra), doodsbeenderenboom (Gymnocladus), amberboom (Liquidambar), Californische schijncipres (Chamaecyparis lawsoniana), bruine beuk (Fagus sylvatica 'Atropunicea'), zomereik (Quercus robur).

  • Stadsarchief Dendermonde, Oud gemeentearchief Grembergen, nummer 513-514.
  • Vlaamse Overheid, Ruimte & Erfgoed, Afdeling Oost-Vlaanderen, Onroerend erfgoed, archief.
  • BUYS J.C. 1994: Het Hof ter Geesten te Grembergen en de familie Gillard Van Nieuwvelde, Cronycke, Mededelingenblad van de Oudheidkundige Kring van het Land van Dendermonde 6, 6-8.
  • DE POTTER F. & BROECKAERT J. 1889: Geschiedenis van de gemeenten der provincie Oost-Vlaanderen. Vierde Reeks - Arrondissement Dendermonde, Eerste deel, Gent.
  • WERKGROEP GESCHIEDENIS GREMBERGEN s.d.: Grembergen vroeger en nu. Anno 2000, s.l.
  • WERKGROEP GESCHIEDENIS GREMBERGEN 1998: Het oude Grembergen in beeld, Nieuwkerken-Waas, 71-74.

Bron: BOGAERT C., DUCHÊNE H., LANCLUS K. & VERBEECK M. 2006: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie Oost-Vlaanderen, Gemeenten: Berlare, Buggenhout, Lebbeke, Waasmunster, Hamme en Zele, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 20n, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Verbeeck, Mieke; Duchêne, Helena
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Domein Hof ter Geesten [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/48977 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.