Ten tijde van de inventarisatie bestaande uit de Tiensestraat en de Hoogbrugstraat, naderhand samengevoegd tot één straat.

Tiensestraat

Voormalige Staepelstraat, soms zogenaamd "Staepelheirweg", wat duidt op de oude kern; één der oudste en belangrijkste invalswegen, die van de markt naar de Staepelpoort leidde, na de Brusthempoort de belangrijkste vesting van de stad, waar de wegen uit Zoutleeuw en Montenaken samenkwamen. De naam zou teruggaan op de familie Van Staepelen, die op de plaats van het huidige station een versterkt herengoed bewoonde. Waar de Cicindria de straat kruiste - huidig kruispunt Ursulinenstraat en Beekstraat - bevond zich de Hoegebrug, die haar naam heeft gegeven aan het eerste gedeelte der straat, de huidige Hoogbrugstraat (zie aldaar).

Thans drukke handelsstraat, die van de markt afhelt naar de vroegere stadswallen toe. Voornamelijk burgerhuizen uit de tweede helft van de 19de eeuw, meestal van drie bouwlagen, doch met verspringende nokhoogten. De meeste benedenverdiepingen zijn omgevormd tot moderne winkelpuien. Enkele onaangepaste nieuwe bouwen vormen een storend element in het levendige straatbeeld. Een markant punt is de Sint-Maartenkerk met ernaast de voormalige hospitaalkapel (thans postkantoor).

Hoogbrugstraat

De straat verbindt de markt met de Tiensestraat; korte straat, die eigenlijk een geheel vormt met laatst genoemde en dezelfde kenmerken vertoont (zie Tiensestraat). De naam is afkomstig van de Hogebrug, een brug over de Cicindria (thans overdekt), die de straat snijdt op het kruispunt met de Ursulinenstraat en de Beekstraat.