Geografisch thema

Paardestraat

ID
16133
URI
https://id.erfgoed.net/themas/16133

Beschrijving

Straat die vanuit het Egemsdorpsplein via enkele bochten in het tracé in oostelijke richting tot aan het kruispunt van de Wingensesteenweg, Turkeijensteenweg en Baertstraat loopt. Straatnaam in voege vanaf 1870, in het landboek van Egem aangeduid als "straete loopende van den Bruggewegh naer de Platse van Heegem", afgekort tot "Plaatsweg" in de Atlas der Buurtwegen (1845), "chemin d'Eeghem au cabaret dit Peerdeken". In 1864 wordt de weg versteend. Begin-20ste-eeuwse bronnen vermelden "Peerdenstraat".

Langs de Paardestraat stond van oudsher een windmolen, de "Plaatsmolen", met uitzondering van de molen ten Rijne die reeds in de 15de eeuw verdwenen was, de oudste molen op grondgebied Egem. In 1834 wordt een "oliepaardmolen" bijgebouwd en in 1868 wordt de houten staakmolen vervangen door een bakstenen stellingmolen. De molen werd na mechanisatie in het begin van de 20ste eeuw tot op de molenromp ontmanteld en in 1998 volledig afgebroken (zie nummer 23). Tegenover de Plaatsmolen ten noorden van de Molenstraat, lieten de gebroeders Maes, eigenaars van de Plaatsmolen, in 1905 een hypermoderne ast bouwen naast een reeds bestaande ast op dit perceel.

De straat was in het eerste kwart van de 18de eeuw (zie landboek Egem, 1725) met uitzondering van enkele woningen in de onmiddellijke nabijheid van het Egemsdorpsplein, de Plaatsmolen en het tegenover gelegen perceel, vrijwel onbebouwd.

In 1828 werd in de Paardestraat de eerste officiële gemeenteschool geopend, een één klas tellende school met onderwijzerswoning, gebouwd naar het model van de schoolgebouwen in Ruiselede. De bouwvallige school en onderwijzerswoning werden in 1892 gerestaureerd naar de plannen van architect J. Soete uit Roeselare. In 1937-1938 werd de school met twee klassen uitgebreid op basis van het ontwerp van de Roeselaarse architect Alfons van Coillie.

De bebouwing nam in de loop van de 18de en de eerste decennia van de 19de eeuw gestadig toe, waardoor op de Atlas der Buurtwegen (1845) een patroon van verspreide bebouwing langsheen de beide zijden van de Paardestraat getoond wordt. In 1874-1875 wordt op de hoek van het Egemsdorpsplein met de Paardestraat een nieuw klooster en bijhorende school gebouwd door de Zusters van Maria van Pittem. Het klooster paalde ten noorden aan de kerk, de klassen bevonden zich aan de zijde van de Paardestraat. Vier bestaande woningen op deze plaats werden voor de bouw van het klooster en de school afgebroken. In 1903 wordt de te klein geworden meisjesschool aanzienlijk uitgebreid. Tijdens het interbellum wordt in 1936-1937 door de zusters een nieuw klooster- en schoolcomplex opgetrokken op de hoek van de Paardestraat met de Molenakker. De oude klooster- en schoolgebouwen bleven in gebruik als woning en parochiale feestzaal, tot zij in 1966 voor de vergroting van het Egemsdorpsplein werden gesloopt. In 1997 wordt het Egemsdorpsplein opnieuw heringericht, waartoe de oude gemeenteschool en omringende gebouwen langs de Paardestraat worden afgebroken.

Vrij dicht bebouwde straat, voornamelijk met woonfunctie, nabij het Egemsdorpsplein met aaneengesloten karakter, verderop voornamelijk bestaande uit vrijstaande eengezinswoningen in tuin. Verschillende types wegbedekking: in het centrum betonbaan, vanaf nummer 20 klinkerweg, ter hoogte van nummer 53 veranderend in kasseibaan.

Interbellum- en jaren 1940-woningen, eventueel verbouwingen van oudere volumes, zoals nummer 65, éénlaagse woning van drie traveeën. Parement van rode langwerpige sierstenen voorzien van lijstwerk met geometrische motieven, onder meer rond de rondbogige deur. Rechthoekige vensteropeningen binnen vlakbepleisterde omlijsting. Hoger opgetrokken deurtravee onder platte bedaking. Vernieuwd schrijnwerk. In 1939 gebouwd naar de plannen van aannemer Naert. Nummer 32, 41, en nummers 45-47, breedhuizen van twee bouwlagen onder zadeldak in mechanische pannen, opgetrokken naar een ontwerp uit 1940 van de Roeselaarse architect Em. Delie. Nummer 41 uit de jaren 1940, gevelparement in langwerpige sierstenen van vier traveeën waaronder vooruitspringende rechter garagetravee. Licht verdiepte deur met brede natuurstenen omlijsting en afgeschuinde dagkanten onder tweezijdige erker. Rechte muuropeningen met bewaard houtwerk (drieledig, onder meer voorzien van gekleurd glas-in-lood). Houten kroonlijst. Natuurstenen plint. Nummers 45-47, in spiegelbeeld gebouwd samenstel van twee maal twee traveeën. Roodbruine bakstenen gevel met licht uitsprong op de verdieping. Muuropeningen op het gelijkvloers onder betonlatei. Licht verdiepte deuren met getrapte dagkanten onder over de twee deuren doorgetrokken luifel en apart bovenlicht en betonlatei. Bewaarde deur bij nummer 47. Lage gecementeerde plint. Nummer 52, diephuis vernield tijdens de Eerste Wereldoorlog in 1920 herbouwd. Verankerd roodbakstenen volume onder mansardedak. Getoogde muuropeningen waarin vernieuwd schrijnwerk. Gewijzigde rechte vensteropening op het gelijkvloers.

Bestaande bebouwing in de loop van de tweede helft van de 20ste eeuw verder aangevuld of vervangen. Nummers 1-15, huizenrij uit 1998 met onder meer bibliotheekuitleenpost en nieuwe pastorie ter vervanging van oude gemeenteschool en omringende gebouwen. Nummer 37, woning en kantoor architect W. Naert. Woning in grijze bakstenen onder stomp, overkragend zadeldak (kunstleien). Benadrukte horizontaliteit door lagere voorbouw, postbusmuurtje en lijnenspel van hagen in de voortuin. Praktijkgedeelte in witgele bakstenen onder zwevend stomp zadeldak (kunstleien), gekenmerkt door doorrit en hoge smalle muuropeningen. Tussengelegen volume in de vorm van volledig beplankt blokvormig volume en passerelle met gebogen voorgevel in donkergrijze bakstenen, beide onder platte bedaking.

  • Gemeentearchief, Bouwaanvragen, 1939, 1940.
  • Kadasterarchief West-Vlaanderen, 207: Mutatieschetsen, Pittem, 1920/7.
  • Rijksarchief Brugge, Gemeente Egem, Oud Archief, nummer 1: "Landt Bouck der prochie van Eeghem", door J. en C. Verhaeghe, 1725, zerk 1, 11.
  • ARICKX V., Geschiedenis van Egem. Deel I: een dorp voor de Franse Revolutie, Kortrijk, 1982, p. 44.
  • ARICKX V., Geschiedenis van Egem. Deel II: Egem sedert de Franse Revolutie, Kortrijk, 1982, p. 190-194, 202-204, 212-217, 327, 370.
  • DE FLOU K., Woordenboek der toponymie van westelijk Vlaanderen, Vlaamsch Artesië, het land van den Hoek, de graafschappen Guines en Boulogne, en een gedeelte van het graafschap Ponthieu, Deel XII, Brugge, 1931, kolom 524.
  • N.R., Ruim tien miljoen voor bouwproject Egem-Zuid, 02/01/1997, in documentatiemap met krantenartikels in POB Pittem.

Bron: DEVOOGHT K. & SANTY P. 2010: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Pittem met deelgemeente Egem, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL49, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Santy, Pieter; Devooght, Kristien
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties

  • Omvat
    Burgerhuis

  • Omvat
    Dorpswoning

  • Omvat
    Dorpswoning

  • Omvat
    Dorpswoning met smidse

  • Omvat
    Eclectische villa

  • Omvat
    Herberg

  • Omvat
    Samenstel van dorpswoning en winkel

  • Omvat
    School en klooster

  • Omvat
    Schuur

  • Omvat
    Stadswoning

  • Omvat
    Stadswoning

  • Omvat
    Woonwinkelpand

  • Is deel van
    Egem


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Paardestraat [online], https://id.erfgoed.net/themas/16133 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.