Geografisch thema

Schuiferskapellestraat

ID
16090
URI
https://id.erfgoed.net/themas/16090

Beschrijving

Lange straat met kronkelend tracé, die vanaf de Egemstraat in noordelijke en noordoostelijke richting tot aan de Turkeijensteenweg loopt. Tot aan de gemeentefusie (1977) maakte het westelijk straatdeel, tot aan de Plaatsmolen (nummer 56), samen met een groot deel van het tracé van de Baertstraat, deel uit van de "Wingenestraat". De Atlas der Buurtwegen (1846) omschreef de "Winghenestraet" als een "Chemin de Pitthem à Winghene par Eeghem". In het verleden, onder meer in 1532, werd deze weg aangeduid als "Pittemse Bruggeweg" of "Kleine Bruggeweg". Het oostelijke straatdeel, vanaf de Plaatsmolen in noordoostelijke richting, heette als vanouds "Schuyfferskapellestraet", omschreven in de Atlas der Buurtwegen (1846) als "Chemin de Pitthem au hameau de Schuyfferskapelle (Thielt)". De "Wingenestraat" werd in 1887 besteend en in 1950 heraangelegd en voorzien van riolering. In de 19de eeuw bevond zich in deze straat de herberg "Het hof van Commercie".

Reeds in de 14de eeuw bestond een molen langs de huidige Schuiferskapellestraat. De "Plaatsmolen", eigendom van de heer van Pittem, wordt voor het eerst vermeld in 1386, wanneer hij volledig wordt hersteld na verwoesting in de voorbije oorlog. In 1909 werd de houten standaardmolen na brand vervangen door een stenen stellingmolen op belt. In het midden van de 20ste eeuw wordt de molenactiviteit stopgezet. De beschermde molen wordt wegens zijn slechte bouwfysische staat in de periode 2009-2012 afgebroken en heropgebouwd, het binnenwerk gerestaureerd en maalvaardig gemaakt. De molenaarshoeve ten zuiden van de molen nog niet op de Ferrariskaart (1770-1778) afgebeeld, voor het eerst op het primitief kadasterplan (circa 1830).

Het westelijke straatdeel loopt door de bebouwde kom, gekenmerkt door aaneengesloten dorpsbebouwing, voornamelijk met woonfunctie. Ter hoogte van het kruispunt met de Suikerbakkerstraat, kort na de knik in het tracé bij de Plaatsmolen, gaat de weg landelijk gebied in met voornamelijk verspreide hoevebebouwing.

Het straatdeel tussen de Egemstraat en de Plaatsmolen raakte bebouwd vanaf de 18de de eeuw tot in de 20ste eeuw. Kaarten uit het derde kwart van de 18de eeuw geven reeds bebouwing weer rond het kruispunt met de Egemstraat en de Voldersstraat. Vanaf de eerste decennia van de 19de werd de zuidoostzijde van de straat verder bebouwd, in de 20ste eeuw aan noordwestzijde van de straat aangevuld met interbellumwoningen en modale midden-20ste-eeuwse rij- en halfopen woningen. De Tieltse architect A. Impe tekende in 1935 het plan voor de gestandaardiseerde enkelhuizen met nummers 40-46, oranje baksteenbouw van twee bouwlagen onder zadeldak, met bruinbakstenen plint en omlijstingen. Nummers 26-32, rijhuizen uit het interbellum, gekenmerkt door rechthoekige muuropeningen onder betonlatei. Nummer 26 voorzien van plint in siercementering. Daarnaast werden echter ook meer opmerkelijke interbellumwoningen opgericht, zoals de vrijstaande onderwijzerswoning met nummer 20, een ontwerp van architect G. Vande Weghe. Tevens enige in de tweede helft van de 20ste eeuw en later gebouwde, vernieuwde of herbouwde woningen, onder meer enkele recente villa's in tuin. Kasseibestrating vanaf de Egemstraat tot nummer 46.

Aan noordzijde van de straat, tussen de Plaatsmolen en de Suikerbakkerstraat, situeren zich voornamelijk eenlaagswoningen, veelal verbouwd. De cluster werkmanshuizen met nummers 68-74 werd opgetrokken circa 1930. Het plan voor nummer 68 werd in 1927 getekend door de Pittemse aannemer Georges Callens. Verankerde, oorspronkelijk roodbakstenen woningen met getoogde en (gewijzigde) rechthoekige muuropeningen. Tandfries bij nummers 68 en 74, laatstgenoemde met deels bewaard houtwerk. Aan zuidzijde van de straat bevinden zich eengezinswoningen uit het vierde kwart van de 20ste eeuw.

Verspreid langsheen de straat bevinden zich enkele eengezinswoningen, onder meer uit het derde kwart van de 20ste eeuw, vaak gelegen op oudere sites. Nummer 78, historische hoeve "Te Goovaerts", thans volledig vernieuwd. Gelegen langsheen het straatdeel dat de doorsteek maakt naar de zuidelijker gelegen Landouwestraat. Op het landboek van Pittem uit 1761 (26ste begin) weergegeven met twee volumes in L-vormige opstelling, met ten zuiden een onbebouwde omwalde site. Op de Atlas der Buurtwegen (1846) vermeld als "Ferme Verstraete".

Nummer 82, bestaande uit 19de-eeuwse landgebouwen bij 20ste-eeuws woonhuis. Hoeve respectievelijk met één en met twee volumes afgebeeld in het landboek van Pittem (1761) en op de Ferrariskaart (1770-1778). De huidige constellatie van twee haaks op de straat gesitueerde landgebouwen gaat vermoedelijk terug tot het einde van de 19de of het begin van de 20ste eeuw, maar werd niet bij het kadaster geregistreerd. Twee parallelle verankerde roodbruine bakstenen volumes onder een overkragend pannen zadeldak, met bebording aan de zijgevels. Schuur ten westen, met onder meer centrale rechte schuifpoort, nieuwe stalvensters, gedicht wagenhuis onder laadluik, zijgevel voorzien van radvenstertje. Ten oosten een stal met nieuwe stalvensters, een laadluik onder haakse bedaking en gedichte getoogde muuropeningen, zuidelijke zijgevel getypeerd door een fraai uitgewerkte rondboogvormige kapelnis.

In het begin van de straat, nabij de Egemstraat bevonden zich vroeger enkele industriële sites. Nummer 12, thans jeugdheus "De Betonneuse", in 1936 opgericht als slachterij, vanaf 1946 vleeswarenfabriek De Laere, uitgebreid circa 1976. Op het tegenover gelegen braakliggend terrein tussen nummers 1bis en 7 was vroeger de olieslagerij P. Van Maele (bouwheer Voldersstraat nummers 15-17) gelegen, vermoedelijk opgericht in het begin van de 20ste eeuw. Het OCMW kocht de leegstaande gebouwen in 2005 met de bedoeling ze af te breken en er een sociaal woonproject voor bejaarden op te richten. In 2007 werd de site bestaande uit een woonhuis en magazijn met fabrieksschouw gesloopt.

  • Gemeentearchief Pittem, Bouwaanvragen.
  • Kadasterarchief West-Vlaanderen, 207: Mutatieschetsen, Pittem, 1930/11, 1934/20bis, 1936/5, 1940/5, 1976/10.
  • Rijksarchief Brugge, Gemeente Pittem. Oud Archief, nummer 28/6: "Nieuwe ommelooper ende terrier der prochie van Pitthem", door D. Seghers, 1761, kaart 26.
  • ARICKX V., Geschiedenis van Pittem, Pittem, 1951, p. 22, 177, 214-215.
  • DEBRUYNE M., OCMW koopt oude olieslagerij Van Maele. "Een toevallige maar ideale aankoop", in Het Volk, 8/12/2005.
  • DEFOUR G., Olieslagerij wordt gesloopt voor sociaal bouwproject, in De Weekbode, 12/10/ 2007.
  • Dit is West-Vlaanderen: steden-gemeenten-bevolking. Tweede deel, Sint-Andries, 1960, p. 1392.
  • HOLLEVOET F. e.a., Als straten gaan… praten. De roede van Tielt, Tielt, 2005, p. 154.

Bron: DEVOOGHT K. & SANTY P. 2010: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Pittem met deelgemeente Egem, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL49, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Santy, Pieter; Devooght, Kristien
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties

  • Omvat
    Arbeiderswoning

  • Omvat
    Burgerhuis uit het interbellum

  • Omvat
    Dorpswoning

  • Omvat
    Dorpswoning

  • Omvat
    Dorpswoning

  • Omvat
    Dorpswoning

  • Omvat
    Hoeve

  • Omvat
    Hoeve met losse bestanddelen

  • Omvat
    Molenaarshoeve

  • Omvat
    Pijlerkapel

  • Omvat
    Plaatsmolen

  • Omvat
    Villa uit het interbellum

  • Omvat
    Wegkapel

  • Omvat
    Winkel

  • Is deel van
    Pittem


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Schuiferskapellestraat [online], https://id.erfgoed.net/themas/16090 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.