Straat ten zuidoosten van het centrum van Waregem die loopt van het kruispunt van de Holstraat, Leeuwstraat en Franklin Rooseveltlaan naar het kruispunt met de Bessemstraat, Galgestraat en Brouwerijstraat. De straatnaam, die dateert uit 1947, is een eerbetoon aan de Waregemnaar Felix Verhaeghe, brouwer en van 1921 tot 1936 burgemeester van Waregem. Voorheen heet de straat Galgestraat zoals de in het verlengde lopende straat. De straat vormt namelijk van oudsher samen met de Galgestraat de verbinding tussen Waregem over Potegem naar Wortegem (Wortegem-Petegem, Oost-Vlaanderen). Zo wordt het tracé weergegeven op de Kabinetskaart van de Oostenrijkse Nederlanden, opgenomen op initiatief van Graaf de Ferraris (1770-1778), waar de straat deels is bebouwd met verspreid gelegen woningen (zie nummer 54, nummer 56), onder meer op de hoek met de Bessemstraat (zie Bessemstraat nummer 1). Op een kaart uit de Atlas der Buurtwegen (1844) wordt het tracé, net als de Galgestraat, vermeld als "Chemin n° 4", meer bepaald "Chemin de Knocke à Wortghem" of de "Worteghem straet". Vanuit de straat vertrekt aan de zuidwestzijde een kleine veldweg, de "Sentier n° 109", omschreven als "Chemin de la ferme Verhaeghe à la ferme Vanhaelst" of "Audaert wegel". Rond het midden van de 19de eeuw wordt brouwerij "De Leeuw", die was gevestigd op de hoek met de Bessemstraat (zie Bessemstraat nummer 1), overgebracht naar de Felix Verhaeghestraat nummer 10, waar die tot aan de Tweede Wereldoorlog in bedrijf is. In 1855 wordt ten westen van de straat een renbaan aangelegd (de latere "Gaverbeekhippodroom", Holstraat nummer 99), die zich in de komende decennia steeds meer ontwikkelt en aan prestige wint. In 1857 wordt op het kruispunt met de Brouwerijstraat een kapelletje opgetrokken ter ere van de diensten van buurtbewoonster Isabella Brugge. In de eerste helft van de 20ste eeuw, concentratie van gegoeden - vaak industriëlen - die hier imposante villa's, al dan niet met paardenstallingen, optrekken (zie nummer 5, nummer 10, nummer 27, nummer 39). In de tweede helft van de 20ste eeuw ontstaat een dienstingang vanuit de Felix Verhaeghestraat naar de paardenboxen en bijgebouwen van de hippodroom. Ook in de laatste decennia, locatie van enkele kwaliteitsvolle nieuwbouwwoningen met tuin (zie nummer 13, nummer 17, nummer 46).

Thans straat met halverwege een kromming en geasfalteerd wegdek. Aan de noordoostzijde, toegangsweg naar het in 1972 opgerichte Bloso ruitersportcentrum aan de Veldloopstraat. Residentiële bebouwing, vrijstaande villa's in een (soms zeer uitgestrekte) tuin. In zeer beperkte mate, kleinere woonhuizen (nummer 36). Nummer 46, voormalig kantoorgebouw opgetrokken in 1986 naar een ontwerp van architect Frank Delmulle en in 1992 uitgebreid achteraan; thans deels afgebroken om uit te breiden met een hedendaagse nieuwbouw. Oorspronkelijk scheidt een wand van glasdallen het zicht af vanaf de straatkant om privacy te garanderen en boven de wand uit reikt de verdieping van een overkragend gebouw dat wordt geflankeerd door luifels als overdekte verbinding met de parking.