Loopt van het einde van de Kleine Bassinstraat tot aan de Ronde Kom en aan de oostzijde ervan. Op de hoek met de Kleine Bassinstraat staan de verlaten en vervallen gebouwen van de blauwververij Mestagh vermoedelijk teruggaand tot 1878-1945, één van van de vroegste industrieën aan de Ronde Kom. De hoek met de Landbouwstraat wordt ingenomen door de gebouwen van de voormalige juteweverij Pardou-Duthoo (1881-1932, nadien overgebracht naar de Godshuislaan, met toegang via de Stationsdreef): vrij gesloten, heden witgeschilderd bakstenen volume van één bouwlaag getypeerd door tandfriezen, getoogde muuropeningen en casementen, nu gebruikt door de zeepziederij L. Gryspeerd. Ten oosten van de Ronde Kom staan achtereenvolgens de recente gebouwen van het Vredegerecht en de Arbeidsrechtbank (in plaats van de vroegere magazijnen Degryse-Smets, koloniale waren), het Ministerie van Financiën (in plaats van de vroegere spinnerij De Brouckère, later zogenaamd "sa Etablissements Liniers Filature Vanderstraeten") en het Psycho-geriatrisch centrum "Ter Berken" (1995), (in plaats van van vroegere Stedelijk Zwembad). De westzijde van de Ronde Kom wordt gevormd door de Gasthuisstraat met onder meer het Moederhuis.