Geografisch thema

Langerlo

ID
13856
URI
https://id.erfgoed.net/themas/13856

Beschrijving

Inleiding

Het gehucht Langerlo ligt ten zuiden van het stadscentrum van Genk en ten noorden van de zuiderring, de kolenhaven en het Albertkanaal. Van de middeleeuwen tot het einde van de 18de eeuw vormde het samen met het meer oostelijk gelegen Camerlo een van de zes gehuchten of heerwagens van Genk. Deze vormden zes administratieve eenheden met een eigen "burgemeester", de parochiekerk bevond zich echter in Genk, waardoor het "dorp" een centraliserende rol speelde.

De naam Lousbeekstraat geeft vandaag nog aan dat het gehucht langs een beek ontstond. De beekvalleien waren door de vruchtbare gronden geschikte plaatsen voor agrarische nederzettingen in de overigens minder vruchtbare zanderige Kempen.

Historiek

Langerlo werd reeds vermeld in een schenkingsakte van 1096 waarin Ida van Boulogne na haar dood haar bezittingen aan de vrouwenabdij van Munsterbilzen schonk. Hieronder viel ook "een zesde deel van de tienden van Langerlo". Van de abdij van Munsterbilzen ging de kerstening van dit gebied uit. Naast Munsterbilzen bestonden er ook contacten met de Kluis van Achel: de broeders eremieten waren in de 18de eeuw eigenaars van de Slagmolen van Langerlo.

Op de Ferrariskaart (1771–1778) werden de gehuchten Langerlo en Camerlo vermoedelijk te dicht bij elkaar getekend en worden deze samen het gehucht "Langerlooz" genoemd. De schaarse bebouwing werd door deze kaart vooral aan weerszijden van de noord-zuid-as, de verbindingsweg met het kerndorp Genk, de huidige Langerloweg geregistreerd. Een tweede groep huizen situeert zich aan weerszijden van de bocht aan de zuidzijde van het gehucht, anno 2018 de Lousbeekstraat en de Hooiweg. De getekende gebouwen hebben allemaal rechthoekige of L-vormige grondplannen, op het einde van de 18de eeuw waren dit wellicht hoeves in vakwerkbouw.

Achter de in boomgaarden of moestuinen gelegen huizen toont de Ferrariskaart een aantal velden, vooral ten zuiden van de huidige Lousbeekstraat. De velden zijn op hun beurt omgeven door de uitgestrekte heide. Verder ten zuiden ziet men weiden, een klein naaldbos en daarnaast en groot moeras- en vijvergebied.

Bij het optekenen van de primitieve kadasterplannen vanaf 1840 is de bebouwing van Langerlo amper veranderd. Nog steeds ziet men enkele rechthoekige of L-vormige gebouwen langs de Langerloweg, de Lousbeekstraat en de Hooiweg. Halverwege de Langerloweg, ter hoogte van de kruising met de "Kat straete" (huidige Kastertstraat), werd een kleine kapel geregistreerd. Verder noordelijk stonden een aantal gebouwen rond een driehoekig plein.

Hoewel de Langerloweg de rechtstreekse verbinding naar het dorp (Genk) vormde, werd het graan via de meer ten oosten gelegen "Moolen wegh" naar de dorpsmolen getransporteerd. Deze route wordt anno 2018 ongeveer door de Hooiweg, de Dinselstraat en de Paardskuil (nog steeds herkenbaar als holle weg) beschreven. Naar verluidt bevond zich ten oosten van de Nieuwstraat een holle weg, die bij de aanleg van de wijk Vlakveld in het midden van de 20ste eeuw verdween.

In 1844 werden de meeste percelen in Langerlo door het kadaster als "bouwland", "hooiland", "heide" en "schaapsweide" beschreven, rond de bebouwde percelen werden ook "boomgaarden" of "tuinen" geregistreerd. Eigenaars waren lokale landbouwersfamilies, die in Langerlo woonden, daarnaast vermeldt de oorspronkelijke aanwijzende tabel ook een "smit" en een "kleermaker".

Langs de Langerloweg zou zich ook een melkerij en een graanmolen hebben bevonden, patroonheilige was Sint-Jozef.

Op het einde van de 19de eeuw werd de Langerloheide ten zuiden van het gehucht aan de inwoners verkocht, om de landbouw te stimuleren en jonge gezinnen de kans te geven een landbouwbedrijf te starten. Reeds enkele decennia later verdwenen deze nieuwe boerderijen echter bij de aanleg van het Albertkanaal. De industrialisering rond het kanaal zorgde voor een terugval van de landbouwactiviteit.

In 1901 werd er op het plein op de kruising van Langerloweg, Lousbeekstraat en Hooiweg een kleine kapel in neogotische stijl gebouwd.

Beschrijving

Anno 2018 vormt enkel het zuidelijke deel van het gehucht nog een gaaf ensemble: Langs de Lousbeekstraat en ter hoogte van het kruispunt Hooiweg/ Langerloweg/ Lousbeekstraat zijn nog een aantal beeldbepalende hoeves met oude kern bewaard. Een enkele hoeve situeert zich verder ten noorden, in de hoek tussen de Langerloweg en de Kastertstraat. Doorgaans gaat het om hoeves met meerdere bestanddelen gegroepeerd rond een erf. Deze werden in de 19de en in het begin van de 20ste eeuw verbouwd en voorzien van een woonhuis van twee bouwlagen. Kenmerkend zijn de bakstenen volumes van een of twee bouwlagen onder zadeldaken, de configuratie rond een erf en het vanuit de straat zichtbare open landschap achter de hoeves. De rechthoekige of licht getoogde gevelopening van variërende grootte verwijzen naar de oorspronkelijke functie van de gebouwdelen. Rond de hoeves zijn een aantal monumentale bomen bewaard: beuken, eiken en linden.

Typerend en goed bewaard zijn Lousbeekstraat 1, Lousbeekstraat 2, Lousbeekstraat 8 en Lousbeekstraat 16–20. Langerloweg 85 werd recent gerenoveerd maar is nog steeds leesbaar als hoeve. Bij Langerloweg 127, Lousbeekstraat 5 en Lousbeekstraat 9–11 verwijzen enkel nog de volumes naar de oorspronkelijke hoevefunctie.

Het gebied aan weerszijden van de Langerloweg en het noordelijke deel van het gehucht werd in de 20ste eeuw in smallere kavels verdeeld en bebouwd. Hier is het oorspronkelijke rurale karakter niet meer leesbaar.

  • Kadasterarchief Limburg, Primitief kadaster Genk, afdeling IV (Genk), sectie E en afdeling V (Genk), sectie F.
  • Kadasterarchief Limburg, Primitief kadaster, oorspronkelijke aanwijzende tabel, afdeling IV (Genk), sectie E en afdeling V (Genk), sectie F.
  • BUSSELS P. 1970: Over de Slagmolen van Langerlo, Heidebloemke 29.5 & 6, 158.
  • GERAERTS J. 2014: Langerlo zoals het vroeger was, Heidebloemke 73.3, 4–8.
  • HANSSEN R. 1970: Genk, wat is het en hoe is het geworden, Heidebloemke 29.5 & 6, 143 – 148.
  • MARUT A. 2015: Lessen in geschiedenis Genk anno 1889, Heidebloemke 74.4, 4–19.
  • MEUWISSEN M. 2003: Holle wegen in Genk, Heidebloemke 62.3, 100 – 104.
  • REMANS A. 1962/62: Genk in zijn tweede industriefase, Heidebloemke 21.5&6, 142–149.
  • REMANS A. 1962: Genk, van agrarisch dorp tot industriegemeente, Tijdspiegel 1962.11, 62-77.
  • REULENS K., HABEX J. 2007: Genk – gisteren en vandaag. Geschiedenis in een notendop.

Auteurs: Fexer, Charlotte
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties

  • Omvat
    19de-eeuwse hoeve

  • Omvat
    Hoeve met losse bestanddelen

  • Omvat
    Hoeve met losse bestanddelen

  • Omvat
    Hoeve met U-vormige inplanting

  • Omvat
    Kapel

  • Omvat
    Langgestrekte hoeve

  • Omvat
    Vier hulsten

  • Is deel van
    Genk


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Langerlo [online], https://id.erfgoed.net/themas/13856 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.