Klein woon- en landbouwgehucht in het zuidoosten van Moorslede, als heerlijkheid met proosdijkapel afhankelijk van kerk Moorslede circa 1400 gesticht door Willem Slyps, die met twee andere heren tot 1874 in de kapel begraven lag. Sinds de 19de eeuw herhaalde vraag van Slypsnaren tot afscheiding als onafhankelijke parochie, eis die in 1927 ingewilligd werd door de Brugse bisschop G.-J. Waffelaert. Blijkbaar betekende deze erkenning een stimulans voor Slyps: in 1930-1931 zowel bouw van een gemeentelijke jongensschool (Strobomestraat), als vervanging door een nieuwbouw van de oude kerk, die slechts lichte beschadiging opliep tijdens de Eerste Wereldoorlog; eveneens aanleg van een begraafplaats aan de Strobomestraat ter vervanging van het pas in 1914 aangelegde kerkhof - tevoren werden de Slypsnaren begraven op de begraafplaats van Moorslede -.

Slyps werd veel meer dan Moorslede gespaard van vernietiging tijdens de Eerste Wereldoorlog. Wel waren in een aantal hoeven Duitse soldaten gekazerneerd, en werd er dicht bij het boerenhuis een betonnen schuilplaats opgetrokken (zie Waterstraat). Vanaf 1919 zorgde het "Amerikaansch Comité van Slyps" voor de bevoorrading van de teruggekeerde Moorsledenaren.

Dorpskom gevormd door Strobomestraat/Dorpsplein/Slypsmolenweg als oostwestas en de Waterstraat als noordzuidas; dorpsstraten met beperkte lintbebouwing overgaand in verspreide bouw. Echter veel nieuwe bouw. Typerend zijn een aantal hoeven in (Strobomestraat) of net buiten de dorpskom (Slypsmolenweg).