Geografisch thema

Sterrestraat

ID
10912
URI
https://id.erfgoed.net/themas/10912

Beschrijving

Rechte weg die aansluitend op de Vrouwenstraat ten noorden het Aarseelse marktplein (Aarsele-Dorp) verbindt met de Deinsesteenweg ten zuiden. Zogenaamd naar herberg "In de Sterre", die reeds vermeld wordt in 1802, te lokaliseren op de noordwestelijke hoek van het kruispunt met de Deinsesteenweg. Deze benaming verwijst vermoedelijk naar het stervormige patroon van samenkomende wegen op het kruispunt dat ook "De Knok" wordt geheten. De straat maakt in 1824 deel uit van het tracé van de "Carme straete", zie ook primitief kadasterplan (circa 1830) (zie Karmstraat). In 1846 wordt de straat vermeld als "Sterre Straet", zie Atlas der Buurtwegen. In 1877-1878 wordt de Sterrestraat (en ook de Vinktstraat) verbreed en gekasseid, daarvoor vinden enkele onteigeningen plaats.

In 1917 bevindt zich een Duits vliegveld in de Sterrestraat, tegenover brouwerij de Ster. Vermoedelijk om deze reden wordt in 1918 een stuk van de straat gedynamiteerd, waarbij enkele huizen zwaar beschadigd worden. Twee oude huisjes worden geraakt en heropgebouwd.
In 1940 wordt brouwerij "De Ster", eigendom van familie De Brabandere, gebombardeerd (zie nummer 15). De brouwerijgebouwen worden in ruïne geschoten, enkel het woonhuis wordt heropgebouwd in 1941. In 1956 wordt de straat geasfalteerd. In 1978 wordt in de Sterrestraat een nieuw postkantoor geopend (nummer 26).

In de 19de eeuw bestaan in de Sterrestraat een aantal herbergen, onder meer "'t Zonneke" (nummer 48-50) en "In de Sterre" (hoek met Deinsesteenweg), en meer naar het dorpscentrum toe de voormalige cafés "Gasthof van Vlaanderen" (nummer 16-18) en "Transvaal" (tegenover het voormalige postgebouw). Laatstgenoemde ontleende zijn naam aan de Transvaalstraat die vanaf 1981 naar een nieuwe verkaveling aan de zuidwestzijde van de dorpskern leidt. Deze wijk bestaande uit halfopen bebouwing in tuin met garages, bezit een T-vormig stratenpatroon dat voor een stuk is geënt op een gedeelte van de vroegere "Neringvoetweg" (zie Neringenstraat) die naar de molen in de Aarselestraat liep, zie Atlas der Buurtwegen (1846). De wijk staat thans nog via de oude voetwegel "Westkouterkerkeweg" in verbinding met Aarsele-Dorp.

In 1902-1903 wordt ten zuiden van de molen het neogotische Sint-Antoniusgesticht gebouwd, oorspronkelijk bedoeld als ouderlingentehuis onder de hoede van de Zusters van het Geloof. Korte tijd later wordt het instituut in 1907 uitgebreid met een jongensinternaat voor bewaarschool en lagere school, met kapel. In de kapel herinnerde een gedenksteen aan de weldoeners Jan en Louise Van Hulle, en juffrouw De Monie. De gebouwen worden eind oktober 1918 bij beschietingen beschadigd door een obusinslag. In de jaren 1930 wordt het Sint-Antoniusinstituut uitgebreid. In 1932 wordt een nieuwe toneelzaal gebouwd, in 1933 worden nieuwe klassen en een slaapzaal voor het internaat toegevoegd. Ook wordt een imposante Lourdesgrot opgericht, met ommegang met de statiën van O.-L.-Vrouw van de Zeven Weeën in nissen rondom de grot, en een calvarieberg met beelden van O.-L.-Vrouw en H. Johannes. In 1938 wordt voor de grot een hek in smeedwerk geplaatst. In mei 1940 worden de gebouwen opnieuw beschadigd tijdens beschietingen. In 1973 volgt de volledige afbraak van het Sint-Antoniusgesticht.

Dichte bebouwing, voornamelijk met woonfunctie.
Tijdens de tweede helft van de 18de eeuw komt verspreide bebouwing voor, zie Ferrariskaart (1770-1778). Het noordoostelijke deel van de straat is nog onbebouwd aan de zuidzijde, aan de noordzijde staan drie diephuizen (ter hoogte van nummer 54) en een breedhuis (ter hoogte van nummer 26), het zuidelijke deel van de straat is bebouwd aan de zuidzijde (ter hoogte van nummers 61-63) en op de noordwestelijke hoek van het kruispunt met de Deinsesteenweg. Op de hoek met de Delmerensmolenweg wordt de houten staakmolen afgebeeld.
Gedurende het laatste kwart van de 18de en het eerste kwart van de 19de eeuw breidt de bebouwing zich uit, zie primitief kadasterplan (circa 1830). Er ontstaan dichtere concentraties naar de Deinsesteenweg en naar de dorpskern toe. Slechts één huis wordt bijgebouwd tijdens het tweede kwart van de 19de eeuw, zie Atlas der Buurtwegen (1846): nummer 24/ Transvaalstraat, woonhuis van twee bouwlagen en vijf traveeën, tijdens interbellum voorzien van siercementering met imitatievoegwerk. Getoogde muuropeningen, rondboogvensters op tweede bouwlaag. Nieuw zinken dak, nieuw schrijnwerk, nieuwe gootlijst.
Gedurende de tweede helft van de 19de eeuw en het begin van de 20ste eeuw wordt voornamelijk eenlaagsbouw toegevoegd, in baksteenbouw met getoogde muuropeningen onder zadeldaken (nokken parallel met straat, voornamelijk Vlaamse pannen), veelal voorzien van nieuw schrijnwerk. Zie nummers 23 en 25: nummer 23 met gewijzigde openingen, nummer 25 voorzien van witgeschilderde gecementeerde gevel met voegwerkimitatie; dubbelhuisje nummer 27. Nummer 66, ingrijpend verbouwd eenlaags volume van zes traveeën, vermoedelijk eertijds bestaande uit twee woningen; bestaande muuropeningen zijn in de loop van de 20ste eeuw gedicht en vervangen door nieuwe rechthoekige muuropeningen onder betonnen lateien. Nummer 71, eertijds gepleisterde gevel van vier traveeën met voegwerkimitatie, muuropeningen gedicht en vervangen door rechthoekige ramen en garagepoort.

Tijdens de eerste helft van de 20ste eeuw worden nieuwe dorpswoningen gebouwd, van twee bouwlagen onder zadeldak. Onder meer nummer 12, dubbelhuis in rode baksteenbouw met sierankers onder vernieuwd zadeldak; oorspronkelijk met getoogde muuropeningen, bewaard op tweede bouwlaag, thans vernieuwd op begane grond. Sterk verbouwd naastliggend gelijkaardig volume (nummer 14) met bewaarde sierankers. Nummer 84 schuin ingeplant t.o.v. de rooilijn, voorzien van sierankers en muizentand. Gewijzigde openingen op begane grond.

In de jaren 1930 worden de lege percelen dichtst bij het dorpscentrum bebouwd (zie ook Aarselestraat, Jules van Ooststraat), voornamelijk met enkelhuizen van twee bouwlagen onder zadeldaken in mechanische pannen (nokken parallel met straat), onder meer nummer 6 en nr 29, laatstgenoemde met zadeldak in zwarte geglazuurde pannen, gedragen door kroonlijst met accoladeboogmotief, rustend op modillons; gecementeerde plint met voegwerkimitatie; getoogde muuropeningen met vernieuwd schrijnwerk; ijzeren lateien in korfboogvormige muuropeningen op begane grond. Nummers 38-44, alle voorzien van een erkertravee, met rechte of licht getoogde muuropeningen waarin vernieuwd schrijnwerk. Voortuintjes afgesloten door lage bakstenen muur. Gevelritmering door gebruik van banden in witte baksteen (zie nummer 38) of in beton (zie nummer 40 uit 1933); gebruik van gele baksteen voor onder meer ruitvormige gevelaccenten (zie nummer 42 uit 1933), krijgt enkele jaren later navolging (zie nummer 44 uit 1939). Nummer 42 met plint in siercementering en kroonlijst op houten klossen. In het midden van de 20ste eeuw worden nieuwe volumes toegevoegd of oudere volumes verbouwd, zie nummers 16-18, voorkomend op Atlas der Buurtwegen (1846). Deze bebouwing wordt aangevuld met open en halfopen bebouwing in de tweede helft van de 20ste eeuw, onder meer vrijstaande eengezinswoningen in tuin. Recente bouwprojecten behelzen appartementsbouw, zie nummer 1/ Aarselestraat, "Residentie De Sterre".

  • Heemkundige Kring De Roede van Tielt, Fototheek.
  • Aarsele. Verleden en heden, Aarsele, 1978, nummers 15, 21-22, 71-74, 95, 98, 109.
  • BRAET A., Aarsele, in HOLLEVOET F., Als straten gaan... praten, Tielt, 2005, p. 19.
  • DE GRYSE P. (red.), Tielt graag gezien, Tielt, 2003, nummers 4-5, 14, 38.
  • VERSCHUERE A., De zusters van 't Geloove, Tielt, 1940, p. 111-116.
  • Wandelen en fietsen in het Molenland, Tielt, VVV ’t Tieltse, 1988.

Bron: CALLAERT G. & SANTY P. met medewerking van BOONE B., DEVOOGHT K. & MOEYKENS S. 2007: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Tielt, Deel I: Stad Tielt (straten A-R), Deel II: Stad Tielt (straten S-Z), Deelgemeenten Aarsele, Kanegem en Schuiferskapelle, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL29, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Callaert, Gonda; Santy, Pieter
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties

  • Omvat
    Burgerhuis uit het interbellum

  • Omvat
    Delmerensmolen

  • Omvat
    Dorpswoning

  • Omvat
    Dorpswoning

  • Omvat
    Dorpswoning

  • Omvat
    Dorpswoning met atelier

  • Omvat
    Dorpswoningen

  • Omvat
    Ensemble van dorpswoningen

  • Omvat
    Hoeve

  • Omvat
    Samenstel van dorpswoningen

  • Omvat
    Villa uit het interbellum

  • Omvat
    Woning De Brabandere

  • Is deel van
    Aarsele


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Sterrestraat [online], https://id.erfgoed.net/themas/10912 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.