Milanenkapel

Tekst van Milanenkapel (https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/80859)

Kapel gelegen ten westen van het voormalige kasteel van Zwevegem. Kapel gelegen op spitsvormig, deels omhaagd perceel, beschaduwd door lindeboom. Ten westen, tuintje afgezoomd door haag en afgesloten door ijzeren hek.

Historiek

In oorsprong 15de-eeuwse wijkkapel vermoedelijk opgericht door de heren van Zwevegem. Het toponiem Milanen zou uit het middelnederlands komen en "kapel te midden van lanen" betekenen.

Volgens de legende keren twee pelgrims terug van een bedevaart uit Rome en Jeruzalem. In de omgeving van Milaan vinden zij 's nachts een Onze-Lieve-Vrouwbeeld. In het bos, ter hoogte van de huidige kapel gaan zij elk hun eigen weg, maar verdwalen en komen elkaar steeds weer op hetzelfde punt tegen. Daarom hangen ze het beeld op aan een eikenboom, waarna ze elk hun reis kunnen verder zetten.

De kapel wordt afgebeeld op een kaart in het landboek van de heerlijkheid van Soets van 1752 als "Melaene Capelle", een vrij grote wegkapel op polygonaal grondplan. De kapel is gelegen op een kruispunt van wegen en wordt door de "Casteel dreve" verbonden met het kasteel en de huidige Avelgemstraat. Het landboek van Zwevegem (circa 1790) toont een eenvoudige rechthoekige constructie, die vermoedelijk niet overeenkomt met de werkelijkheid.

Het primitief kadasterplan (circa 1835) toont een volume met zeshoekig grondplan. De kapel wordt circa 1846 afgebroken en heropgebouwd.

Heden, neogotische kapel gebouwd in 1846-1847 in opdracht van Baron Félix de Béthune en naar ontwerp van Jean Baptist (de) Béthune. De kapel is het eerste ontwerp van de architect, die beschouwd wordt als de belangrijkste protagonist van de neogotische stijl in België en medeoprichter is van de Sint-Lucasscholen. Het ontwerp toont nog duidelijk de invloed van A. Pugin.

Beschrijving

Niet georiënteerde eenbeukige bakstenen kapel onder leien zadeldak. Lager koorvolume eveneens onder leien zadeldak. Schip van twee traveeën; koor van één rechte travee en met vijfzijdige sluiting.

Puntgevel met klokje met lantaarn onder ingesnoerde leien spits, bekroond door kruis. Centraal spitsboogportaal in omlijsting van witte natuursteen met zuiltjes. Houten vleugeldeur met uitgewerkte naald; linker vleugel met medaillon met initialen MA. Boven de deur natuurstenen nis met Onze-Lieve-Vrouwbeeld. Opschrift aangebracht tijdens de Tweede Wereldoorlog : "O.-L.-VROUW VAN VREDE, BID VOOR ONS". Twee flankerende lancetvensters met glas in lood. Top met verdiept kruis met Christusbeeldje.

Zijgevels geritmeerd door versneden steunberen en spitsbogige verweerde tweelichten met deelzuiltjes met knoppenkapiteel gevat in natuurstenen spitsboog; afzaten.

Ten westen sacristie onder leien tentdak; hoeken gemarkeerd door overhoekse steunberen bekleed met leien. Verdiepte spitsboogvensters met vernieuwd glas; afzaten.

Interieur

Bepleisterd en beschilderd interieur. Houten spant rustend op korbelen. Uitstralend in koor. Sjabloonschilderingen in bloemmotief.

Koor in de bovenste geleding beschilderd met vierpas met wapenschild, die telkens de vensters flankeren. Fries met opschrift. Rechte travee met geschilderd medaillon met kroning van Maria (op doek). Lichtblauw geschilderde lambrisering (kleur van Maria).

Schip met vernieuwde cementtegelvloer; koor met vloer van gebakken tegels met kroonmotief.

Mobilair

Hoofdzakelijk oorspronkelijk neogotisch meubilair naar ontwerp van Jean-Baptiste (de) Béthune. Houten koorafsluiting bekroond door Christus aan het kruis. Neogotisch beschilderde natuurstenen altaartafel. Verschillende beschilderde heiligenbeelden. Elf glas-in-loodvensters ontworpen en uitgevoerd door het atelier de Béthune (Brugge), tussen 1856 en 1869: de afbeeldingen verwijzen naar leden van de familie de Béthune en stellen onder meer de Heilige Felix van Cantalice voor. Koorbanken met briefpanelen. Barok muurkapelletje.

  • Kadasterarchief West-Vlaanderen, Brugge, 201: Primitief perceelplan, Zwevegem, 1ste afdeling, sectie C, 1ste blad.
  • Rijksarchief Kortrijk, KA Zwevegem, nummer 91, Caerte figurative van D' heerlich'hede van Soets, 1752.
  • Rijksarchief Kortrijk, Gemeentearchief Zwevegem, nummer 626, Landboek van Zwevegem, circa 1790, opgemaakt door E. Vandevenne.
  • GODDEERIS J. & DETAILLEUR W., De neogotiek in West-Vlaanderen. Religie en architectuur, s.l., s.d., p. 70.
  • S.N., Historische studie kapellen Zwevegem, Zwevegem, s.d., p. 14-18.

Bron: DE GUNSCH A. & DE LEEUW S. met medewerking van CALLENS T. 2006: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Zwevegem, Deelgemeenten Zwevegem, Heestert, Moen, Otegem en Sint-Denijs, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL26, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs:  De Gunsch, Ann; De Leeuw, Sofie
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Milanenkapel [online], https://id.erfgoed.net/teksten/80859 (geraadpleegd op ).