Dorpsmolen of Molen Lievens

Tekst van Romp van de Dorpsmolen (https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/78982)

Voormalige dorpsmolen of "Molen Lievens", zogenaamd naar de laatste molenaarsfamilie. Bakstenen bergmolen opgericht in 1820, in gebruik als graanmaalderij en olieslagerij en in de jaren 1990 gerenoveerd en herbestemd tot woonhuis geïntegreerd in recent wooncomplex.

Historiek

In het kader van de bloeiende landbouwnijverheid vanaf het begin van de 19de eeuw, wordt de molen in 1820 opgericht op een nieuwe molensite, dit in tegenstelling tot de meeste andere 19de-eeuwse molens op Sijseels grondgebied, die worden opgericht op een site waarop in de middeleeuwen reeds een houten staakmolen staat.

De molen wordt circa 1890 verhoogd met een molenzolder om de windvang te verbeteren, dit omwille van de omliggende hogere bebouwing en bomen. Hiervoor wordt briksteen gebruikt afkomstig uit de ruïnes van de Spermalieabdij (zie Spermalieweg).

In 1930, volgens sommige bronnen in 1946, laat burgemeester-molenaar Edmond Lievens het wiekenkruis (vlucht 25 meter) en de molenkap afnemen. Kort erna sloopt men de toegevoegde bovenzolder. De molen wordt afgedekt met een betonplaat en doet nog tot 1956 dienst als mechanische maalderij met armgasmotor. In de jaren 1990 wordt de ingekorte romp gerenoveerd en voorzien van een vastliggende mansardedak die de vorm simuleert van een molenkap. Thans herbestemd als woning en geïntegreerd in recent wooncomplex. Private eigendom en niet toegankelijk.

Beschrijving

Oorspronkelijke hoge molenberg en gewelfde tunnel afgevoerd. Gerenoveerde molenromp; witgeschilderde baksteenbouw op gepekte plint onder overkragend mansardedak (leien) als imitatiemolenkap. Voorheen rechthoekige muuropeningen met getraliede vensters. Wijzigingen in functie van nieuwe woonbestemming, zie onder meer voorgeplaatste ingangsportiek onder pannen zadeldak, nieuwe licht getoogde muuropeningen waarin nieuw schrijnwerk.

Verwijderde inrichting van de recentere mechanische maalderij en twee maalstoelen op de zolderverdiepingen. Naar verluidt bevinden zich binnenin de voormalige molen nog twee molenstenen met inscripties "1820" en "I B R".

  • BLONDEEL C. en GODDYN P. 1975: Sijsele in oude prentkaarten, Zaltbommel, afbeeldingen 14, 25, 26.
  • DEVLIEGHER L. 1984: De molens in West-Vlaanderen, Kunstpatrimonium van West-Vlaanderen, deel 9, Tielt, 178-179.
  • VAN POUCKE G. 2003: Archiefbeelden Damme, v.z.w. 't Zwin Rechteroever Grondgebied Damme/Gloucestershire, 43.
  • VERNIEST R. 2000: Maalderijen in Sijsele in de twintigste eeuw, Nieuwsbrief 't Zwin Rechteroever vzw 1.2 (december).

Bron: CALLAERT G. & HOOFT E. met medewerking van SANTY P. & SNAUWAERT L. 2006: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Damme, Deel I: Stad Damme, Deelgemeenten Hoeke, Lapscheure en Moerkerke, Deel II: Deelgemeenten Oostkerke, Sijsele en Vivenkapelle, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL17, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs:  Hooft, Elise; Callaert, Gonda
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Romp van de Dorpsmolen [online], https://id.erfgoed.net/teksten/78982 (geraadpleegd op ).