Site van de Kruiskalsydemolen

Tekst van Molensite Kruiskalsijdemolen (https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/78356)

Site van de zogenaamde "Kruiskalsydemolen" met molenromp, molenaarswoning en molenerf.

Eerste helft 17de eeuw: bouw van een houten staakmolen. Hoelang deze houten staakmolen in werking blijft, is niet zeker: op de Atlas der Buurtwegen (circa 1843) is namelijk enkel een molenterp aangeduid, terwijl op de kaart van Ph. Vandermaelen (circa 1850) opnieuw een molen voorkomt.

Circa 1871: I. de Backer bouwt ter vervanging van de houten "Kruisvaartmolen" een nieuwe stenen stellingmolen.

17 oktober 1914: de molen wordt door het Belgische leger gedeeltelijk opgeblazen, waarbij de wieken en de stelling worden vernield. Na de Eerste Wereldoorlog: de molen wordt afgeknot tot aan de vroegere stelling (circa 12 m) en de molenkuip wordt ingericht als een mechanische maalderij. Om de aandrijving van de mechanische maalderij te herbergen wordt tegen de molenromp een bijgebouwtje onder zadeldak aangebouwd.

Begin jaren 1970: de mechanische maalderij wordt stilgelegd.

Molenromp. Geelbakstenen (22 x 10,5 x 6 cm) romp van een voormalige stellingmolen op een molenberg afgezet met bakstenen muurtje en toegankelijk via dito trapje. Rondbogige poorttoegang met dubbele vleugeldeur en waaiervormig bovenlicht. Voorts rondbogige muuropeningen met bewaard houtwerk. Aangebouwd roodbakstenen volume onder zadeldak (Vlaamse pannen) met rechthoekige vensteropeningen en schuifpoort.

Inrichting: twee maalstenen (afkomstig van de "Hovaeremolen" te Koekelare), haverpletter en bonenbreker. Riemaandrijving door middel van semi-dieselmotor van 1938 (merk Claeys, 25/30 pk, 300 t.p.m.)

Molenerf: molenaarswoning en bakstenen nutsgebouwen U-vormig rondom gekasseid erf opgesteld en toegankelijk via roodgeschilderd metalen hek. Evenwijdig met de straat, deels witgeschilderde roodbakstenen molenaarswoning van anderhalve bouwlaag en vijf traveeën met rechts aansluitend nutsgebouw (zie schuifpoort) onder doorlopend pannen zadeldak (Vlaamse pannen). Met uitzondering van de begane grond, getoogde muuropeningen met bewaard houtwerk (onder meer T-ramen). Erfgevelzijde met bewaarde gootlijst op klossen en laadvenster toegankelijk via houten trap ter hoogte van het nutsgebouw. Haaks op de molenaarswoning, laag nutsgebouw met rechthoekige muuropeningen (betonlateien). Voorts: stal- en schuurvolume onder zadeldak (mechanische pannen).

  • Afdeling Ruimtelijke Ordening, Huisvesting en Monumentenzorg West-Vlaanderen, Cel Monumenten en Landschappen, Archiefnummer 628.
  • DEVLIEGER L. 1984: Molens in West-Vlaanderen, Kunstpatrimonium in West-Vlaanderen, Deel 9, Tielt, 198-199.
  • VANDENBUSSCHE L. 1978: Leke en zijn verleden, Zingem, 249-253.

Bron: MISSIAEN H. & VANNESTE P. met medewerking van GHERARDTS F. & SCHEIR O. 2005: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Diksmuide, Deel I: Deelgemeenten Diksmuide, Beerst, Esen, Kaaskerke, Keiem en Lampernisse, Deel II: Deelgemeenten Leke, Nieuwkapelle, Oostkerke, Oudekapelle, Pervijze, Sint-Jacobskapelle, Stuivekenskerke, Vladslo en Woumen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL18, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs:  Vanneste, Pol; Missiaen, Halewijn
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Molensite Kruiskalsijdemolen [online], https://id.erfgoed.net/teksten/78356 (geraadpleegd op ).