Zuid-noordelijk gerichte neoromaanse centraalbouw van 1933-34 naar ontwerp van E. Goethals. Ingebouwde kerk met zichtbare noordelijke voorgevel. Aan rooilijn afgesloten geplaveid voorpleintje.

Voorlopige kerk opgericht in 1900. Ontwerp voor een nieuwe kerk opgemaakt in 1913 door J. en E. Goethals. Niet gerealiseerd door uitbreken van de oorlog. Ontwerp gewijzigd en versoberd door E. Goethals in 1919-20. Openbare aanbesteding op 24 oktober 1932, werken gestart op 15 februari 1933, voorlopige aanvaarding op 5 september 1934 en in gebruik genomen op 31 juli 1934.

Centrale aanleg met voorbouw van twee traveeën en portaal van één travee, vierkant schip met halfronde hoekkapellen, vierkant koor en halfronde apsis waarnaast rechthoekige aanbouwsels. Bakstenen gebouw met centraal twaalfzijdig koepeldak (Vlaamse pannen), bekronende polygonale houten lantaarn; zadel- en lessenaarsdaken. Voorgevel met centrale puntgevel waarin drie roosvenstertjes en een rondbogig drielicht in top. Uitspringend portaal met centrale puntgevel waarin nis met Heilig Hartbeeld; drie rondboogdeuren.

Interieur. Wanden deels van baksteen; geel of lichtblauw geschilderd. Bakstenen muraalbogen. Koepel met steekkappen. Rondboog- en roosvensters.