Voormalig klooster, heden gastenverblijf "De Toren", gelegen aan de rand van de dorpskern.

Kloosterhuis opgericht in 1910 als hulphuis van de zusters franciscanessen van Gent, Crombeen genoemd. De zusters werden door pastoor K. Verbraeken gevraagd om kleuteronderwijs te verzekeren bij de meisjesschool, die opgericht was in 1879 in de huidige Kloosterstraat. Ernaast, kloosterhuis gebouwd en betrokken door de zusters in maart 1911. Klooster door zusters verlaten in 1984, heden in privébezit.

Vrijstaand kloostergebouw in een kleurrijke eclectische baksteenarchitectuur ingeplant in een ruime ommuurde tuin, van de straat afgesloten door fraai ijzeren hekwerk op lage bakstenen voet met dubbel hek aan vierkante pijlers tegenover de ingang. Gebouw van vijf traveeën en twee bouwlagen onder leien zadeldak afgewerkt met zijtrapgevels. Voorgevel gekenmerkt door een asymmetrische ordonnantie: drie linkertraveeën met typische dubbelhuisopstand met centrale deur geflankeerd door traditionele kruisvensters en drie gekoppelde lancetvensters van de voormalige kapel op de bovenverdieping. Twee rechtertraveeën, in risalietvorm met bekronende trapgevel en verticaliserende Brugse traveeën. Accenten worden gelegd door het kleurrijk en contrasterend gebruik van donkere en oranjerode baksteen en grijze hardsteen. Getoogde deur met hardstenen bolkozijn bovenlicht en vensters met hardstenen kruisen gevat in korfboogvormige nissen met zeer verzorgde afgeschuinde dagkanten. Rechts van de deur, spitsboognis met beeld van Sint-Vincentius a Paulo.

Zijgevels doorbroken door een centraal venster die de dwarsgangen op de verschillende verdiepingen binnen verlichten. Zeer eenvoudig uitgewerkte achtergevel geritmeerd door getoogde vensters in een oranjerode omlijsting; deels vernieuwd houtwerk. Tegen de achtergevel, aanleunde dwarsvleugel van twee en anderhalve bouwlaag onder pannen zadeldak. Vroegere keuken met washuis en berging aangepast tot woning voor de uitbaters van het gastenverblijf.

Plattegrond en interieurinrichting grotendeels behouden met kenmerkende centraal gelegen dwarsgang die toegang geeft aan de verschillende kamers op de begane grond en de bovenverdieping. Alle thans groengeschilderd binnenschrijnwerk, de bordestrap, plankenvloeren en het houten gewelf van de voormalige kapel bleven behouden.