Enkelhuis met regionalistische stijlkenmerken; uit het eerste kwart van de 20ste eeuw, in 1927 verhoogd naar ontwerp van architect René Derleyn. Drie traveeën en drie bouwlagen onder pseudo-mansardedak (nok parallel aan de straat, mechanische pannen) waarin klimmende dakkapel. Gecementeerd gevelparement, witbeschilderd op groene plint. Driezijdige erker met rechts aansluitend balkon; houten borstwering. Overkragende dakrand op uitgelengde klossen, rechts geknikte puntgevel. Rechthoekige en beluikte vensteropeningen met kleine roedeverdeling; rechthoekige deur links en garagepoort rechts onder betichelde luifels op houten consoles.