Kruidtuin

Tekst van Kruidtuin (https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/5436)

Kruidtuin. Bij het openen van de Leopoldstraat in 1826 aangelegd op de moes- en fruithof van het Sint-Elisabethgasthuis voor de geneeskundige school die er toen was gevestigd (vroeger gelegen aan de Prekersstraat); oranjerie en serres naar ontwerp van P. B. Bourla. Gereorganiseerd in 1878 door de botanicus H. Van Heurck werd de tuin sindsdien afzonderlijk bestuurd en ontstond er een natuurhistorisch museum (momenteel ondergebracht in de dierentuin). Nadat in 1884 een nieuwe oranjerie werd opgericht naar ontwerp van stadsingenieur G. Royers voor les- en tentoonstellingslokalen evolueerde de wetenschappelijk en pedagogisch uitgebouwde kruidentuin stilaan naar een plantentuin (hoge afsluitende muur aan die straatzijde vervangen door een open balustrade) voor het publiek toegankelijk. Sinds 1909 gebruikt door de stedelijke plantsoendienst.

Brede, iets lager dan het straatniveau gelegen tuin met centrale vijver, waarrond kleine parterres, omzoomd door hoogstammen, serre, gebouwen, aan de straatzijde afgesloten door een inkompoort met aansluitende balustrade, waarop lantarens.

Sobere laatclassicistische bepleisterde en beschilderde poort op hardstenen plint uit het tweede kwart van de 19de eeuw (rest van de oorspronkelijke muur, die het gehele gasthuis afsloot). Centrale verhoogde partij met brede inrij bekroond door een op pilasters met Dorische kapitelen rustend klassiek entablement met smalle architraaf, verdiepte fries en vooruitspringende geprofileerde kroonlijst. Breed uitgewerkte balustrade naar ontwerp van stadsarchitect P. Dens uit 1876-1877, geplaatst in 1878, van hardsteen op sokkel met balusters tussen rechte postamenten; vier prachtige, monumentale gietijzeren lantaarns in drielicht.

Noordzijde ingenomen door de brede serre (wintertuin) van aluminium en melkglas, ontworpen door architect E. Dick in 1971 met behouden vorm van de oude broeikas van P. B. Bourla van 1826. Symmetrische opbouw met verhoogde centrale, halfcirkelvormige uitspringende partij, koepelvormig bekroond; twee flankerende lagere zijvleugels onder schilddak.

Oostzijde gedeeltelijk ingenomen door een schietbaan (17de eeuw) afkomstig van de voormalige schuttersmaatschappij "Cercle Willem Tell", later "Cercle Artistique" in de Arenbergstraat, en hier heropgebouwd in 1911-1912 onder leiding van architect Ferdinand Truyman: negen hardstenen Toscaanse zuilen op basement; bekronende fries, driehoekig verbreed boven de zuilen, waarop cartouches afgewisseld met lauwerkransen, waarin de symbolen van de schuttersgilde. Beschermend leien zadeldak.

Oostzijde voorts gedomineerd door de oranjerie, oorspronkelijk museum, leslokaal en tentoonstellingsruimte. Eenvoudig rechthoekig grondplan met lijstgevel, gevat tussen twee licht vooruitspringende zijvleugels; vijf traveeƫn en twee bouwlagen onder schilddak (roofing) in een sobere neobarokstijl naar ontwerp van stadsingenieur G. Royers van 1883. Bakstenen parement op hardstenen plint, verlevendigd met witte natuursteen voor de dragende architecturale elementen. Twee zij-ingangen met op tweede bouwlaag rondboogvensters met bewerkte sleutels onder driehoekige frontons met portertbuste, op composiete muurpilasters. Verder hoge rechthoekige vensters met kleine roedeverdeling. Horizontale gevelgeleding door de brede, gekorniste waterlijst tussen de verdiepingen; op de fries namen van bekende botanici: van links naar rechts K. De l'Escluse, M. De Lobel, F. Van Sterbeeck, R. Dodoens en B. Du Mortier.

Aan de ingang de vrijstaande tuinierswoning in landelijke stijl van 1870 naar ontwerp van architect P. Dens, gedeeltelijk met klimop begroeid en gekarakteriseerd door het spel van verschillende bakstenen puntgevels onder zadeldaken (kunstleien) en gedomineerd door een torenvormige verhoging onder leien schilddakje, waarop twee koperen sierbollen. Kleine rondboogvensters afgesloten door middel van luiken.

  • Stadsarchief Antwerpen, Modern Archief, 204/2.
  • AERNOUTS R. en FRISON E., Antwerpen's plantentuinen 1797-1926. Een eeuw botanisch en medico-botanisch onderricht in de Scheldestad (onuitgeg. Studie, Antwerpen, 1959).
  • VAN HEURCK H., Situation du jardin botanique d'Anvers en 1878, Antwerpen, 1878.

Bron: DE MUNCK-MANDERYCK M., DECONINCK-STEYAERT R. & PLOMTEUX G. met medewerking van LINTERS A. 1979: Inventaris van het cultuurbezit in Belgiƫ, Architectuur, Stad Antwerpen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 3nb, Brussel - Gent.
Auteurs:  Plomteux, Greet; Steyaert, Rita; Manderyck, Madeleine
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Kruidtuin [online], https://id.erfgoed.net/teksten/5436 (geraadpleegd op ).