Statig dubbelbuis van vier traveeën en drie bouwlagen onder zadeldak (pannen). Neoclassicistische bepleisterde en beschilderde lijstgevel, daterend uit het derde kwart van de 19de eeuw, met sterk horizontale ritmering door de doorlopende lekdrempels, kordons, puilijst en brede kroonlijst op modillons. Op de met imitatievoegen belijnde begane grond drie rechthoekige vensters met platte bandomlijstingen, recent verlaagd tot in de hardstenen plint; boogvormige deur met gestrekte waterlijst op consoles, waarboven rechthoekig bovenlicht. Rechthoekige bovenvensters met geriemde omlijstingen en doorlopende dorpels, waaronder casementen.