Breedhuis, vier traveeën en twee bouwlagen, onder zadeldak (leien); in de tweede helft van de 16de eeuw te dateren doch later aangepast.

Gecementeerde lijstgevel met muurankers in traditionele stijl. Rechthoekige, aangepaste vensters met lekdrempels. Kwarthol geprofileerde daklijst onderbroken voor twee getrapte dakvensters voorzien van fialen; een behouden bolkozijn met waterlijst in het linker dakvenster. Oorspronkelijk dakgebint. Verbouwde begane grond.

Getrapte zijgevels. Ten westen: bepleisterd en beschilderd, waarschijnlijk evenals voorgevel traditionele bak- en zandsteenbouw. Oorspronkelijke muuropeningen in de bovenbouw, onder meer kruiskozijn met getraliede bovenlichten. Aanbouw ten westen: horizontaal beëindigde afsluitmuur met oorspronkelijke afdekking van witte natuursteen (?).