Kasteel hof Batenborch (1)

Tekst van Kasteelhoeve Batenborch (https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/70670)

Het hof Batenborch, van oude doch niet achterhaalde oorsprong, en waarvan de gebouwen toen in puin vielen, werd in 1598 verkocht aan Robert de Moens, door wie het tijdens de 17de en 18de eeuw in het bezit kwam van de familie de Baudequin, die er in de 17de eeuw een kasteel bouwde.

Heden is het een grotendeels door een breukstenen omheiningsmuur afgebakend goed, toegankelijk langs een bomendreef en een hek tussen vierkante classicistische pijlers van zandsteen met vaasbekroning; het omvat in het park met oude bomen, een kasteel met resterende kern uit de 17de eeuw, tijdens de 18de eeuw verbouwd en in 19de eeuw aangepast, een conciërgewoning uit de 15de of de 16de eeuw, en bij de omheiningsmuur, een kasteelhoeve.

Twee verdiepingen hoog kasteel afgedekt met een mansardedak (leien), voorzien van tussen houten vleugelstukken gevatte dakkapellen. Zandsteenbouw in breuksteenverband, vermoedelijk voorheen bepleisterd. Ongeveer rechthoekige constructie met achteruitspringend gedeelte, in de oksel ten zuidoosten voorzien van een halfronde bijbouw met gevelsteen "Sans varier/ 1869" wijzend op de restauratie en de toevoegingen, en nog verrijkt met een erkertje ten zuiden; tegen de achtergevel, een breukstenen bijbouw onder lessenaarsdak (leien), en in de zuidwesthoek, een laag cirkelvormig torentje met stomp kegeldak (leien), en een zandstenen rondboogdeurtje met negblokken, sluitsteen, druiplijst en jaartal "Anno/ 1730" op de imposten. Van de oudste kern rest in de westgevel, een zandstenen kruisvenster; de overige rechthoekige vensters werden aangepast en gerestaureerd (arduin); sommige bewaren evenwel nog gedeeltelijk de zandstenen omlijsting met negblokken, of zijn bekroond met een bakstenen ontlastingsboog.

Bij het tuinhek, conciërgewoning die zou kunnen opklimmen tot de 15de of 16de eeuw. Het hoog gedeelte, eertijds vermoedelijk een driekwarthuis, is afgedekt met een zeer steil zadeldak (pannen), met afsnuiting aan de voorgevel uitlopend op een heden met lood bekleed windbord en met geprofileerde houten modillons. In dezelfde gevel, resten van stijl- en regelwerk (baksteen) in de bovenbouw. Zandstenen achtergevel met top in baksteenmetselwerk verrijkt met zandstenen speklagen, en rechts afgewerkt met vijf bakstenen trappen; in de onderbouw, sporen van een poort (links) en van een venstertje (rechts) in de bovenbouw, een met breuksteen dichtgemaakt voormalig kruisvenster dat de dubbele sterk gewelfde ontlastingsboogjes boven het kordon behoudt, en dat een aanpassing zou kunnen zijn uit de 17de eeuw.

In het verlengde, lager gedeelte in breuksteen (zandsteen) met pannen zadeldak (nok loodrecht op het driekwarthuis); in de voorgevel, een rechthoekig venster in een ijzerzandstenen omlijsting met kwarthol beloop en negblokken aan de posten, en een gotische deur van zandsteen: geprofileerd spitsboogbeloop met neutjes, afgelijnd met een spitsboogvormige druiplijst. Achtergevel deels van baksteen met nieuwe vensters (herstelling), deels van breuksteen voorzien van een zandstenen rondboogdeurtje met uitstekende imposten.

Kasteelhoeve. Semi-gesloten boerderij met gebouwen grosso modo van breuksteen onder pannen zadeldaken, gegroepeerd rondom de drie zijden van een geplaveide rechthoekige binnenplaats, met een bakstenen muur op de vierde zijde; moeilijk te dateren daar de muuropeningen in de 19de eeuw verbouwd werden.

Op de oostzijde, overluifelde inrijpoort met houten latei die doorloopt tot de schuurpoort (rechts). Ernaast, boerenhuis met een verdieping en zadeldak (pannen) met dakvensters; in 1826 verbouwde muuropeningen (houten lateien, bakstenen posten) zoals aangeduid in een ruit boven de rechthoekige deur; zes traveeën brede gevel waarvan de drie rechter onderkelderd zijn. Ten westen, stallingsvleugel met zadeldak (pannen), houten dakvensters en rechthoekige muuropeningen. In de noordwesthoek, karrenhuis met zadeldak (pannen), uit de 19de eeuw. Op de noordzijde, lager dienstgebouw en langsschuur met zadeldak (pannen).


Bron: DE MAEGD C. & VAN AERSCHOT S. 1975: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Vlaams-Brabant, Halle-Vilvoorde, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 2n, Gent.
Auteurs:  Van Aerschot, Suzanne
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Kasteelhoeve Batenborch [online], https://id.erfgoed.net/teksten/40851 (geraadpleegd op ).