Bedevaart- en parochiekerk

Tekst van Bedevaartkerk Onze-Lieve-Vrouw (https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/40481)

De bouwgeschiedenis is verbonden met volgend verhaal: in het Zoniënwoud stond van oudsher een eigenaardige, angstwekkende eik, getroffen door de bliksem, die als "Duivelseik" een belangrijke rol speelde in diverse plaatselijke sagen. Om dit te doorbreken vroeg een Brusselse slager op zijn sterfbed een Jezusbeeldje te spijkeren aan een naburige eik. Zijn nalatige vrouw stierf kort nadien, waarop de zoon de laatste wens uitvoerde in 1636, waardoor de "Jezus-Eik" tot stand kwam. De volgende zes jaren gebeurden er een groeiend aantal miraculeuze genezingen, dank zij de tussenkomst van Onze-Lieve-Vrouw; de pastoor van het naburige Tervuren liet ze onderzoeken en richtte een altaar op, bezijden de weg Brussel-Namen. Door het toenemend aantal bedevaarders werd besloten tot de oprichting van een kerk, afhankelijk van de Abdij van Park, erkend als parochiekerk in 1700.

Eerstesteenlegging op 20 april 1650: bouwopschrift op de oostwand van het schip: "ChrIst et VIrgInIs ope VICtor paCfICVS arChIDVX aVstrIae LeopolDVs ponebat"

Tweede gevelsteen met opschrift: "Christo et sacra Virginis/ Deve V Cliens/ Leopoldus Austriaeus/ anno Jubilari posuit (1646)", bij de fundering van de rechterzijgevel.

De barokgevel, voorkomend op bedevaartvaantjes, werd in 1868 vervangen door een neogotische met westelijke dakruiter; tijdens de restauratie van 1970 stortte de westgevel in en werd dan vervangen door een kopie van de oorspronkelijke, onder leiding van architect S. Brigode, zoals vermeld op een cartouche boven de deur: "In honorem/ B. Mariae Virg/ aedif. MDCLXVIII/ Rest. MCMLXX".

Barokke zaalkerk van zes traveeën, smaller rechthoekig koor geflankeerd door sacristieën en een aanleunende pastorie aan de oostkant; het ontwerp wordt vaak toegeschreven aan architect J. Francart.

Bouwcampagne van circa midden 17de eeuw, met, naar verluidt, wijziging in de oorspronkelijke opzet en westgevel van 1668.

Bak- en zandsteenbouw. Gereconstrueerde westgevel met gedrongen hals, geflankeerd door vleugelstukken en uitlopend op een driehoekige bekroning; vrij strakke maar picturale compositie met verticale muurbanden en meer uitgewerkte deur-, venster- en oculusomlijstingen gecantonneerd door de nodige klauwstukken.

Zeer sobere noord- en zuidgevels, op hoge zandstenen sokkel, geritmeerd door steunberen die worden afgelijnd door hoekstenen en bekroond met voluutvormige koppen. Hoog geplaatste rondboogvensters met kleine imposten, sluitsteen en gekorniste waterlijst. Kroonlijst op modillons en leien zadeldak met oostelijke dakruiter.

Nauwelijks uitstekende oostpuntgevel met speklagen en een centraal rondboogvenster in een geblokte omlijsting.

Bredere koortravee met zelfde rondboogvenster boven twee kleine boogvormige sacristievenstertjes. Gedichte zuidingang.

Kleurrijk interieur met gemarmerde architectonische elementen en fraai houtwerk met ingewerkte schilderijen.

Tongewelf met dunne kruisribversiering en brede gemarmerde gordelbogen opgevangen door pilasters die de bovenmuren ritmeren en steunen op een gekorniste lijst met gegroefde consoles.

Rondboog naar het koor gevat tussen twee pilasters. Rijke boogvulling opgevat als een soort van gebroken gebogen fronton met centraal bouwopschrift tussen een wapensteen en een abtsblazoen, steunend op de flankerende vleugelstukken; overvloedshoorn in de zwikken.

Pseudo-kruisriboverwelving boven de koortravee en plafond op moerbalken over de sacristieën.

Mobilair. Schilderijen, onder meer Annunciatie, school van Van Loon (17de eeuw) en andere uit de 18de eeuw; in de beuklambrisering, aantal naïeve portretten geschonken uit dank na genezing, aantal gedateerde (tweede helft 17de eeuw - eerste helft 19de eeuw); gestoffeerd bedevaartbeeldje van Onze-Lieve-Vrouw op een eiken stam komend van de "Jezus-Eik".

Barok- en classicistisch meubilair uit de tweede helft van de 17de eeuw en 18de eeuw, onder meer een barokke biechtstoel geschonken door Hertog I. van Arenberg (zie opdracht); gemarmerde hoofd- en zijaltaren met eerder classicistische inslag (eerste helft 18de eeuw) en régence preekstoel, gedateerd 1757.


Bron: DE MAEGD C. & VAN AERSCHOT S. 1975: Inventaris van het cultuurbezit in Belgiƫ, Architectuur, Vlaams-Brabant, Halle-Vilvoorde, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 2n, Gent.
Auteurs:  De Maegd, Christiane; Van Aerschot, Suzanne
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Bedevaartkerk Onze-Lieve-Vrouw [online], https://id.erfgoed.net/teksten/40481 (geraadpleegd op ).