Albertplein

Tekst van Albertplein (https://id.erfgoed.net/waarnemingen/220523)

De opgraving werd georganiseerd als een werfbegeleiding.

In de werkput werden de goed bewaarde restanten van een antitankgracht uit de Tweede Wereldoorlog aangetroffen. Veldmaarschalk Rommel was van mening dat in Knokke-Heist, als onderdeel van de Atlantikwall, de weerstandskernen te ver van elkaar lagen. Daarom werd er vanaf 1944 (derde fase van versteviging van de Atlantikwall) begonnen met de aanleg van kleine weerstandskernen, de zogenaamde ‘Zwischenwiderstadsnester’ in Knokke. Vanaf april 1944 had de Duitse bezetter het plein ingericht als tussenweerstandsnest. Dwars over het plein liep een antitankgracht over de volledige breedte van het plein. De muren van deze structuur waren versterkt met bakstenen. 

Tijdens het onderzoek kon de goed bewaarde antitankgracht onderzocht worden door middel van één werkput. De 3,79 m diepe gracht was opgebouwd uit een betonnen vloer van 5,87 m breed en ± 60 cm dik opstaand muurwerk opgebouwd uit baksteen met interne compartimenten gevuld met puin en beton. De vermoedelijk 3,98/4 m hoge muren waren niet meer tot aan de top bewaard en waren door werkzaamheden in jongere tijden licht beschadigd. Oorspronkelijk waren deze niet extra verstevigd aan de top en bevond er zich begroeiing. De gracht is na zijn dienst opgevuld geraakt met een dumpingspakket dat duidelijk tegen de zuidelijke muur begon en in een tweede fase heel vlug werd opgevuld met zand en puin. Het overgrote merendeel betreft bouwpuin zoals bakstenen, mortel, vloertegels en vensterglas. Reeds op 2 augustus 1945 was de gracht alweer gedempt.


Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: GATE


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Albertplein [online], https://id.erfgoed.net/teksten/361789 (geraadpleegd op ).