Pastorie van de Sint-Salvatorparochie met tuin

Tekst van Pastorie van de Sint-Salvatorparochie met tuin (https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/43088)

Pastorie gebouwd in 1741 als dubbelhuis met twee bouwlagen en een gevelbreedte van vijf traveeën onder een schilddak, verbouwd rond 1850, met een voortuin, een achtertuin en een boomgaard, grotendeels ommuurd, in totaal bijna 30 are; twee beplantingsheuveltjes met treuressen; grotendeels braakliggend.

Historiek

De oorspronkelijke pastorie van Hakendover bevond zich naast de kerk. De huidige pastorie langs het Schoolpad werd in 1741 gebouwd door pastoor Alexander Vandersmissen, die daarbij de pastorie van Elingen voor ogen zou hebben gehad. Ze wordt op de Ferrariskaart (1771-1775) en op de Primitieve kadasterkaart circa 1820 afgebeeld met min of meer dezelfde plattegrond en wordt in de gebouweninventaris omschreven als een laat-18deeeuws dubbelhuis. In haar huidige verschijningsvorm beantwoordt ze echter perfect aan een model van landhuizen dat in de periode 1840-1860 in de regio bijzonder populair was: een dubbelhuis (met een min of meer symmetrische plattegrond, de voor- en achterdeuren in het midden) van vijf traveeën, twee bouwlagen en een mezzanine onder een laag schilddak. De bepleistering met schijnvoegen zou echter 18de-eeuws metselwerk kunnen verbergen – baksteen en witte zandsteen. De niet bepleisterde omlijstingen van witte zandsteen rond de deuren (de voordeur met druiplijst) en de vensters van de benedenverdieping wijzen ook in die richting. De oorspronkelijk steile dakhelling, typisch voor 18de-eeuwse huizen, is wellicht door het toevoegen van de mezzanine afgezwakt. De pastorie is omgeven door een grotendeels ommuurde pastorietuin van in totaal bijna 30 are, met inbegrip van voor- en achtertuin en boomgaard. In de tuin bevinden zich twee beplantingsheuveltjes met treuressen, die op heden grotendeels braak liggen.

Beschrijving

De pastorie heeft een traditionele vorm van een dubbelhuis, tweeënhalve bouwlaag hoog, geflankeerd door twee éénlaagse bijgebouwen met rechts een wagenstalling. Het hoofdvolume is afgedekt met een leien schilddak, de bijgebouwen met een zadeldak met aandaken. De voor- en achtergevel zijn identiek en zijn opgetrokken in baksteen met vlakke kalkzandstenen deur- en vensteromlijstingen op het gelijkvloers maar momenteel volledig gecementeerd. De zeer symmetrische gevelstructuur wordt bepaald door een centrale inkomdeur, bekroond met een geprofileerde druiplijst en hoge, rechthoekige vensters met 19de-eeuwse roedeverdeling. De dubbele paneeldeur met rechthoekig bovenlicht dat nog bewaard bleef in de achtergevel, werd in de voorgevel vervangen door een recente enkele deur.

Interieur

De originele indeling met grote dwarsgang, geflankeerd door vier grote kamers, bleef bewaard. De eenvoudige aankleding van het interieur (stucplafonds, schouwen en deuren) dateert overwegend uit de 19de eeuw. De brede gang heeft een zwart-grijze marmeren vloer en een elegante slingertrap met slanke trappaal en balusters. Eén kamer in de linker annex bezit nog elementen uit de eerste bouwfase van 1741: een rode tegelvloer, eenvoudig lijstwerk op het plafond en een met rocaillemotieven versierde, gestucte en beschilderde schouwmantel.

Tuin

In de Primitieve kadastrale legger (1831) worden de samenstellende delen opgesomd: een voortuin van 4 are 80 centiare, het huis geflankeerd door lage aanbouwen, een tuin van 15 are en, in een punt langs de Hollestraat eindigend, een bijna driehoekig perceel boomgaard van 7 are 30 centiare – het geheel grotendeels ommuurd, in totaal bijna 30 are, vrij klein voor pastorieën. In 2002 lag de achtertuin braak, maar de symmetrische opstelling ten opzichte van de achterdeur van twee hinokischijncipressen (Chamaecyparis obtusa) zou één van de aanzetten kunnen zijn van het traditionele padenkruis. De fruitbomen zijn verdwenen, maar in de noordpunt van het boomgaardperceel ligt een heuveltje omgeven door taxussen (Taxus baccata) met een treures (Fraxinus excelsior 'Pendula') erbovenop. In de voortuin, het minst onderkomen deel, bevinden zich een magnolia (Magnolia x soulange­ana) en een tweede heuveltje, eveneens met een treures, maar een veel dikker exemplaar (232 cm stamomtrek).

  • Kadasterarchief Vlaams-Brabant, Oudste kadastrale legger 212 Hakendover, art. 102 nrs. 4-7.
  • Archief Onroerend Erfgoed Vlaams-Brabant, DB000087, Pastorie met ommuring, beschermingsdossier, doos 58.10 map 6518.
  • GENICOT L.F., VAN AERSCHOT S., DE CROMBRUGGHE A., SANSEN H. & VANHOVE J. 1971: Inventaris van het cultuurbezit in Vlaanderen, Architectuur, Provincie Brabant, Arrondissement Leuven, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 1, Luik.
  • KEMPENEERS P., Oostbrabantse plaatsnamen: 5. Hakendover, in Toponymica, IX,5, K.U. Leuven, Instituut voor Naamkunde, 1991, p. 73.

Deze tekst is een samenvoeging van de teksten:

  • FOUBERT A. 2013: Pastorie van de Sint-Salvatorparochie met tuin [online], https://id.erfgoed.net/teksten/150671 (geraadpleegd op 25-10-2019)
  • DENEEF R. (red.) 2008: Historische tuinen en parken van Vlaanderen, Inventaris Vlaams-Brabant, Zuidoostelijk Brabant – Haspengouw: Geetbets, Hoegaarden, Kortenaken, Landen, Linter, Tienen, Zoutleeuw, M&L Cahier 16, Brussel.

Auteurs:  Deneef, Roger; Wijnant, Jo; Foubert, Annemie
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Pastorie van de Sint-Salvatorparochie met tuin [online], https://id.erfgoed.net/teksten/313231 (geraadpleegd op ).