Kasselrijhuis

Tekst van Kasselrijhuis (https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/27159)

Voormalig Kasselrijhuis, heden Onze-Lieve-Vrouwecollege. Huidig gebouwencomplex opgetrokken in verschillende bouwfasen, van links naar rechts : oudste kern (zeven linkse traveeën), oorspronkelijk een herenwoning gebouwd in de tweede helft van de 16de eeuw door J. Lepoyvre, heer van Mullem, door zijn dochter circa 1600 verkocht aan P. de Schrijvere. Deze verhuurt het huis in 1603 aan de hoogpointers van de kasselrij van Oudenaarde als vergaderzaal. Aankoop van het huis door het kasselrijbestuur in 1611 en aanpassing van het gebouw onder meer met bouw van een achterhuis met bakoven, brouwerij en stal en mogelijk ook aanpassing van de voorgevel in 1613-17. Afbraak van de achtergevel en uitbreiding met 2 m met nieuwe overwelfde kamer naast de vergaderzaal, in 1649.

Aankoop van de rechts aanpalende brouwerij "de Catte" in 1696 en vernieuwbouw van het pand tussen 1699-1704 met onder meer een nieuwe voorgevel in Lodewijk XIV-stijl (gedateerd 1702), ontvangstzaal vooraan en nieuwe vergaderzaal achteraan.

Nieuwe uitbreiding in 1729-33 na aankoop van de aanpalende brouwerij "de Fonteyne" (1728), met aansluitende, haast identieke gevel (oorspronkelijk zonder dakvenster) met koetspoort, nieuw trappenhuis met monumentale 18de-eeuwse trap en gewelfde kamer voor de griffie achteraan. Rijkelijke aankleding van het interieur in de loop van de 18de eeuw, onder meer in de eetkamer met marmeren schouw van 1760 en fraai rococostucwerk. Verbouwing van de achtergevel in 1779 met nieuw hardstenen parement. Plannen van 1781-84 voor volledige nieuwbouw van de Gentse architect Fr. Drieghe, overgenomen door A. Van den Hende en Ph. Van der Meersch, werden nooit uitgevoerd.

Na de opheffing van de kasselrijbesturen onder het Franse bewind, genationaliseerd. De begane grond deed dienst als correctionele rechtbank en arrondissementscommissariaat. Op de bovenverdieping was tot circa 1844 een hotel gevestigd.

In 1851, aangekocht door de priestercongregatie van Onze-Lieve-Vrouw van Dendermonde die in 1844 een school had opgericht in de Einestraat. Erkenning van de school als bisschoppelijk college in 1860. Uitbreiding van de schoolgebouwen, onder meer feestzaal en slaapzaal, door architect A. Vossaert in 1906 tot aan het vroegere Molenstraatje, nu Meinaert: vijf identieke traveeën in Lodewijk XIV-stijl, met toevoeging van een monumentaal dakvenster boven de poorttravee van het gebouw van 1728.

In 1924, kapel en nieuwe klaslokalen gebouwd aan de westzijde waardoor de speelplaats gesloten werd. Kapel in 1987 gesloopt wegens instortingsgevaar.

Aanpassing van de oude kasselrijgebouwen in de jaren 1930 door het realiseren van een dwarsgang en verlenging van de vroegere vergaderzaal van de hoogpointers, met recuperatie van de hardstenen achtergevel. Nieuwe refter en projectiezaal met muurschilderingen door A. Willems van Dendermonde (1935).

Grondige restauratie van de als monument beschermde voorgevels van het gebouwencomplex onder leiding van architect R. Warie tussen 1957 en 1964 met vervanging van een groot deel van het zandstenen parement.

Ten slotte aankoop van gronden van het O.C.M.W. achteraan en bouw van nieuwe klaslokalen tussen 1976 en 1978 onder leiding architect P. Vossaert en nieuwe klaslokalen, polyvalente zaal en kapel ingehuldigd in 1989 naar ontwerp van architect C. Mas.

Oudste kern: linkervleugel met volledig onderkelderde 16de-eeuwse kern van herenwoning, sinds begin 17de eeuw kasselrijgebouw, met vermoedelijk in 1613-17 opgetrokken of aangepaste voorgevel, van zeven traveeën en twee bouwlagen onder schild- en mansardedak, (leien, nok parallel en loodrecht op de straat). Verankerd parement van Balegemse zandsteen, bij de restauratie deels vervangen door Massangis. Begane grond met sokkel, erboven geritmeerd door acht slanke zuiltjes op geprofileerde laatgotische basis, bolvormige schacht en renaissancekapiteeltjes die de tudorbogenrij van de laatgotische overkragende bovenverdieping dragen; sierlijke Y-vormige ankers op de zwikken. Vernieuwde zandstenen kruiskozijnen en ramen met kleine roedeverdeling. Rechte ankers op de bovenverdieping, in de rechtertravee met kram- en krul en vier rechtse vensters onder ontlastingsboog, mogelijk verwijzend naar een in oorsprong afzonderlijke kern. Vroeger deur eerst in vierde, daarna in zevende travee, nu ook vensters. Aflijnende gelede architraaf en geprofileerde daklijst; twee vernieuwde dakkapellen.

Aansluitend uitbreiding van het kasselrijgebouw rechts van de 16de-eeuwse vleugel, van 1699-1704 (confer anno MDCCII op fries); Lodewijk XIV-gevel van drie traveeën en twee bouwlagen onder doorlopend zadeldak met gevelbreed dakvenster met in- en uitgezwenkte top. Parement oorspronkelijk van witte Balegemse steen, heden Massangissteen. Typisch verticaliserende kolossale pilasters met Ionisch kapiteel, vernieuwde zandstenen kruiskozijnen met glas-in-loodramen en deurvenster met ijzeren balkon in de middelste boventravee. Zijpenanten verrijkt met bloemen- en vruchtenguirlandes, opgehangen aan gesculpteerd doekwerk. Aflijnend hoofdgestel met jaartal en bekronend dakvenster met rijkelijk versierde in- en uitgezwenkte top; cartouche met hartmotief onder het driehoekig fronton.

Tweede uitbreiding van 1729-33 met vier identieke traveeën en twee bouwlagen onder doorgetrokken zadeldak met oorspronkelijk één dakkapel. Identieke gevelcompositie met Ionische pilasters, vernieuwde kruiskozijnen en guirlandes op de borstweringen. Monumentale koetspoort in de rechtertravee, vermoedelijk oorspronkelijk kleiner (zie sporen van weggebroken guirlandes erboven) en vernieuwd eind 18de eeuw. Rondboogpoort in geprofileerde arduinen omlijsting met gedecoreerde hollijst op imposten, met sluitsteen en zware kroonlijst, gevat in een geblokte nis ; later toegevoegd ijzeren balkonhek erboven. Gesculpteerde houten vleugeldeur met bovenlicht met medaillon met Onze-Lieve-Vrouw met Kind in glas in lood.

Bij de rechtse uitbreiding van 1906 toegevoegde identieke dakvenster aan dit van 1702 met wapenschild onder driehoekig fronton en bij de restauratie van 1964 toegevoegd opschrift: "Onze-Lieve-Vrouwecollege" op de fries.

Recente uitbreiding ten behoeve van de school, van 1906 (zie jaartal anno MCMVI op fries) naar ontwerp van architect A. Vossaert met vijf identieke traveeën en twee bouwlagen onder doorlopend dak. Gelijkaardig gerestaureerd zandstenen parement en dakvenster, met cartouche met anker onder het driehoekig fronton; ijzeren balkonhek vóór het deurvenster van de vierde boventravee.

Deels zichtbare achtergevels van bak- en zandsteen, met twee bouwlagen onder verschillende diepe daken (leien, nok loodrecht op de straat) met in 1945 toegevoegde mansardedakvensters. Oudste rechtse deel, van de verbouwing van 1649, met twee hoge rechthoekige vensters (oorspronkelijk kruiskozijnen) met zandstenen negblokken, onder ontlastingsbogen.

Aansluitend vier linkse traveeën van de bouw van 1702 met aangepaste gevel van 1779, op de bovenverdieping met drie vensters met zandstenen negblokken, op het gelijkvloers uitgebouwd in 1933 met recuperatie van de hardstenen gevel met centrale rondboogdeur in geprofileerde omlijsting met sluitsteen en twee dito vensters.

Uiterst linkse drie traveeën van 1728 met spiegelboogvormige poort in geblokte zandstenen omlijsting links en rechthoekige vensters met zandstenen negblokken, onder dito latei en ontlastingsboogjes. Bredere penant op de bovenverdieping voorzien van Onze-Lieve-Vrouwebeeld met Kind, gesigneerd Oscar Sinia, en opschrift: "Bona centenaria recolentes".

Voornamelijk het centrale gedeelte van het gebouwencomplex bevat nog historische interieurelementen op de gelijkvloerse en de bovenverdieping.

Ontvangstkamer vooraan met merkwaardig stucplafond, gedateerd 1705 met breed uitgewerkte motieven zoals rankwerk en rozetten, ingeschreven in geometrische vormen van geprofileerd lijstwerk en bepleisterde moerbalken.

Kamer achteraan, voorheen vergaderzaal, nu bureau, rijkelijk rococostucwerk op plafond (deels doorlopend op later afgescheiden dwarsgang) geleed door bepleisterde balken, unieke rococoschouw van 1760 van Saint-Rémimarmer, uitgevoerd door J. Thomas (Beaumont), met landschapsschilderij in een eiken rococo-omlijsting en bekronende rocailles met wapenschild van de kasselrij.

Tweede achterkamer met bepleisterd kruisgewelf. Eetkamer met beschilderde moerbalken met versierde uiteinden op consooltjes, 18de-eeuwse paneeldeuren en afzonderlijk omlijste muurschilderingen met landelijke taferelen in klassieke stijl, vermoedelijk van circa 1810.

Voormalige vergaderzaal, nu projectiezaal en refter, vergroot in 1933-34 en versierd met muurschilderingen met voorstelling van de seizoenen, diverse streken uit België en Oudenaarde, door A. Willems (Dendermonde).

18de-eeuwse trap met balusterleuning en gesculpteerde trappaal met voluut, bloemenranken en mascaron; gelijkaardige trappaal zonder hoofdje op de bovenverdieping. Op de bovenverdieping, drie kamers met behouden rococostucwerk op plafonds en schouwboezems.

Links en rechts van de speelplaats, haakse, sterk geritmeerde bakstenen vleugels met klaslokalen uit eind 19de en 20ste eeuw, met twee of drie bouwlagen onder zadeldaken. Bewaarde noordvleugel van 1906 met oorspronkelijk een feestzaal, verlicht door rondboogvensters, en slaapzaal op de bovenverdieping.

Ten westen moderne kapel op ruitvormige plattegrond, opgetrokken uit baksteen, met verspringende, afdalende wanden die een zijdelingse verlichting mogelijk maken, vooraan met symbolisch torentje en kruis.

Ruim en helder interieur met zichtbare dakconstructie en verticaliserende lichtstroken met glas in lood met ingewerkte kruisweg naar ontwerp van de Duitse prof. E. Hillebrand die eveneens de altaartafel en het tabernakel realiseerde.

Mobilair. Beeldbouwwerk: gepolychromeerd houten Onze-Lieve-Vrouwebeeld; orgel van circa 1840 afkomstig van kapel van Opbrakel, gerestaureerd door de firma Anneessens (Menen).

  • Afdeling Ruimtelijke Ordening, Huisvesting en Monumentenzorg Oost-Vlaanderen, Cel Monumenten en Landschappen, Archief.
  • Stadsarchief Oudenaarde, Modern Archief, nummer OUD. 874.1-3455.
  • DEVOS P., Het kasselrijhuis te Oudenaarde, Bijdrage tot de geschiedenis van het ambtsgebouw van het kasselrijbestuur Oudenaarde, nu O.-L.-Vrouwkollege, in Kultureel jaarboek voor de provincie Oost-Vlaanderen, Bijdragen Nieuwe Reeks, nummer 29, Gent, 1989.
  • DEVOS P., Het kasselrijhuis, nu Onze-Lieve-Vrouwecollege te Oudenaarde, Monumenten en Landschappen in Oudenaarde (6), 1994, p. 69-73.
  • DEVOS P., Honderdvijftig jaar collegeleven te Oudenaarde, Monumenten en Landschappen in Oudenaarde (6), 1994, p. 74-78.
  • DE WANDEL A., Het Onze Lieve Vrouwcollege (1844-1944) en de Latijnsche scholen te Oudenaarde, Oudenaarde, 1945.
  • Onze-Lieve-Vrouwecollege Oudenaarde, s.l., s.d.
  • VAN DER MEERSCH D., Het oude casselryehuys van 1611 tot 1850, (onuitgegeven eindwerk).

Bron: BOGAERT C., LANCLUS K., TACK A. & VERBEECK M. 1996: Inventaris van het cultuurbezit in Belgiƫ, Architectuur Provincie Oost-Vlaanderen, Arrondissement Oudenaarde, Stad Oudenaarde met fusiegemeenten, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 15n1, Brussel - Turnhout.
Auteurs:  Bogaert, Chris; Lanclus, Kathleen; Verbeeck, Mieke; Tack, Anja
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Kasselrijhuis [online], https://id.erfgoed.net/teksten/27159 (geraadpleegd op ).