Kasteel van Terbiest

Tekst van Kasteeldomein van Terbiest (https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/23063)

Eerste vemelding van de heerlijkheid Terbiest in de 13de eeuw. Circa 1490 komt het goed door huwelijk in bezit van de familie de Blocquerie. Het huidige kasteel is een voormalig waterkasteel, opgericht in 1627 door Christoffel de Blocquerie; in 1905 wordt het goed aangekocht door de familie Vanslype-Myers, die het geheel uitbreidt met een industrieel complex, onder meer een mouterij en distilleerderij; in 1949 wordt het goed door de staat aangekocht om er de Rijksland- en tuinbouwschool in onder te brengen, later omgevormd tot het huidige Hoger Rijksinstituut voor Technisch Onderwijs. In 1951 restauratie onder leiding van A. Misotten.

Alleen het oostelijk gedeelte, een L-vormige constructie met poortgebouw, dateert van 1627; het hooghuis, in de zuidelijke hoek is een toevoeging in neotraditionele stijl uit de 19de eeuw (?) door de familie Vanslype; de overige gebouwen, in gesloten aanleg rondom een langwerpige binnenplaats gegroepeerd, zijn sterk aangepaste dienstgebouwen of recente schoolgebouwen. Het geheel is gelegen in een boomrijk park, waarin ten noordoosten een deel der omgrachting bewaard bleef.

Centraal geplaatst in de oostvleugel bevindt zich de inrijpoort, een torenachtige constructie van drie bouwlagen en één travee met klokvormige dakbekroning (kunstleien) met gesmeed ijzeren windvaan; datering 1627 door middel van een cartouche onder het venster der derde bouwlaag en op een gevelsteen met wapenschild (A 1.6.2.7.) van Christoffel de Blocquerie, boven de poort; bakstenen gebouw met gesmeed ijzeren muurankers met krullen; mergelstenen hoekblokken en steigergaten. Rondboogvormige inrijpoort ingeschreven in een rechthoekige, kalkstenen omlijsting met negblokken en druiplijst; de twee sleuven boven de poort, afgelijnd met mergelstenen hoekblokken, verwijzen naar een vroegere ophaalbrug. Op de eerste bouwlaag een mergelstenen kloosterkozijn met negblokken en een ontlastingsboog van een rollaag en een platte laag; hierboven een gelijkaardig kruiskozijn, voorzien van dubbele ontlastingsboogjes en een overspannende boog van een platte laag, twee rollagen en een platte laag; onder de kroonlijst, een gelijkaardig rechthoekig venstertje onder een ontlastingsboog van een rollaag en een platte laag. De noordwestgevel heeft een bakstenen rondboogpoort met natuurstenen negblokken, en twee kruiskozijnen, voorzien van een kwartholle neg.

In de oostelijke hoek, L-vormig woongedeelte van bak- en mergelsteen; acht en acht traveeën en twee bouwlagen onder zadeldaken (kunstleien) met schild op de noordoosthoek, dakkapellen, gesmeed ijzeren windvaan, en dakruitertje op de noordoostvleugel. Bakstenen gebouw op een breukstenen plint met afzaat; mergelstenen hoek- en muurbanden, en gedichte steigergaten; muurankers zoals op het poortgebouw. Onder de houten kroonlijst een baksteenfries van een overhoekse en rechte muizetandfries met dropmotief. Rechthoekige beluikte vensters (19de eeuw) met arduinen latei en lekdrempel; verschillende sporen van de oorspronkelijke mergelstenen kruis- en kloosterkozijnen met negblokken en ontlastingsbogen: op de eerste bouwlaag, dubbele ontlastingsboogjes met overspannende boog, op de tweede bouwlaag alleen de dubbele boogjes. In de noordoostgevel een rechthoekige deur met bordes. De gevels aan de zijde der binnenplaats zijn volledig gecementeerd; de oorspronkelijke muuropeningen bleven hier echter gedeeltelijk bewaard: kruis- en kloosterkozijnen, de kruiskozijnen der bovenverdieping met geprofileerd beloop. Getrapte zijgevels.

De vleugel links van het poortgebouw telt zeven traveeën en twee bouwlagen onder zadeldak (kunstleien) met dakkapellen. Bakstenen gebouw met muurankers en mergelstenen banden op de benedenverdieping. Gerestaureerde kloosterkozijnen. Gecementeerde achtergevel met recent aanbouwsel; twee getoogde vensters op de benedenverdieping en een kloosterkozijn op de bovenverdieping.

Het hierop aansluitende hooghuis is recent; de gevelsteen met afbeelding van Sint-Joris en datering ANNO 1420 is afkomstig van de Sint-Joriskapel en werd tijdens de restauratie van 1951 overgebracht.

  • THIJS A., Doorheen het aloude Sint- Truiden, XIII, Sint-Truiden, 1966, p. 20-30.

Bron: SCHLUSMANS F. met medewerking van GYSELINCK J., LINTERS A., WISSELS R., BUYLE M. & DE GRAEVE M.-C. 1981: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Limburg, Arrondissement Hasselt, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 6n2 (He-Z), Brussel - Gent.
Auteurs:  Schlusmans, Frieda
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Kasteeldomein van Terbiest [online], https://id.erfgoed.net/teksten/23063 (geraadpleegd op ).