Zogenaamde Sint-Kwintenskapel. In 1856 werd door baron J. de Hemptinne een aanvraag ingediend voor het bouwen van een kapel naar ontwerp van baron J. Bethune. Deze kapel deed tot 1917 dienst als bidruimte voor de jongensschool van de broeders der Christelijke Scholen die kort na de bouw van de kapel naast de zuidelijke langsgevel van de kapel op initiatief van A.P. de Raveschoot werd toegevoegd.

Eenbeukige kapel van vier traveeën met een vlak afgesloten koor en oostgevel aan de straatkant. Ingang in de westgevel uitziend op een afgesloten binnenkoer. Neogotische baksteenconstructie afgedekt met een zadeldak (leien). Westelijke en oostelijke puntgevel waarvan de top afgewerkt is met een natuurstenen lijst voorheen bekroond met een kruisbloem. Verlicht door drie hoge lancetvensters opgevat als drielicht, booglijst met kraalprofiel aanzettend op slanke zuiltjes met knopkapiteel. Geveltop geopend met driezijdige oculus met gebogen zijden. Westgevel met zandstenen schouderstukken met dito kap, steunberen met dubbele versnijding, witgeschilderde plint en centrale spitsboogpoort met booglijst met kraalprofiel op zuiltjes met knopkapiteel. Oostgevel met circa 1930 gestoken steekboogpoort. Langsgevel verlicht door gekoppelde lancetvensters, tussen steunberen met dubbele versnijding.

Interieur: overwelfd met houten spitstongewelf, houten beschieting en binnenmuren voorzien van vermeldenswaardige polychromie.

Toegang tot het voormalige schoolgebouw, heden parochiale bibliotheek, via nummer 86. Eenvoudige vleugel met twee bouwlagen en achttien traveeën, met flauw hellend zadeldak (bitumen), uit de tweede helft van de 19de eeuw. Haaks ingeplant tussen de Sint-Kwintensberg en de Metdepenningenstraat. Bakstenen lijstgevel met licht getoogde muuropeningen, benedenverdieping gecementeerd, bovenverdieping geschilderd. Over de hele gevelbreedte doorlopend balkon met gietijzeren leuning, geschraagd door gietijzeren zuiltjes.