Handels- en kantoorgebouw Manfield & Sons

Tekst van Handels- en kantoorgebouw Manfield & Sons (https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/5511)

Historiek en context

Handels- en kantoorgebouw in beaux-artsstijl op de hoek van Meir en Gramayestraat, naar een ontwerp door de Brusselse architect Franz Bouwens uit 1911-1912, voltooid in 1913. Opdrachtgever was de Engelse schoenfabrikant Manfield & Sons, die al sinds begin jaren 1880 een schoenwinkel uitbaatte in Brussel. De fabriek werd omstreeks 1850 door Moses Philip Manfield (1819-1899) opgericht in Northampton in de East Midlands. In 1878 vervoegden zijn zonen Harry (1855-1923) en James Manfield (1856-1925) het bedrijf, dat in 1880 van start ging met een eigen winkelketen, aanvankelijk onder de naam Cash & Co en vanaf 1883 als Manfield & Sons. De Brusselse vestiging was de eerste op het vasteland, in 1889 gevolgd door Parijs . Omstreeks 1910, periode waarin de Antwerpse vestiging tot stand kwam, telde de keten al een 70-tal winkels, het merendeel in het Verenigd Koninkrijk, op het vasteland in België, Nederland en Frankrijk. Omstreeks 1914 introduceerde Manfield & Sons een krullende M als logo, dat tot na de Tweede Wereldoorlog gehandhaafd bleef. In 1956 werd het bedrijf overgenomen door het Amerikaanse warenhuisketen Sears.

Manfield & Sons behoort tot het latere oeuvre van Franz Bouwens, die tijdens de latere jaren in Brussel 1870 zijn debuut maakte met een conventionele eclectische architectuurproductie. Uit de jaren vóór de Eerste Wereldoorlog dateren meerdere burgerhuizen in beaux-artsstijl. Het ontwerp van Manfield & Sons, zijn enige realisatie in Antwerpen, kwam in twee versies tot stand. De eerste versie uit december 1911, met een volwaardig mansardedak, werd vanwege overschrijding van de toegestane bouwhoogte zijde Gramayestraat geweigerd. In de definitieve versie uit maart 1912, opteerde de architect daarom voor een terugwijkende pseudo-mansarde met smeedijzeren borstwering, gepaard met een nieuw gevelontwerp. Het programma omvatte de eigen schoenwinkel van de keten op de begane grond, en huurkantoren op de bovenverdiepingen. Het in 1989 gerenoveerde gebouw, huisvestte de Antwerpse Manfield-vestiging tot in 2006.

Architectuur

Het afgeronde hoekgebouw met een gevelbreedte van in totaal dertien traveeën, omvat drie bouwlagen onder een complex zadeldak en een terugwijkende pseudo-mansarde. De gevels combineren witte natuursteen voor de kozijnen, borstweringen en geveltoppen, met een vandaag beschilderd imitatie-natuursteenparement, een plint uit blauwe hardsteen en oorspronkelijk leien als dakbedekking. In opstand vormt het gebouw een samenstel van een volkomen symmetrische hoekvleugel gemarkeerd door de afgeronde, torenvormig doorgetrokken hoektravee met vernieuwde lantaarnkoepel, en een asymmetrische zijvleugel waar de klemtoon ligt op het zijrisaliet.

De hoekvleugel wordt aan weerszij van de hoektoren geritmeerd door kolossale, getoogde vensternissen met sluitsteen en rankwerkfries in het boogveld, gevat in een rechthoekig spaarveld met chutes. Registers van rechthoekige vensters, met tussendorpels op de eerste, entrelacs en rozetten in de borstwering van de tweede verdieping. Beide flanken worden bekroond door een halsgevel met een getoogd twee- of drielicht voorzien van smeedijzeren borstweringen, klauwstukken en een spits gebogen pseudo-fronton waarin een grisaille-sgraffitomedaillon. Zijde Meir is de geveltop verrijkt met overhoekse filalen, cornucopia in de klauwstukken, de wapenschilden van België en Ierland op de penanten, het Royal Coat of Arms van het Verenigd Koninkrijk (vandaag met blind schild) in het medaillon, en een bronzen valk als topstuk. Een guirlandemedaillon siert de blinde topgeleding van de hoektoren, die oorspronkelijk werd bekroond door een geribde koepel en een open lantaarn met helm en topstuk (in aangepaste vorm gereconstrueerd). Verbouwde pui, oorspronkelijk met hardstenen posten, terugwijkende middenportalen in beide flanken, en een houten entablement met naamborden “Manfield & Sons”.

De zijvleugel, geleed door waterlijsten en geritmeerd door pilasters, wordt gemarkeerd door het drie traveeën brede zijrisaliet. Daarvan onderscheidt de middenas zich door het vandaag gedichte korfboogportaal, oorspronkelijk met smeedijzeren vleugeldeur, en een driezijdige erker op consoles; nieuwe inkom in de eerste travee. Verder beantwoordt de opstand aan een regelmatig ordonnantieschema opgebouwd uit registers van twee- of drielichten, op de eerste twee bouwlagen met tussendorpel. Deze zijn rondbogig en gevat in een brede korfboog met waterlijst en rozetten in de zwikken op de begane grond, en rechthoekig met lekdrempel op de bovenverdiepingen. Een gekorniste houten kroonlijst op klossen vormt de gevelbeëindiging.

De langgerekte plattegrond wordt in de uiterste traveeën ontsloten door de inkom- en traphal met conciërgeloge en sanitair. Volgens de bouwplannen beslaat de schoenwinkel met achterliggend directiekantoor de begane grond, met opslagruimte in de kelder. Een doorlopende kantoorruimte neemt de volledige eerste en tweede verdieping in.


Auteurs:  Braeken, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Handels- en kantoorgebouw Manfield & Sons [online], https://id.erfgoed.net/teksten/203953 (geraadpleegd op ).