Klooster en school in neogotische stijl

Tekst van Parochiale lagere meisjesschool en onderwijzerswoning (https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/7168)

Lagere meisjesschool en onderwijzerswoning in neogotische stijl gebouwd in opdracht van de Sint-Lambertusparochie, naar een ontwerp door de architect Edmond Leclef uit 1892. Bouwheer was Joannes Cornelius Asselberghs (Deurne, 1850-Minderhout, 1904), eerste pastoor van de in 1889 opgerichte Sint-Lambertusparochie. Hij werd op 19 september 1874 priester gewijd in Mechelen, was vanaf 25 oktober 1888 kapelaan en van 28 november 1889 tot 20 januari 1893 pastoor van de Sint-Lambertusparochie, en vervolgens tot zijn overlijden pastoor van de Sint-Clemensparochie in Minderhout. Op het aanpalende perceel had pastoor Asselberghs in 1891 een pastorie laten bouwen, eveneens naar ontwerp van Leclef. De eerste voorlopige kapel in de Rupelstraat werd in 1910-1913 vervangen door de huidige Sint-Lambertuskerk, naar een ontwerp door de architect Jos. Evrard uit 1908. Het oude schoolgebouw maakte in 1952-1953 plaats voor een nieuw schoolcomplex met toegang in Demerstraat 18, de huidige Vrije Basisschool ’t Spoor.

Edmond Leclef zette de succesvolle praktijk van zijn in 1878 overleden vader Heliodore Leclef voort. Met statige herenhuizen voor de hogere burgerij, drukten vader en zoon Leclef tijdens de jaren 1870 hun stempel op de Leien. Vermoedelijk actief tot zijn overlijden in 1902, evolueerde de architectuur van Edmond Leclef van een door de Lodewijk XVI-stijl geïmpregneerd neoclassicisme, in de jaren 1880 naar een kleurrijk eclecticisme met invloeden van de neo-Vlaamserenaissance-stijl. Vanaf het begin van zijn loopbaan legde de architect zich ook toe op de ontwikkeling van industriële complexen. Uit 1880 dateren de ontwerpen van een ensemble van vier huidenpakhuizen, de Magazijnen Ernest, Paolo, Alfred en Schmidt in het bouwblok Duboisstraat, De Pretstraat en Fuggerstraat. De neogotische gebouwen van de Sint-Lambertusparochie maken deel uit van zijn latere oeuvre.

De onderwijzerswoning met dubbelhuisopstand omvat drie traveeën en twee bouwlagen onder een zadeldak (nok parallel aan de straat, leien). Het parement van de lijstgevel bestaat uit rood baksteenmetselwerk in kruisverband, verankerd door smeedijzeren sierankers. Van blauwe hardsteen is spaarzaam gebruik gemaakt voor de plint met afzaat, de hoekkettingen van de sokkel, vensterkruisen, lateien, lekdrempels en de aanzetstenen van de ontlastingsbogen. Axiaal-symmetrisch van opzet legt de compositie de klemtoon op de middenas, die wordt bekroond door een dakvenster. De opstand is opgebouwd uit registers van kruiskozijnen met ontlastingsbogen, en in de middenas een rechthoekige deur op hardstenen treden met een bolkozijn als bovenlicht. Een eenvoudige houten kroonlijst op modillons vormt de gevelbeëindiging, gebroken door het dakvenster met een puntgevel voorzien van een kruiskozijn, vleugel- en schouderstukken. Bewaarde houten vleugeldeur, smeedijzeren kelder- en venstertralies.

Het L-vormige schoolgebouw van twee bouwlagen achteraan op het perceel, omvatte zes klassen ontsloten door twee trappenhuizen, en grensde aan twee speelplaatsen.

  • Stadsarchief Antwerpen, bouwdossiers 1892#893 en 18#23580.

Auteurs:  Braeken, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Parochiale lagere meisjesschool en onderwijzerswoning [online], https://id.erfgoed.net/teksten/203752 (geraadpleegd op ).