Site Ijzertoren

Tekst van IJzertorencomplex met bedevaartweide (https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/78242)

De site van de IJzertoren is gelegen ten westen van Diksmuide, langs de IJzerdijk. De site omvat het secretariaat van het IJzerbedevaartcomité met ernaast het beeld van Lode de Boninge, de gedenkzuil voor Joe English langs de straat met vlak erachter de Paxpoort, daarachter de crypte met de restanten van de oude toren en tenslotte, na een wandelweg geflankeerd door Heldenhuldezerkjes langsheen de bedevaartsweide, de nieuwe IJzertoren.

Historische achtergrond

Vlaams gedenkteken in Diksmuide (Kaaskerke), opgericht in 1928-1929 als hulde aan de Vlaamse soldaten die sneuvelden aan het IJzerfront tijdens de Eerste Wereldoorlog. De geschiedenis van (de bouw van) de IJzertoren is nauw verbonden met de woelige geschiedenis van de Vlaamse Beweging.

Tijdens de Eerste Wereldoorlog was door leden van de Frontbeweging (een beweging die zich bekommerde om het lot van de Vlaamse soldaten in de loopgraven) het “Heldenhulde-comité” opgericht, met als eerste voorzitter Cyriel Verschaeve. Op de graven van gesneuvelde Vlamingen werden identieke zerkjes opgericht, naar het ontwerp van de Vlaamse kunstenaar Joe English.

In 1923 besliste de regering echter dat de grafzerken van alle Belgische gesneuvelden uniform moest zijn en werden de Vlaamse heldenhuldezerkjes in hun bestaan bedreigd. Het Heldenhuldecomité besloot in 1924 om de Vlaamse zerkjes te recupereren en ze bijeen te brengen op een zinnebeeldige begraafplaats, op een daartoe aangekochte grond te Kaaskerke. Jaarlijks zou op deze plaats een “Bedevaart naar de Graven aan de IJzer” georganiseerd kunnen worden. De traditie van een jaarlijkse Vlaamse herdenkingsplechtigheid bestond al sedert 1920 met plechtigheden bij de graven van Joe English (1920), de gebroeders van Raemdonck te Steenstraete (1921) en Renaat de Rudder te West-Vleteren (1922). In 1923 werd eerherstel gebracht aan de stukgeslagen heldenhuldezerkjes te Alveringem-Oeren.

Toen eind mei 1925, op bevel van de militaire overheid, honderden Heldenhuldezerkjes werden verbrijzeld om er betonwegen mee aan te leggen, was de verontwaardiging aan Vlaamse zijde groot en werden de plannen voor een zinnebeeldige begraafplaats gedeeltelijk doorkruist. Vanaf nu werd gedacht aan de oprichting van een IJzergedenkteken en een wedstrijd werd uitgeschreven.

Het ontwerp van de Eerste IJzertoren was van de hand van de architecten Robert en Frans van Averbeke, en geïnspireerd op het heldenhuldezerk van Joe English. De bouwwerken werden uitbesteed aan de firma De Tandt Gebroeders uit Nederbrakel.

In mei 1928 werden de werken aangevat. Het IJzerbedevaartcomité stimuleerde de uitvoerend architect, ingenieur De Bondt, om het ontwerp te verhogen van 32 tot 52 meter. Op 7 juli 1928 legde Verschaeve de eerste steen. 120 Heldenhuldezerkjes werden ingemetseld. Op 12 oktober 1929 was de 52m hoge toren voltooid. Tijdens de 11de IJzerbedevaart van 24 augustus 1930 werd de IJzertoren plechtig ingehuldigd.

In de loop van de jaren werd de IJzertoren als het ware aangekleed. Verschillende elementen droegen daartoe bij. De hang naar romantiek die de IJzerbedevaarten tijdens het Interbellum kenmerkte, werd vooral geconcretiseerd in de "IJzersymbolen", die alle tussen 1930 en 1937 werden overgebracht naar de crypte: enkele gevallen soldaten, uit elke provincie 1, werden op grond van hun gemystificeerde levensloop, soldatencarrière of persoonlijkheidskenmerken tot symbool van Vlaamse volksverbondenheid verheven. In de periode 1931-1934 werden 4 bas-reliëfs met “IJzersymbolen” door Karel Aubroeck tijdens de bedevaarten onthuld. In 1933 werd ook de Steen van Merkem als relikwie in de crypte van de toren ondergebracht, in 1937 het stukgeschoten Christusbeeld uit Nieuwpoort, in 1939 de vlaggen van de oud-strijders. In 1935 werd het secretariaat van het Ijzerbedevaartcomité overgebracht van Temse naar Diksmuide. In 1936 werd de leuze 'Nooit meer Oorlog' aangebracht en werd de crypte toegankelijk gemaakt als grafkamer, de ‘IJzersymbolen’ waren bijgezet. In 1938 werden de eerste 10.000 namen ingehuldigd en werd een speciale gedenksteen voor de 'Vredeswil' aangebracht. Toen reeds maakte men plannen voor een museum.

De IJzerbedevaarten evolueerden tijdens de jaren ’30 tot massamanifestaties met een specifieke politieke agenda. Het IJzerbedevaartcomité werd een strijdperk voor verschillende Vlaams-nationale fracties en de bedevaart kreeg een anti-Belgisch en fascistisch karakter.

De radicalisering van de Vlaamse Beweging zou het lot van de IJzertoren (die in mei 1940 reeds getroffen was door een Engelse vliegtuigbom) bepalen. Na de WOII ontketende zich een blinde haat tegen alles wat Vlaamsgezind was. Vlaamsgezindheid werd immers geassocieerd met collaboratie, en de IJzertoren was hiervan het symbool bij uitstek. Na een eerste, mislukte aanslag op 16 juni 1945, werd de IJzertoren tijdens de nacht van 15 op 16 maart 1946 gedynamiteerd en ten gronde vernield. Geen van beide aanslagen werden ooit opgehelderd, althans officieel niet.

In de zomer van 1948 was een betonnen platform boven de resten van de IJzertoren (de crypte), een wit kruis met de letters “AVV-VVK” en de tekst van Cyriel Verschaeve “Hier liggen hun lijken als zaden in ’t zand / Hoop op den oogst, o Vlaanderen-land”, aangebracht. De Paxpoort werd uit brokstukken naar ontwerp van De Bondt opgebouwd vanaf 22 mei 1949 en voltooid op 1 oktober 1949.

Een symbolenstrijd barstte in volle hevigheid los omtrent de vraag wat de wederopbouw van de IJzertoren moest inhouden. Vanaf 1948 werden nieuwe ideeën geponeerd inzake het bouwen van een nieuwe toren, die grootser moest zijn dan de vernietigde. Vooral het project van Clement Van Himbeeck was bijzonder ambitieus.

Uiteindelijk besliste het IJzerbedevaartscomité in 1952 dat de nieuwe toren in dezelfde vorm als de oude moest worden opgebouwd, maar wel veel hoger (84m). De toren zou een 150m ten ZW van de puinen van de oude toren worden ingeplant. De werkzaamheden werden toevertrouwd aan ingenieur A. Monthaye en architect Robert Van Averbeke. De werken werden aanbesteed op 16 juni 1952 en toegewezen aan bouwfirma Lode Van der Kinderen uit Bazel-Waas. De nieuwe IJzertoren werd tijdens de IJzerbedevaart van 1965 ingewijd.

Na de “oorlogsbedevaarten” (tijdens de Tweede Wereldoorlog) in de crypte van de IJzertoren en de zogenaamde jeugdbedevaart van 1946 blijft de bedevaartsweide sinds 1948 het toneel van de jaarlijks terugkerende massamanifestatie, met uitgesproken politieke boodschap. Thema’s zijn de eis voor meer Vlaamse autonomie, de vraag naar amnestie en sinds de Koude Oorlog de internationale roep om vrede.

Op 14 februari 1987 werd de site van de IJzertoren bij decreet uitgeroepen tot 'Memoriaal van de Vlaamse ontvoogding'. Op 10 november 1992 werden de IJzertoren, de crypte en Paxpoort bij MB beschermd als monument en de bedevaartsweide als dorpsgezicht. In augustus 1993 werd de eerste restauratiepremie goedgekeurd voor herstellingswerken aan Paxpoort en IJzertoren. Ook de crypte werd gerestaureerd en de bedevaartsweide werd heraangelegd, met de aanplanting van 139 vredesbomen (1995). Sedert 9 juli 1997 staat het monument vermeld in het voorstel van decreet voor de lagere school eindtermen als een te kennen Vlaams symbool, naast het volkslied en de vlag. Vanaf 1998 werd het monument opgenomen in de lijst van de VN als 'Internationaal Vredescentrum'. Met een Vlaamse subsidie kon op 13 maart 1999 het museum "Oorlog-Vrede-Vlaamse Ontvoogding" geopend worden

Beschrijving

De site van de IJzertoren bestaat uit het secretariaat van het IJzerbedevaartcomité, het beeld van IJzersymbool Lode de Boninge afkomstig van de eerste IJzertoren daarachter, de gedenkzuil voor IJzersymbool Joe English vlak vóór de Paxpoort, de Paxpoort die is opgebouwd uit de restanten van de eerste IJzertoren, daarachter de Crypte met de stoffelijke resten van een aantal IJzersymbolen gebouwd op de restanten van de eerste IJzertoren en tenslotte, na een lange wandelweg geflankeerd door Heldenhuldezerkjes, de nieuwe IJzertoren met daarin een museum en errond de Bedevaartweide waar de jaarlijkse IJzerbedevaarten in augustus plaatsvinden.

  • DE SCHRYVER R. (ed.) 1998: Nieuwe Encyclopedie van de Vlaamse beweging, Lannoo, Tielt.
  • JACOBS M. 1996: Zij, die vielen als helden... Inventaris van de oorlogsgedenktekens van de twee wereldoorlogen in West-Vlaanderen, deel 2, Brugge.
  • MORTIER J. 1995: De IJzertoren: krachtpatserij of bedevaartsoord, M&L XIV.4 (juli-augustus 1995), 36-49.
  • SEBERECHTS F. 2003: Slechts de graven maken een land tot vaderland. Van Heldenhulde tot IJzertoren: een stenen hulde aan de Vlaamse IJzersoldaten, SEBERECHTS Frank (red.), Duurzamer dan graniet. Over monumenten en de Vlaamse beweging, Lannoo Uitgeverij en Perspectief Uitgaven, 123-154 (= Bijdragen Museum van de Vlaamse Sociale Strijd, 19).

Bron: DECOODT H. & BOGAERT N. 2002-2005: Inventarisatie van het Wereldoorlogerfgoed in de Westhoek, project in opdracht van de provincie West-Vlaanderen, “Oorlog en Vrede in de Westhoek”, en Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Afdeling Monumenten en Landschappen.
Auteurs:  Decoodt, Hannelore; Bogaert, Nele
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: IJzertorencomplex met bedevaartweide [online], https://id.erfgoed.net/teksten/196235 (geraadpleegd op ).