Psychiatrisch Instituut 't Strop van de broeders van Liefde

Tekst van Het Strop van de Broeders van Liefde (https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/18721)

Psychiatrisch Instituut 't Strop van de broeders van Liefde. In 1841 kochten de broeders het lusthof "Het Strop" aan en richtten er een krankzinnigentehuis in. In de voormalige herberg bevindt zich (zie Stropkaai) de afdeling Sint-Marie voor de hoogste klasse der patiënten. Deze werd echter in 1957 vervangen door de Sint-Alfonskliniek aan de Sint-Juliaanstraat. Het historisch pand, lusthof "Het Strop" werd in 1960 gesloopt en vervangen door nieuwbouw. Van de verschillende afdelingen van het complex dat zich uitstrekt tussen Stropkaai, Sint-Juliaanstraat (vroeger Korte Stropstraat) en de Stropstraat, uit derde en vierde kwart 19de eeuw bleven slechts verbouwde en vergrote gedeelten bewaard, naast de omheiningsmuur van 1892.

Bakstenen neoromaanse kapel achter de uitgestrekte, aangelegde binnentuin van nummer 119, in de as van het hoofdgebouw. De oorspronkelijke bouw met drie beuken van vijf traveeën op rechthoekige plattegrond, onder een zadeldak (leien), dateert van 1894. Twee lage, rechthoekige zijkapellen van twee en een halve travee, ieder onder een leien zadeldak, werden in 1906 aan de koorzijde toegevoegd. Benedenbouw van voorpuntgevel (westelijke kant) verscholen achter aanbouwsels. Top met centraal roosvenster met natuurstenen traceerwerk. Voorts verticaal geleed door lisenen en afgelijnd door boogfriezen. Boven het doksaal: dakruiter met achtkantige lantaarn voorzien van galmgaten en vier horlogeplaten; koepeldakje (leien) met ijzeren kruis. Zijbeukgevels enkel voorzien van bovenlichten: rondboogvormige drielichten ingeschreven in brede steekboogvormige spaarvelden, klein roosvenster in de koortravee. Oostgevel op natuurstenen sokkel met afschuining. Centrale puntgevel van koor en uitspringende middentravee begrensd door lisenen. Blinde benedenbouw afgelijnd door geprofileerde arduinen kordonlijst. Calvariebeeldengroep in ondiepe bepleisterde rondboognis met rondboogvormige booglijst op consoles en driehoekig arduinen frontaal ter afdekking. Roosvenster met arduinen traceerwerk in de bovenbouw, centraal vierpasmotief herhaald in de kleinere zijroosvensters. Opklimmende rondboogfriezen en arduinen topaflijning. Voormalig gepolychromeerd kapelinterieur, heden egaal geschilderd. Middenbeuk overwelfd met tongewelf, zijbeuken vlak afgedekt; scheiding gevormd door geajoureerde ijzeren schoren met spiraal- en acanthusbladmotief op slanke, geschilderde zuilen met bladkapiteel. Gelijkaardige versierde schoren onder de doksaalleuning. Zijkapellen onder gedrukte gewelven op gemetste lage zuilen met knopkapiteel.

  • DE BEUCKELAER L. 1960: Schijnwerper, Ze hebben Sint-Marie afgebroken, Helpende Handen 8, 283-288.

Bron: BOGAERT C., LANCLUS K. & VERBEECK M. 1982: Inventaris van het cultuurbezit in Belgiƫ, Architectuur, Stad Gent, 19de- en 20ste-eeuwe stadsuitbreiding, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 4nc, Brussel - Gent.
Auteurs:  Bogaert, Chris; Lanclus, Kathleen; Verbeeck, Mieke
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Het Strop van de Broeders van Liefde [online], https://id.erfgoed.net/teksten/181368 (geraadpleegd op ).