Parochiekerk Sint-Martinus

Tekst van Parochiekerk Sint-Martinus (https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/28749)

De neogotische Sint-Martinuskerk, ontworpen door architect Modeste De Noyette in 1891-1892, is centraal ingeplant op het ovaal plein aangelegd in het nieuwe stationskwartier tussen de oude binnenstad en de spoorweg. De aanleg rond de kerk en de pastorie met beplanting en de voetpaden zijn volgens plan van architect H. Vigneron van 1903 gerealiseerd. De parochiekerk is juist georiënteerd waardoor de westgevel niet volledig axiaal op de vroegere Kerkstraat, thans Jean-Baptiste Dekeyserstraat uitziet. Op de plaats van de in 1989 gesloopte neogotische pastorie, eveneens een ontwerp van De Noyette uit 1894, werd in 1995 een park aangelegd, van het plein afgesloten door de behouden gesmeed ijzeren hekken op hardstenen voet en toegangshek tussen gemetselde pijlers.

Historiek

Neogotische kerk opgericht in het hart van de nieuwe burgerwijk tussen de in 1861 aangelegde spoorlijn Oudenaarde-Ronse ten zuiden van het oude stadscentrum van Ronse. Op de plaats zogenaamd "'t Haazeveld", een moerassig gebied dat kunstmatig opgehoogd werd, werd in 1892 een ovaal plein aangelegd, het huidige Kerkplein, waar middenin een nieuwe Sint-Martinuskerk gepland werd, door nieuwe straten verbonden met bestaande straten naar het stadscentrum. Deze nieuwe parochiekerk kwam er ter vervanging van de vervallen en te klein geworden oude Sint-Martinusparochiekerk gelegen in de Sint-Martensstraat binnen de Vrijheid van Ronse, ten zuiden van de Sint-Hermeskerk.

Het nieuwe kerkgebouw werd opgetrokken op vraag van en gestimuleerd door de toenmalige katholieke, ultramontaanse burgemeester Ephrem De Malander en werd gesponsord door de nieuwe gefortuneerde en invloedrijke families van textielindustriëlen die eind 19de eeuw een grote rol speelden in de economische bloei van de stad. De bewaarde plans dateren van 1891-1892 en zijn van de hand van de Gentse architect Modeste De Noyette, een vriend van burgemeester De Malander.

Voor de architectuur inspireerde de architect zich op de vroege gotiek met elementen uit de Scheldegotiek. De eerstesteenlegging vond plaats op 11 september 1892. Aannemer was P. Vuye uit Ronse. In 1895 moest de bouw stopgezet worden wegens onvoorziene problemen door de slechte bodemgesteldheid. De oorspronkelijke plannen diende te worden gewijzigd. De funderingen werden extra verstevigd met beton. Als bescherming tegen het vochtprobleem werd binnenin een hardstenen plint aangebracht, werden de muren van de middenbeuk, het transept en koor verhoogd en gevoegd in plaats van gepleisterd. Het houten dakgebinte werd vervangen door een ijzeren constructie met gordingen en spanten van het type Polonceau. Ook het torendak kreeg een metalen hoofdstructuur. Deze werken waren voltooid in 1896 doch door een verzakking van de toren, waardoor barsten in zijbeuk en de westgevel ontstonden, waren nieuwe meerwerken noodzakelijk.

Het Heilig Sacrament van de oude, in 1894 gedesaffecteerde kerk, werd onder grote belangstelling op 19 september 1896 overgebracht. In 1898 doet architect De Noyette nog een voorstel tot uitbreiding van het meubilair aan de Koninklijke Commissie voor Monumenten en Landschappen (KCML) met name het orgel, drie wijwatervaten, een credens in het koor en één in de kapel van Sint-Salvator, het beeld van Sint-Martinus in het inkomportaal, de groep van Onze-Lieve-Vrouw met Kind boven het zijportaal en twee reliëfs voor het interieur van het transept. De plechtige inwijding vond uiteindelijk plaats op 10 juni 1899 door Monseignieur Stillemans, bisschop van Gent.

Een gekasseid voetpad werd rond de kerk geplaatst in 1903, onder leiding van architect Vigneron. Het volledig nieuwe meubilair naar ontwerptekeningen van 1894-96 door architect M. De Noyette werd uitgevoerd door het meubelatelier van Remi Rooms en geplaatst in 1903. De glasramen van Jozef Casier, Gustaaf Ladon en Camille Ganton-Defoin werden geplaatst in 1897, 1914 tot 1919 en 1928.

Herstellingswerken in 1968 onder leiding van architect M. Delgutte en inrichting van sacristie tot winterkapel in 1972. De preekstoel werd toen verplaatst en de communiebank omgevormd tot altaar. Een nieuwe bevloering met verwarmingssysteem dateert van 1976. Tussen 2006 en 2010 werden de gevels en het dak gerestaureerd.

Beschrijving

Imposant kerkgebouw opgetrokken uit baksteen van Lessines met verwerking van blauwe hardsteen van Soignies op een sokkel van Doornikse kalksteen en Franse steen voor de gewelfribben. Afdekkende leien zadeldaken; hoge zeshoekige naaldspits met hoekpiramides op de toren en opengewerkt houten dakruitertje met hoge naaldspits op de kruising. Zijkoren, kooromgang en askapel zijn afzonderlijk afgedekt onder leien lessenaars- en schilddaken die het geheel een monumentaal karakter geven.

De plattegrond in vorm van kruisbasiliek heeft een asymmetrisch geplaatste westtoren, schip en zijbeuken van zes traveeën (vier aan de noordzijde door de inplanting van de toren), uitspringend transept en koor van twee traveeën met vijfzijdige sluiting, twee zijkoren en een kooromgang met zevenzijdig uitgebouwde askapel, ook Heilig Sacramentskapel genoemd. Een rond traptorentje onder kegeldak vult de noordoostelijke oksel met de kooromgang. De ruime, in L-vorm gebouwde sacristie sluit aan ten zuidoosten.

Asymmetrische westgevel met hoge puntgevel, links geflankeerd door een vijf geledingen hoge vierkante toren, afgelijnd door versneden steunberen, onder hoge naaldspits en cilindrisch traptorentje in oksel; rechts aanleunende doopkapel onder lessenaarsdak. Het uitgewerkt spitsboogportaal onder booglijst en archivolten rustend op halfzuiltjes met knopkapiteel is voorafgegaan door drie treden. Geklinknagelde deur met uitgewerkte gesmeed ijzeren hengsels met leliemotief; het timpaan is voorzien van een centrale beeldnis met Sint-Martinusbeeld geflankeerd door blindnissen. De tweede geleding wordt gemarkeerd door een spitsboognis met drie lancetvensters en bekronende roosvenster.

Dominante vierkante toren geflankeerd door versneden steunberen en sporadisch doorbroken door venstertjes in spitsboogvormige spaarvelden, gekoppelde spitsboogvormige galmgaten in spitsboognis onder omlopende booglijst op de bovenste geleding. Noordgevel met uitgewerkt zijportaal met beglaasde boogveld voorzien van driepastracering en voorafgegaan door vier treden met ijzeren leuningen. Een uitgewerkte spitboogvormige beeldnis met hogels en kruisbloem met beeld van Onze-Lieve-Vrouw met Kind siert de blinde muur erboven.

Sterk verticaal geritmeerde zijgevels door versneden steunberen waartussen eenvoudige spitsboognissen met drielichten in de zijbeuken en tweelichten in de bovenlichten gevat zijn; horizontaal aflijnende muizentandfriezen. Transeptgevels met hoge puntgevels tussen versneden steunberen en drielicht in spitsboognis. Het Heilig Hartbeeld, oorspronkelijk op de hoek van de pastorie geplaatst ter nagedachtenis van de gesneuvelden van beide wereldoorlogen werd na de sloop van de pastorie, in 1996 op de zuidwesthoek van het transept geplaatst. Het hoogkoor, de kooromgang en de askapel worden geritmeerd door gelijkaardige steunberen, spitsboognissen en lancetvensters; een cilindrisch traptorentje met schietgaten onder kegeldak bevindt zich in de noordoostelijk oksel.

Ten zuidoosten in L-vorm aangebouwde sacristie met één bouwlaag boven een souterrain onder afzonderlijke leien zadeldaken. Bakstenen gevels op dezelfde kalkstenen plint met omlijste, in de plint ingewerkte getraliede bolkozijnen en aflijnende muizentandfriezen. Telkens drie hardstenen kruiskozijnen in spitsboognissen met kleine roedeverdelingen in glas in lood, ook in de getraliede kelderramen, ritmeren de gevels; smalle kloosterkozijnen doorbreken de puntgevels gemarkeerd door hoge schoorstenen. Een rond traptorentje in de oksel is gedekt door een kegeldak.

Interieur

Indrukwekkend, streng en zeer gaaf bewaard interieur in rode baksteen met roodgeschilderde voegen in contrast met hardsteenpartijen. De basilicale ruimte met drieledige opstand: spitsboogarcade op zuilen met achthoekige sokkel en knopkapiteel, triforium en bovenlichten is overwelfd met bak- en zandstenen kruisribgewelven op gebundelde diensten, en een stergewelf in de kruising. Gelijkaardige kruisribgewelven in het koor en de kooromgang en stergewelven onder het doksaal aan de noordzijde bij de kooringang. Koor en kooromgang worden gescheiden door een spitsboogarcade op zuiltjes met knopkapiteel op hoge natuurstenen sokkel. Tussen de zuiltjes werden fraaie gesmeed ijzeren hekken aangebracht, voorzien van omlopende teksten. Zij zijn het werk van kunstsmid Isidoor Blancquaert (Gent). De twee zijkapellen werden recenter wit geschilderd.

Uitzonderlijk zijn haast alle ramen voorzien van belangrijke reeksen figuratieve glasramen van de Gentse ateliers van Jozef Casier (1897), Gust Ladon, (westgevel, zijkapellen, transepten) en Camille Ganton-Defoin in de zijbeuken, geplaatst tussen 1914-1916 en 1928 (in Heilig Hartkapel) en geschonken door gefortuneerde industriëlen van Ronse. De drie hoge glasramen en het roosventer van de westgevel toont in het middenraam Sint-Martinus; links en rechts Sint-Andreas en Sint-Ephrem; het linkerraam is onderaan gedateerd “A.D. 1897”. De glasramen in de zijbeuken omvatten tien drieluiken met in het midden telkens een tafereel uit het leven van Christus met tekst op banderol geflankeerd door Bijbelse voorstellingen uit het Oude Testament. Onderaan staat telkens de opdrachtgever en jaartal: “in memoriam / familiae [industriëlen van Ronse zoals bijvoorbeeld Portois-Dopchie] / anno domini MCMXIV, MCMXV of MCMXVI”.

Mobilair

Vijf schilderijen zijn afkomstig uit de oude Sint-Martinuskerk: "Jezus aan het kruis tussen Maria en Heilige Johannes, aan de voet Heilige Maria Magdalena", paneel, 17de eeuw; "Heilige Hubertus geknield voor het hert", doek, gesigneerd en gedateerd "M. De Visch, 1761"; "Heilige Martinus deelt zijn mantel met een arme", doek, 18de eeuw; "Piëta met wenende engelen", doek, 18de eeuw; Heilige Franciscus Xaverius (cf opschrift) met twee bedelaars, doek, 19de eeuw.

Beeldhouwwerk: het Sint-Hubertusbeeld van gepolychromeerd hout dateert volgens opschrift uit de 16de eeuw (thans in sacristie) en is vermoedelijk ook afkomstig uit de oude kerk. Neogotische gepolychromeerde heiligenbeelden op sokkel – onder meer van de Heilige Martinus met gans aan zijn voeten, Heilige Rochus met pelgrimsstaf en engel en hond, Heilige Petrus en Heilige Paulus, Heilig Hart van Jezus, Onze-Lieve-Vrouw en Kind Jezus en drie Mariabeelden, Heilige Antonius van Padua, Heilige Theresia, Heilige Anna, Heilige Philomena, Heilige Rita, Heilige Bernadette, Heilige Gerardus Majella, Heilige Franciscus-Xaverius en Piëta – vormen een representatieve staalkaart van de devotie eind 19de eeuw. Calvariekruis en beelden van Maria en Johannes zijn opgehangen in doopkapel. Een indrukwekkend triomfkruis is opgehangen aan de kooringang.

Het nieuwe zeer rijk en homogeen, volledig neogotisch mobilair naar bewaarde ontwerptekeningen van architect M. De Noyette (1894, goedgekeurd in 1896) werd uitgevoerd door het atelier Remi Rooms (Gent) en is van een hoogstaande kwaliteit:

  • Het neogotisch hoofdaltaar van zwarte natuursteen is voorzien van ingewerkte koperen reliëfplaten die het leven van de patroonheilige Sint-Martinus voorstellen en verguld tabernakel onder baldakijn;
  • Neogotisch Heilig Sacramentaltaar met hardstenen tafel en gepolychromeerd houten retabel met centrale nis met calvarie en bekronende engelenfiguren,
  • Onze-Lieve-Vrouw- en Sint-Jozefaltaar met gepolychromeerde retabels en centrale beelden van Onze-Lieve-Vrouw en Sint-Jozef met kind Jezus,
  • Vijf eikenhouten neogotische biechtstoelen
  • Neogotische eikenhouten preekstoel, waarvan enkel de kuip bewaard (in koor geplaatst) met reliëfs met voorstellingen de evangelisten, Jezus Zaligmaker en de Heilige Petrus.
  • Neogotische eikenhouten koorbanken met beeldjes van de twaalf apostelen (enkele gestolen)
  • Eikenhouten communiebank, deels verbouwd tot altaar.
  • Doopvont in de doopkapel, afgesloten door neogotisch gesmeed ijzeren hek.
  • Neogotische orgelkast met orgel van 1898 van de gebroeders Joris (Ronse) op doksaal, uitzonderlijk geplaatst ten noorden van het koor.

De monumentale kruiswegstaties in kunststeen zijn ingewerkt in de kooromgang in 1927 en getuigen van de kunstzinnige uitvoering van beeldhouwer Aloïs De Beule.

 

  • Onroerend erfgoed Oost-Vlaanderen, beschermingsarchief.
  • Onroerend Erfgoed, Plannenarchief Koninklijke Commissie voor Monumenten en Landschappen, provincie Oost-Vlaanderen, Ronse, Sint-Martinuskerk.
  • Bulletijn van de Koninklijke Commissie voor Monumenten en Landschappen. Comiteit der Provincie Oost-Vlaanderen, I (1877), II (1896), III (1905), IV (1913).
  • Monumentenwacht Oost-Vlaanderen vzw, Inspectierapport 40381/2009/B, Ronse Sint-Martinuskerk.
  • BAKELANTS I. 1992: De glasschilderkunst in België in de negentiende en twintigste eeuw, deel C, Deurne, 100.
  • BOGAERT C. & LANCLUS K. 1998: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Oost-Vlaanderen, Arrondissement Oudenaarde, Kantons Ronse, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 15N3, Brussel - Turnhout.
  • COOMANS T. 2003: Kerken in neostijlen in Vlaanderen. Ontwikkelingen implementatie van een methodologie voor de bescherming en de monumentenzorg van het negentiende-eeuwse kerkelijk architecturaal patrimonium in Vlaanderen, Eindverslag, Leuven, 2003.
  • DE MAEYER J. 1988: De Sint-Lucasscholen en de neogotiek, 1862-1914, Leuven.
  • DUYTHE E. & CAMBIER A. s.d.: Ronse, Sint-Martinuskerk, s.l.
  • MERTENS T. 1990: Uit licht geboren, Gust Ladon (1863-1942), Lommel.
  • PATTIN M. 1983-84: Neogotische kerken van architect Modeste De Noyette (1847-1928), onuitgegeven licentiaatsverhandeling, Rijksuniversiteit Gent, 187-226.
  • PATTIN M. 1992: De neogotische Sint-Martinuskerk te Ronse van architect Modeste De Noyette, Annalen GOKRTI XLI, 57-105.
  • S.N. 1895: Eglise de St.-Martin, à Renaix, L'Emulation XX, kol. 188, pl. 46-49.
  • VANDERKIMPEN J. 1996: Sint-Martinus Ronse, 1896-1996, Ronse.
  • VANDENBUSSCHE-VAN DEN KERKHOVE C. 1981: Fotorepertorium van het meubilair van de Belgische bedehuizen, Provincie Oost-Vlaanderen, Kanton Ronse, Brussel, 26-28.
  • VAN LOO A. (red.) 2003: Repertorium van de architectuur in België van 1830 tot heden, Antwerpen, 257.

Bron: Onroerend Erfgoed, Digitaal beschermingsdossier 4.001/45041/101.1, Parochiekerk Sint-Martinus
Auteurs:  Bogaert, Chris
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Parochiekerk Sint-Martinus [online], https://id.erfgoed.net/teksten/177825 (geraadpleegd op ).