Windmolentje Cyriel Buysse

Tekst van Windmolen Cyriel Buysse (https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/301140)

Cyriel Buysse liet in 1922 een houten windmolentje bouwen ter vervanging van de verdwenen grote staakmolen op de Molenberg of de Warande uit 1592 waar hij zeer aan gehecht was.

Historiek

De molen van Buysse had te Deurle twee voorgangers.

De Coolegemmolen (1547-1583/84)

De heerlijkheid van Nevele had te Deurle, buiten zijn warande, verschillende lenen waarvan de omvangrijkste ‘ter Laecke’ (met 15 bunder) en ‘Roothuyse’ (met 18 bunder) waren. Op één van deze lenen, namelijk ‘ter Laecke’, werd in 1547 een houten korenwindmolen opgericht. Die werd later de molen te Coolegem genoemd, naar de benaming van de plaats waar hij stond. Wat er met de windmolen na 12 maart 1583 gebeurd is, is niet geweten. Volgens een kroniek van Nevele bleef in 1584 enkel nog de molen van Nevele-dorp overeind, terwijl alle andere verbrand waren. Immers, heel de omgeving van Gent was verwoest bij de heroveringstocht van de Spanjaarden onder Alexander Farnese van onze gewesten en meer bepaald van de stad Gent. Hele dorpen waren platgebrand en ontvolkt. Mogelijk werd de Coolegemmolen tijdens deze oorlogen verwoest.

De grote staakmolen op de Molenberg of de Warande (1592-1918)

In 1592 was er een nieuwe windmolen gebouwd nabij het huis van Joost van Oost (forestier), de pachter van de warande, achter de kerk van Deurle op de huidige ‘Molenberg’. Deze molen is er gekomen in opvolging van de iets verder gelegen Coolegemmolen, die waarschijnlijk in 1583 of 1584 verwoest werd. In 1911 werd het domein ‘De Molenberg’ verkocht aan letterkundige Cyriel Buysse-Dijserinck uit Afsnee, die er zijn houten palenhuis bouwde, maar de molen - als gebouw - was daar niet in begrepen. De molen van Deurle werd opgeblazen door vier Duitsers uit Bremen op 2 november 1918 's morgens om 5 uur, slechts enkele dagen voor de wapenstilstand. Cyriel Buysse heeft deze vernieling erg betreurd.

De huidige windmolen (1922)

Met de vergoeding die als oorlogsschade verkregen werd, liet Cyriel Buysse in 1922 op bijna dezelfde plaats een kleinere windmolen oprichten. Het werd een staakmolen op halve grootte, die aanvankelijk twee functies had: het malen van graan en het oppompen van water, om het palenhuis van water te voorzien. Nadat zoon René Buysse-Nerinckx de Molenberg met de molen in 1932 erfde, geraakte het molentje in onbruik. Hij verwijderde het palenhuis in 1939 en bouwde op dezelfde plaats de nog bestaande villa met rieten dak.

De band van Cyriel Buysse met zijn molen te Deurle

Van zodra men het molentje van Deurle betreedt, bemerkt men het opschrift dat Cyriel Buysse zelf heeft geschilderd op de steenbalk: "De molen van Deurle heeft eeuwen bestaan. De molen van Deurle moet blijven bestaan." Met deze slagzinnen geeft de schrijver de essentie van zijn houding weer: De eeuwenoude, in 1918 vernielde molen - waaraan hij zo verknocht was - werd hem plots ontnomen en moest er op de één of andere manier weer komen om te kunnen "blijven bestaan". De schrijver liet inderdaad een nieuwe bouwen, weliswaar slechts op halve grootte. Maar de vroegere molenaar kon de draad weer opnemen: het molentje werd uitgerust met een koppel maalstenen (dat nog steeds aanwezig is) en kon effectief malen en water oppompen.

Cyriel Buysse liet in zijn oeuvre vaak zijn genegenheid voor de Deurlemolen blijken. In minstens tien werken maakt hij melding van de molen en de Molenberg. De band was dus zeer hecht, zelfs op zijn wapenschild staan molenwieken en een pen afgebeeld. Het nog bestaand molentje dat Buysse liet bouwen is een materieel relict van deze band.

Beschrijving

Het molentje van Cyriel Buysse is gelegen aan de Muldersdreef te Deurle achter de villa (1939) bewoond door mevrouw N. Buysse, op de zogenaamde Molenberg, een oude duinenrug. De Molenberg die tot de vroegere Warande van de Heren van Nevele behoorde, bevindt zich vlak achter de kerk van Deurle. Er loopt een klein voetpad van de Dorpsstraat, langs de muur van het kerkhof, naar de Molenberg toe, nu het C. Buyssepad. Het gaat hier om het hoogste punt van het dorp (18 meter) dat deel uitmaakt van een aantal beboste heuvelruggen tot aan de Leie.

Het molentje is een staakmolen op halve grootte, natuurgetrouw en functioneel gemaakt om graan te malen en water te pompen. De relatief vrij hoge mansardekap is bedekt met dakleer, ook de windweeg is bedekt met dakleer en versierd met baard onderaan.


Bron: Onroerend Erfgoed, digitaal beschermingsdossier DO002173, Windmolentje Cyriel Buysse.
Auteurs:  De Schepper, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Windmolen Cyriel Buysse [online], https://id.erfgoed.net/teksten/177084 (geraadpleegd op ).