Secretariaat en kantoren van de Algemene Centrale der Liberale Vakbonden van België

Tekst van Secretariaat en kantoren van de Algemene Centrale der Liberale Vakbonden van België (https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/216402)

Lokaal van de Algemene Centrale der Liberale Vakbonden van België (ACLVB) gebouwd naar ontwerp van architect Guillaume Monnier van 1936, samen met de flankerende panden deel uitmakend van een complex van gebouwen van de Liberale Vakbond. Aan weerszij van de rechthoekige deur in de tweede travee zijn bronzen platen bevestigd met de vermelding "Algemeene Centrale der Liberale Vakbonden van België – Secretariaat" en "Centrale Générale des Syndicats Libéraux de Belgique – secrétariat". Een inscriptie links boven de pui vermeldt de naam van de architect.

Het Verbond der Liberale Vakbonden der Beide Vlaanderen werd opgericht in 1920 door Alfons Colle. Er werd ook een Nationale Centrale opgericht, in 1939 veranderd in Algemene Centrale der Liberale Vakbonden van België. Directeur-generaal Alfons Colle zorgde in 1936 voor de bouw van de administratieve zetel op de Koning Albertlaan in Gent. In 1959 werd hij opgevolgd door zijn zoon Armand.

Het oorspronkelijke gebouw van 1936 was een asymmetrisch gebouw van vier traveeën en twee bouwlagen met een derde bouwlaag boven de eerste travee links, in 1947-48 met een verdieping verhoogd tot dezelfde bouwhoogte als de linker travee naar ontwerp van architect Robert Rubbens. In 1955 wordt op het perceel erachter een kantoorgebouw van vijf bouwlagen gebouwd, eveneens naar ontwerp van R. Rubbens.

Gevel in contrasterend materiaalgebruik: de pui in blauwe hardsteen en de bovenbouw in gele baksteen en gebruik van (imitatie?) witsteen voor de vensteromlijstingen en de decoratief uitgewerkte penanten tussen de bovenvensters. Horizontaal geaccentueerde gevel door het metselwerk met om de twee baksteenlagen een dieperliggende lintvoeg en de duidelijk onderscheiden vensterregisters. De bewaarde metalen ramen van de benedenvensters zijn in de bovenlichten voorzien van glasraampjes van kleurloos glas, opaalwit en lila in geometrisch patroon en van rolluiken. De verdiepte bovenramen zijn hoekig geplaatst. Op de middenverdieping zijn de twee uiterste vensters voorzien van een ondiep balkon met ijzeren, blauw geschilderde balkonleuning. Rechthoekige deur van blauw geschilderd metaal en glas. Rechts ervan, ingebouwde brievenbus een aansluiting voor een buitenkraantje.

Interieur

De kelder is ingericht als archiefruimte.

Het rijkelijk gestoffeerd interieur van het gebouw is ingericht door de Kortrijksche Kunstwerkstede Gebroeders De Coene, zowel de oorspronkelijke inrichting van de jaren 1930, als de latere aanpassingen van de jaren 1960.

De inkom is aangepast in de jaren 60 met lambriseringen en een vloer van travertijn, de inkom wordt verlicht door een indirecte verlichting ingewerkt in een koepel in het plafond, aan weerszij van de inkomdeur staan twee radiatorkasten bestaande uit brede verchroomde banden.

Rechts van de inkom is de "receptie" ingericht in de voormalige wachtplaats, met origineel houten plafond en kleurrijke tegelvloer van geel en bruin gevlamde en zwarte tegels.

Links van de inkom bevindt zich de voormalige spreekplaats, nu wachtkamer, met tegelvloer van rode, gele, zwarte en rood-grijze gevlekte tegels, een houten radiatorkast onder het venster, en twee kasten in art deco van drie verschillende houtsoorten gecombineerd met glas en metaal, vervaardigd door de Kortrijkse meubelfabrikant De Coene.

Een dubbele glazen toegangsdeur, opzij geëtst met meandermotief, geeft toegang tot de luxueus uitgewerkte hal. De vloer van de hal is eveneens vervangen in de jaren 60 door travertijn. De wanden zijn afgewerkt met lambriseringen in glanzend palissanderfineer, de deuren naar de vertrekken links en rechts hebben mooie metalen deurklinken en worden bovenaan verlicht door indirecte verlichting. De radiatorkasten in fineer zijn afgewerkt met een tablet van zwarte marmer, erop staan de bronzen portretkoppen van Alfons Colle, secretaris en afgevaardigd beheer van de ACLVB onder wie het gebouw met de administratieve zetel gebouwd werd in 1936, van de hand van Henri Thiery, en van Adolf van Glabbeke, voorzitter van de Centrale der Liberale Vakbonden van België van 1944 tot 1959, door Victor Demanet. Twee plafondlampen uit glas en metaal verlichten de ruimte. Een grote beglaasde rondboogdeur achterin leidt naar de kantoren in de achterbouw, de deuren zijn eveneens geëtst met meandermotief, en zijn voorzien van metalen belettering SLV in het bovenlicht.

Links van de hal bevindt zich het trappenhuis, ernaast de zogenaamde vestiaire (nu spreekkamer) met bewaarde houten kasten.

Rechts van de hal, tegenover de trap, leidt een vestibule naar de voormalige zaal van de beheerraad. Ernaast bevond zich het bureau van de bestuurder. Zowel lambrisering als het bewaarde oorspronkelijke meubilair zijn uitgevoerd in kambala.

Het appartement van de bestuurder op de eerste verdieping is omgebouwd tot kantoren. De bovenste verdieping, een toevoeging van 1947 naar ontwerp van R. Rubbens, bevatte logeerkamers voor bedienden uit de provincie. De vroegere bibliotheek door de Coene in 1948 aangekleed met kambala, werd in 1962 omgebouwd tot bar met bijpassend meubilair.

  • Stadsarchief Gent, Bouwaanvragen particuliere woningen, G12, 1936/A/9, 1955/K/16.
  • MEGANCK L. 1995: Interbellum-interieurbezoek 47 Algemene Centrale der Liberale Vakbonden van België, Koning Albertlaan 95, Gent, 22 april 1995, Gent, 299-305.
  • MEGANCK L., POULAIN N. 2006: Kantoorgebouw van de Algemene Centrale der Liberale Vakbonden, Art De Coene Jaarboek 6, 10-14.
  • Universiteit Antwerpen, Opleiding Monumenten- en Landschapszorg, 1ste master, Onuitgegeven nota's Sofie Lambein, 2013-2014.
  • Liberaal archief: nieuwsbrief (geraadpleegd op 14 augustus 2014).

Auteurs:  Lanclus, Kathleen
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Secretariaat en kantoren van de Algemene Centrale der Liberale Vakbonden van België [online], https://id.erfgoed.net/teksten/161629 (geraadpleegd op ).