De stationssite werd extra-muros uitgebouwd, aan de westelijke stadsrand.
Het rechthoekige, voorheen gekasseide en recent met klinkers heraangelegde en beboomde plein telt een op één na, homogeen 19de-eeuwse bebouwing van drie bouwlagen tellende, maar in breedte wisselende rijwoningen met handelsfunctie. Drie van de vijf panden zijn neoclassicistisch geïnspireerd, bepleisterd en beschilderd en tonen de typische sokkelvormende onderbouw met schijnvoegen, gelede puilijst en arcadestructuur, terwijl de eerder verticaal gelede bovenbouw wordt geritmeerd door verdiepte rechthoekige vensters met entablement- of frontonbekroning, al dan niet voorzien van een borstwering met balusters. Het meest geëlaboreerde pand toont een opmerkelijke verticale geleding bij middel van kolossaalpilasters. Het bakstenen hoekpand met speklagen en siersmeedwerk, kant Zijdelingsestraat, onderscheidt zich door zijn eclectische vormgeving met zowel reminiscenties aan de gotische, traditionele als barokarchitectuur.
Bron: Beschermingsdossier 4.001/20000/2372.1
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Station Tienen [online], https://id.erfgoed.net/teksten/146655 (geraadpleegd op ).