's Gravenhuis (herinventarisatie 2013)

Tekst van 's Gravenhuis (https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/38939)

Complex volume van verschillende vleugels rond een binnenkoer in kern mogelijks opklimmend tot de 18de eeuw en in de 19de en 20ste eeuw sterk aangepast. Het complex is gelegen in het "Roelandsveld", in een park aangelegd in landschappelijke stijl aan de oude Ninoofsebaan (nu d' Arconatistraat) op de hoek van een veldweg in het verlengde van de Ketelheidestraat. Het domein wordt aan de zijde van de veldweg afgesloten door een haag en betonnen platen en ter hoogte van het kasteel met een hoge, deels opgewerkte bakstenen ommuring.

Historiek

Het gebouw heeft een complexe geschiedenis en kon niet worden bezocht, waardoor de bouwgeschiedenis van het complex niet eenduidig te achterhalen was en werd beschreven aan de hand van de beschikbare bronnen.

Volgens sommige bronnen zou de naam van het landhuis verwijzen naar Louis Alexander Scockaert, heer van Gaasbeek, vanaf 1690 graaf van Tirimont, die op deze locatie een gebouw als jachthuis of buitenverblijf liet inrichten. Volgens Wauters werd de grond gekocht in 1740 door markies d'Arconati, kort hiervoor zou er een tuin aangelegd zijn en werd er een groot nieuw huis op gebouwd. Dit huis richtte d'Arconati in als jachthuis en gaf het de naam "s ' Gravenhuis".

Op de Ferrariskaart (1771-1778) was er op de locatie van het huidige kasteel al bebouwing aanwezig met ten noordwesten hiervan een omhaagde boomgaard. In 1775 kocht Jean Charles Viron het 's Gravenhuis. Op het primitief kadaster in 1830 aangeduid als een gesloten complex, de toenmalige eigenaar was baron François-Ignace-Joseph de Viron. Een aquarel, vermoedelijk uit deze periode, toont het toenmalige classicistische kasteel. Uit de afbeelding is af te leiden dat het mogelijks gaat om een 18de-eeuwse heraankleding van een ouder gebouw. Het gebouw heeft aan de tuin- of zuidoostzijde een symmetrische opbouw van vijf traveeën en twee bouwlagen met een centrale toegangsrisaliet die bekroond is door een driehoekig fronton. Langs beide zijden is er een éénlaagse aanbouw van drie (?) traveeën aanwezig.

In 1883 werd er een eerste wijziging geregistreerd op het kadaster. Van het kasteel werd een kleine vergroting opgetekend en in de lusttuin kwam er ten oosten een "broeikas" (heden gesloopt en afgesplitst van het domein) en centraal een "zomerhuis" bij. De vergroting van het kasteel omvatte een kleine uitbouw van één travee aan de oostzijde. Volgens de publicatie van "Historische tuinen en parken van Vlaanderen" kregen de twee aanbouwen aan beide zijden van het hoofdgebouw er een extra verdieping bij en het centrale gebouw werd verhoogd met een mezzanine ten koste van het fronton. Deze aanpassingen zijn zichtbaar op een foto uit begin 20ste eeuw.

Een volgende, ingrijpende wijziging werd geregistreerd op het kadaster in 1904. Het kasteel werd gedeeltelijk afgebroken en heropgebouwd en het zomerhuis werd eveneens gesloopt. Het kasteel kreeg toen zijn huidige ordonnantie (wel verkeerdelijk opgemeten en rechtgezet in een mutatieschets uit 1915). Voornamelijk de volumes met het poortgebouw aan de d'Arconatistraat leken ingrijpend te zijn gewijzigd. De poorttoren is hier het resultaat van mogelijks hergebruik van oudere elementen. Eigenaar van het kasteel was Frantz de Viron (ook toenmalig eigenaar van het kasteel de Viron).

Op een affiche voor de openbare verkoop van het kasteel en het park in 1913 staat dat er naast het kasteel met verschillende ruimtes waaronder een kapel op de verdieping, een binnenplaats aanwezig was. Rond de binnenplaats bevonden zich buiten het kasteel: een woning van de tuinier, garages voor auto’s, twee stallen, een zadelkamer en een koetshuis.

De Onze-Lieve-Vrouw van Goed Nieuwskapel en de ronde hoektoren in de noordwestelijke gevel tegen de d'Arconatistraat werden pas geregistreerd in 1928. Deze kapel werd door de inventarisatie in de jaren 1970 fout gedateerd in de 18de eeuw. De kapel is waarschijnlijk opgetrokken rond de oude niskapel in de muur die nog aanwezig is en die al zichtbaar was op een oude postkaart uit begin 20ste eeuw. Aan het kapelletje kwam men bidden voor de genezing van fijt.

In de jaren 1940 onderging het kasteel grote verbouwingen. De plannen bij een bouwaanvraag van 1941 werden opgemaakt door architect Henri Leemans (Schaarbeek) en vraagt herstellingen en aanpassingen aan de gevels langs d'Arconatistraat, een nieuwe afsluitingsmuur langs de voetweg ten zuidwesten en werken aan de zijgevels. De aanvraag voor de hoge afsluitingsmuur langs de voetweg werd niet gunstig onthaald, maar wel uitgevoerd. Verder kreeg de zuidgevel een barokke aankleding. Een bouwaanvraag van 1942 behandelt een verbouwing van het heden afgesplitste bijgebouw (d'Arconatistraat nummer 80).

Tijdens het interbellum werd ook samen met een nieuwe tuinaanleg een nieuwe monumentale toegang gemaakt in het zuiden van het domein. De bouwaanvraag voor deze nieuwe toegang dateert van 1942 (architect Henri Leemans) en werd geregistreerd op het kadaster in 1943. Deze toegang bestaat uit een achthoekige trechter met drie ijzeren poorten tussen hardstenen, zandstenen en breukstenen pijlers en breukstenen muurtjes bekroond met balustrades. Er werd zo een nieuwe as gecreëerd tussen het kasteel en de nieuwe toegang tot het park. Aan de kasteelzijde zijn de pijlers groter opgevat en opgebouwd uit witte natuursteen. Eén pijler is gedateerd 1829 en een pijler aan de overzijde die toegang geeft tot Molenbergstraat nummer 65 is gedateerd 1835 (hergebruikte pijlers?). De toegang ten oosten geeft uit op een paviljoen, Molenbergstraat nummer 65. De bouwaanvraag voor dit paviljoen dateert uit 1929 en het werd geregistreerd op het kadaster in 1931.

Een bouwaanvraag uit 1962 voor een verbouwing van het landhuis werd ingediend naar ontwerp van architect W. Cornelis (Schepdaal). De ingrijpendste wijziging bij deze aanvraag was de aanpassing van de gevel van de kasteelvleugel aan de parkzijde. Hieruit blijkt dat het kasteel terug zijn neoclassicistisch uitzicht krijgt waarbij het mezzanine werd verwijderd ten koste van een groot driehoekig fronton en een aantal muuropeningen wijzigden. Ook het zadeldak werd aangepast naar een schilddak en de zuidelijke vleugel kreeg een neoclassicistisch uitzicht in plaats van zijn barok aandoende gevel. Verder heeft deze bouwaanvraag voornamelijk betrekking op kleine verbouwingen in het interieur.

Beschrijving

Gebouwen geschikt rond een gesloten binnenkoer, met tegen de straatzijde (noordwesten) de geknikte vleugel met dienstgebouwen en centrale poorttoren en aan de tuinzijde (zuidoosten) de kasteelvleugel. Beide vleugels zijn verbonden met twee dwarse vleugels. Tegen de straatvleugel rechts van het poortgebouw staat een grote linde. Het domein kon niet worden bezocht, enkel de zichtbare vleugels werden beschreven.

Poortgebouw (uit begin 20ste eeuw), centraal ten noordwesten tegen de d'Arconatistraat, van twee bouwlagen onder een leien tentdak. Op de begane grond afgeboord met zandstenen hoekpilasters, een puilijst, een vaasbekroning en een rondboogpoort in een zandstenen omlijsting. Op de verdieping een rechthoekig venster met een vlakke natuurstenen omlijsting en een wapensteen in de borstwering. Dit is het wapenschild van de familie Scochaert, graven van Tirimont, dat later ook aan de gemeente Dilbeek wordt toegekend. Volgens de literatuur zouden op het poortgebouw ook nog de wapens van de familie de Viron, van de familie Nachtegael als van de familie Arconati Visconti terug te vinden zijn.

Links van de poort, een éénlaags dienstgebouw onder een leien zadeldak. De gevel wordt geritmeerd door vier rondbogen (naar analogie van een koetshuis). Deze rondbogen staan nog niet afgebeeld op een postkaart uit begin 20ste eeuw en zijn dus jonger. De rechthoekige muuropeningen zitten vervat in deze bepleisterde en geschilderde verdiepte rondboogvelden. Aansluitend links, een muur met poorttoegang tot het domein.

De kapel uit het interbellum (geregistreerd in 1928) tegen de straatzijde rechts van het poortgebouw is bereikbaar via een gekasseid pad en volledig omsloten door beplanting (onder andere een grote linde en een taxus). De kapel heeft een vierkante plattegrond en is bekroond met een torenhelm en een opengewerkte lantaarn en een bepleisterde kwartholle daklijst. De verdiepte gevelvlakken zijn bepleisterd. Er is een rechthoekige toegang vervat tussen twee getorste zuiltjes met engelenkapitelen en een schelpfronton. In het interieur is de oorspronkelijke 18de-eeuwse niskapel met schelpmotief en flankerende putti te zien. Onder de nis bevindt zich een altaar en een wapenschild.

Links van de kapel, gevel met verdiepte en bepleisterde rondboogvelden en een ronde bakstenen torentje onder een leien ingesnoerde naaldspits met een uitgewerkte fries, uit het interbellum.

De zijgevel aan de zijde van de tuinmuur/veldweg heeft een neoclassicistisch uitzicht met wit bepleisterde gevels.

Kasteelvleugel van twee bouwlagen en elf traveeën onder een leien schilddak (aangepast in de 20ste eeuw). De vijf middelste traveeën zijn geflankeerd door geblokte muurpilasters en bekroond met een driehoekig fronton. De lijsten en geblokte muurpilasters zijn opgebouwd uit zandsteen. Voorts rechthoekige vensteropeningen in een hardstenen (?) omlijsting en met uitgewerkte borstweringen en een centrale rondboogdeur.

Het interbellum paviljoen (heden aparte eigendom, Molenbergstraat nummer 65) is een éénlaags gebouw met gecementeerde gevels afgewerkt met schijnvoegen en rondboogvormige en rechthoekige muuropeningen.

  • Archief Onroerend Erfgoed Vlaams-Brabant, Archief Koninklijke Commissie voor Monumenten en Landschappen, Dilbeek, La maison dite "'s Gravenhuis" à Dilbeek, 1913.
  • Gemeentearchief Dilbeek, bouwdossiers, d’Arconatistraat 106-108.
  • Kadasterarchief Vlaams-Brabant, mutatieschetsen Dilbeek, afdeling I (Dilbeek), 1883/38, 1904/21, 1915/4, 1928/24, 1931/33 en 1943/15.
  • DENEEF R., WIJNANT J. & ROMBAUTS N. 2005: Dilbeek (Dilbeek): ‘s Gravenhuis, in: DENEEF R. (red.) 2005: Historische tuinen en parken van Vlaanderen, Inventaris Vlaams-Brabant, Pajottenland - zuidwesten van Vlaams Brabant, M&L Cahier 11, Brussel, 34-37.
  • ABEELS G. & BALLET G. 1973: Dilbeek in oude prentkaarten. Dilbeek en cartes postales anciennes, Zaltbommel, z.p.
  • WAUTERS A. 1971 (heruitgave van 1855): Histoire des environs de Bruxelles, Description historique des localités qui formaient autrefois l'Ammanie de cette ville, deel 2, Brussel, 15-16.
  • WERKGROEP PAJOTTENLAND 2007: Pajottenland. Een land om lief te hebben, Lennik, 67-68.

Auteurs:  Verwinnen, Katrien
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: 's Gravenhuis [online], https://id.erfgoed.net/teksten/143991 (geraadpleegd op ).