Bijgebouwen op het kasteeldomein (beschermingsdossier)

Tekst van Kasteeldomein de Renesse (https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/13562)

Het kasteeldomein van Oostmalle bevat een aantal waardevolle bijgebouwen, die werden beschermd als monument.

Het koetshuis

(Lierselei nummer 28)

Het koetshuis werd opgetrokken op een plaats waar tot 1830 drie gebouwen stonden. Doorheen verschillende verbouwingen en uitbreidingen ontstond uiteindelijk het huidige koetshuis dat in 1932 volledig aangepast werd. Het ontwerp dat bewaard bleef werd slechts gedeeltelijk gerealiseerd. Het huidige gebouw bestaat uit een langgerekt noordelijk volume en een nagenoeg vierkant zuidelijk volume. Beide volumes worden door een ondiep gebouw met centrale torenvormig uitgewerkte doorrit gemarkeerd door een trapgevel met elkaar verbonden. In dit lage gebouw bevonden zich de koetspoorten. Het noordelijk volume werd afgewerkt met een gevel gemarkeerd door een middenrisaliet met trapgevel. Aan het zuidelijk volume was een gelijkaardige gevel voorzien die niet uitgevoerd werd. In het noordelijke deel bleef de binnenindeling met paardenboxen, drink- en eetbakken en de bakstenen vloer met ruitvormige motieven in de oorspronkelijke toestand. Het zuidelijk deel werd tot taverne verbouwd met behoud van de structurele elementen. De ontwerper van dit koetshuis is dezelfde als degene die in 1931 een ontwerp maakte voor de scharnierzone van het kasteel zelf. Dit ontwerp werd echter nooit uitgevoerd. Dit koetshuis kadert dus volledig in de heraanleg en verbouwing van het kasteel en is in dezelfde geest opgevat.

De ijskelder

De ijskelder werd gebouwd in 1835. Hij werd later voorzien van een gemetselde toegang en een prieeltje op de top. Bouwdata van deze elementen zijn voorlopig niet gekend.

De rentmeesterwoning

(Lierselei nummer 32) In het domein werd, volgens de mutatieschetsen van het kadaster, in 1882 een rentmeesterwoning gebouwd in opdracht van Bernard Daniël burggraaf du Bus de Gisignies. Ze is uitgevoerd in een traditionele bak- en zandsteenstijl als een L-vormig gebouw. Het woongedeelte onder zadeldak heeft in de voorgevel een centraal geplaatste korfboogvormige inkomdeur met omlopende waterlijst en ovaal bovenlicht, geflankeerd door 2 ramen met natuurstenen kruisen onder gebogen waterlijst met ingeschreven ontlastingsbogen. De zijgevels zijn uitgevoerd als trapgevels. De noordgevel heeft een symmetrische opbouw met twee ramen met natuurstenen kruisen op het gelijkvloers, twee kleinere ramen daarboven en centraal in de zolder een ronde opening. De zuidgevel heeft een gelijkaardige opbouw maar hier verraadt een van de ramen gelijkvloers de aanwezigheid van een opkamer. De bij het woonhuis aansluitende schuur is een langgerekt volume onder zadeldak met een gesloten zuidgevel en een symmetrisch opgebouwde noordgevel. Het geheel heeft een sterk neorenaissancistisch karakter.

Boswachterswoning

(Lierselei nummer 84) De boswachterwoning werd opgetrokken in 1908 volgens de gevelankers op de noordgevel van het gebouw. Het ontwerp van de voorgevel vertoont sterke gelijkenissen met de architecturale opvatting van de verbouwing van het kasteel die in 1920 werd uitgevoerd. Daardoor bestaat het vermoeden dat ook dit een ontwerp is van de architect Vander Elst die instond voor de renovatie van het kasteel. Langshuis van vier traveeën onder zadeldak tussen getrapte zijgevels. Ramen met natuurstenen kruiskozijnen; inkom met natuurstenen omlijsting. De gevel wordt bekroond door een uitkragend gedeelte op korfbogen rustend op korbelen. Haaks achter het woonhuis staat een schuurtje waarin een nog intacte bakoven verwerkt is.


Bron: Beschermingsdossier DA002354
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Kasteeldomein de Renesse [online], https://id.erfgoed.net/teksten/128931 (geraadpleegd op ).