Opbrengsthuizen van de Sint-Geertruiabdij

Tekst van Opbrengsthuizen van de Sint-Geertruiabdij (https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/42357)

Voormalige opbrengsthuizen in eigendom van de Sint-Geertruiabdij: vanouds maken zij deel uit van de huizenreeks die tussen Dijle en Halfmaartstraat in de huizen- en inwonersregistratie van 1597-1598 en de wijkboeken van 1675 en 1719 vermeld staan onder de gemeenschappelijke naam "de Huysingen van Sinte Geertruyden". Bij ministerieel besluit van 06.11.1985 werden nummers 94 tot 108 opgenomen in het beschermde stadsgezicht van het voormalige Sint-Geertruidomein dat met zijn abdijcomplex, tuinen, afhankelijkheden en huurwoningen tot einde 18de eeuw het volledige huidige bouwblok innam begrensd door de Mechelsestraat, Dijle, Halfmaartstraat, Karel Van Lotharingenstraat en Vaartstraat (zie Sint-Geertruiabdij).

Naast het beter bewaarde nummer 100 vertegenwoordigen de meeste van deze panden nog oude kernen die later, voornamelijk in de loop van de 19de en 20ste eeuw, werden aangepast.

Nummer 94, met twee traveeën en drie bouwlagen plus een mezzanino die vermoedelijk resulteert van een latere verhoging blijkens de geknikte helling van het zadeldak, is met zijn wit gecementeerde gevel, rechthoekige vensters met doorgetrokken lekdrempels en bewaarde kroonlijst met consoles boven tandlijst, naar voorkomen te dateren in de eerste helft van de 19de eeuw. De - op het recent vernieuwde schrijnwerk in de vitrine na - nog vrij goed bewaarde houten neoclassicistische winkelpui met onder meer door groef-, punt- en diamantkopmotieven gedecoreerde pilasters en karakteristiek hoofdgestel met tandlijst en bewerkte consoles dateert van 1910.

Bij nummer 96, afgedekt door een zadeldak, dateert het huidige geveluitzicht van 1943 (architect J. Nys, Haacht): op een bouwaanvraag van 1857 voor een gelijkvloerse aanpassing van nummer 100 figureert gedeeltelijk de eerste travee van nummer 96 met een zelfde ordonnantie als het belendende nummer 94. De winkelpui werd in 1967 omgevormd tot garage.

Nummer 100 vormt een ruim verankerd breedhuis in traditionele bak- en zandsteenstijl, minstens opklimmend tot de 17de eeuw. In het proces-verbaal van openbare verkoop van de Sint-Geertrui-eigendommen in 1794 wordt het goed getypeerd als een ruim pand met aanhorigheden. Dubbelhuis van zes traveeën en drie bouwlagen onder leien zadeldak, met gedeeltelijk zichtbare rechter zijtrapgevel met zandstenen parement en bakstenen linkerzijtuitgevel met vlechtingen. Voorgevel – op oude foto’s bepleisterd - met later verlaagde voormalige kruisvensters - aangegeven door de speklagen en wigvormige ontlastingssystemen - met hoek- en negblokkenomlijsting en voorzien van 19de-eeuwse lekdrempels en ijzeren vensterleuningen met typische bazuinende engelenfiguren. Gedichte steigergaten; beraapte sokkel en in 1973 ingebrachte huidige vensters in de twee laatste traveeën, ter vervanging van de in 1892 ingebrachte winkelpui. De vierde travee bewaart een markante schouderboogvormige, 18de-eeuwse koetspoortomlijsting van blauwe hardsteen, met kwarthol geprofileerd beloop op neuten en versierd met een schelpvormige sluitsteen en rocailles in de zwikken, onder een geprofileerde gebogen druiplijst met strekse uiteinden. Deels zichtbare achtergevel met, behalve in de aangepaste middentravee, behouden ordonnantie met voormalige kruiskozijnen in bewaarde hoek- en negblokkenomlijsting onder gekoppeld ontlastingsboogjes.

Nummer 102 was volgens het wijkboek van 1719 en in de openbare verkoopbeschrijving van 1794 gekend als het "Groenhuys". Vermoedelijk opklimmend tot circa 1700, drie bouwlagen en drie traveeën tellend later aangepast breedhuis onder zadeldak, opgetrokken uit baksteen met gebruik van kalkzandsteen voor de bandomlijstingen met kwarthol geprofileerde dagkanten aan de vensters, de hoekbelijning van de bovenbouw en de begrenzing van de recent verbouwde begane grond in plaats van de houten winkelpui van 1909. Aangepast 19de-eeuws houten laadvenster met hijsbalk.

Op een foto-opname van 1864 figureren nummers 104, 106 met een bepleisterde, gecombineerde lijst- en trapgevel. Dubbele woning heden met lijstgevels, drie bouwlagen en elk twee traveeën, onder een doorlopend mank zadeldak: nummer 104 resulteert vermoedelijk volgens archiefgegevens van een verbouwing in 1912, waarbij de getrapte geveltop werd gesupprimeerd en het gebouw achteraan werd verhoogd. Respectievelijk aangepaste bakstenen en bepleisterde lijstgevel onder doorlopende kroonlijst met klossen boven tandlijst, voorzien van rechthoekige vensters: bij nummer 106 met kwarthol geprofileerde dagkanten. De huidige puiomlijstingen dateren uit de eerste helft 20ste eeuw.

Het drie traveeën brede nummer 108 telde voorheen drie bouwlagen onder een bekronende verhoogde halsgeveltop, te dateren einde 17de-begin 18de eeuw. In 1844 werd een vergunning afgeleverd voor het supprimeren van de topgevel en in 1966 onderging het pand een grondige transformatie, waarbij een vierde bouwlaag werd toegevoegd en de begane grond werd gewijzigd. De twee middenste bouwlagen behielden nog hun typerend laatbarokke plattebanddecor van zandsteen op een bakstenen achtergrond.

  • Afdeling Ruimtelijke Ordening, Huisvesting en Monumentenzorg Vlaams-Brabant, archief Monumenten en Landschappen: beschermingsdossier stadsgezicht voormalig Sint-Geertruidomein (06.11.1985); nummer 108: briefwisseling (1927).
  • Stadsarchief Leuven, Gemeentegoederen 12181; Modern Archief, dossier 53285 (bouwvergunning 11.07.1892); dossier 6476 (bouwvergunning 19.12.18 ); dossier 23856 (bouwvergunning 02.10.1857); dossier 72046 (bouwvergunning 13.09.1910); dossier 74155 (bouwvergunning 11.11.1912); dossier 102695 (bouwvergunning 04.08.1943); dossier 119720 (bouwvergunning 22.01.1966); dossier 120683/6617 (bouwvergunning 23.10.1967).
  • BOONEN W., Geschiedenis van Leuven geschreven in de jaren 1593-1594, uitgegeven door E. Van Even, Leuven, 1880, anast. herdruk, 1996, p. 389-390.
  • MEULEMANS A., Atlas van Oud-Leuven, Leuven, 1981, p. 215-221.
  • MEULEMANS A., Oude Leuvense straten en huizen. De rechterzijde van de Borchtstraat, in Mededelingen van de Geschied- en Oudheidkundige Kring voor Leuven en Omgeving, jaargang 10/1, 1970, p. 18.

Bron: MONDELAERS L. & VERLOOVE C. met medewerking van VAN ROY D., VAN DAMME M. en MEULEMANS K. 2009: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie Vlaams-Brabant, Leuven binnenstad, Herinventarisatie, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen VLB2, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs:  Verloove, Claartje; Mondelaers, Lydie
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Opbrengsthuizen van de Sint-Geertruiabdij [online], https://id.erfgoed.net/teksten/128596 (geraadpleegd op ).