Markgravelei

Tekst van Markgravelei (https://id.erfgoed.net/themas/11802)

Tussen Pycke- en Karel Oomsstraat, in 1846 huidige naam naar de 16de-eeuwse markgraaf Willem Van de Werve.
Deze straat, aanvankelijk Lange of Grote Lei, dankt haar ontstaan aan grondspeculant Gilbert Van Schoonbeke (1519-56), die in 1547 van Willem Van de Werve het uitgestrekte "Goed ter Beke"kocht, gelegen ten Zuiden van de stadswallen in de zogenaamde "Vrijheid van Antwerpen". Aangezien sinds 1540 de grondprijzen binnen de wallen zo enorm gestegen waren dat het bezit van een "stedelijk hof" nagenoeg onbetaalbaar werd, wilde Van Schoonbeke voor de gegoede Antwerpse burgerij een hovenkwartier aanleggen met zomerhuizen. Van Schoonbeke opende zelf de Lange Lei, hoofdas van de nieuwe wijk, en enkele aansluitende leien.

De urbanisatie van het zogenaamde Leikwartier, de enige grondspeculatie van Gilbert Van Schoonbeke buiten de stad, was een groot succes. In minder dan twee jaar tijd werd 75 % van de gronden verkaveld en verkocht; de overblijvende gronden werden verkocht na 1559 (Vrede van Cateau-Cambresis). Omstreeks 1570 hadden de meeste vooraanstaande Antwerpenaars een zogenaamd "hof van plaisantie" aan één van de beboomde leien.
Tot op heden heeft deze omgeving ten dele een residentieel karakter behouden. De Markgravelei zelf behield tot het einde van de 19de eeuw haar landelijk uitzicht met riante buitenhuizen afgewisseld met hoveniersbedrijven. Alleen het Torenhof en een deel van het Domein Hertoghe (aan het einde van de Markgravelei) herinneren, naast sommige straatnamen, nog aan het vroegere Leikwartier.

Thans brede, rechte straat doorsneden door de Jan Van Rijswijcklaan, met bebouwing uit de tweede helft van de 19de eeuw, het eerste kwart van de 20ste eeuw en later; oudere restanten zijn het Torenhof (nummer 86) en de pastorie van de Sint-Laurentiusparochie (nummer 95), gelegen naast de kerk op hoek van Van Schoonbekestraat. Overwegend enkelhuizen in neoclassicistische of art-nouveaustijl; fraai uitgewerkte art-nouveaugevels, voornamelijk in het straatdeel tussen de Van Schoonbekestraat en de Jan Van Rijswijcklaan. Bepleisterde en beschilderde, natuurstenen of bakstenen lijstgevels van twee, drie of meer traveeën en twee of drie bouwlagen onder zadel- of (pseudo-)mansardedaken met verspringende kroonlijsten, lichte risalieten, markante balkons of erkers en diverse muuropeningen. Voorts recentere bebouwing uit de tweede helft van de 20ste eeuw. Blindentuin aan de Zuidzijde, ter hoogte van Torenhof.

  • BELLOY, A. 1961: De Evolutie van het Lei-kwartier (Heemkundig handboekje voor Antwerpse randgemeenten, VIII.4, winter 1960-61, 1-18.
  • DE SCHUYTER, J. 1944: De evolutie van het Leikwartier, Antwerpen.
  • SOLY, H. 1977: Urbanisme en kapitalisme te Antwerpen in de 16de eeuw. De stedebouwkundige en industriële ondernemingen van Gilbert Van Schoonbeke, Gemeentekrediet van België. Uitgave Pro Civitate, reeks in -8°, 47.

Bron: PLOMTEUX G. & STEYAERT R. met medewerking van WYLLEMAN L. 1989: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Antwerpen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 3nc, Brussel - Turnhout.
Auteurs:  Plomteux, Greet; Steyaert, Rita
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Markgravelei [online], https://id.erfgoed.net/teksten/113570 (geraadpleegd op ).