Gedurende de werken aan het stadhuis werden de archeologen door de opdrachtgever op de hoogte gehouden van eventuele ingrepen in de bodem. De begeleiding van bouwwerken die ondergronds erfgoed verstoorden, vonden uiteindelijk plaats in drie zones.
Zone 1: Ter hoogte van de bestaande stadhuistrap en de omliggende bestrating (werkput 1). Zone 2: Ter hoogte van een nutsleidingput tegen de noordoostelijke buitengevel (proefput 1). Zone 3: In de zuidoostelijke gelijkvloersruimte, alwaar een ondergrondse doorgang gecreëerd werd voor nutsleidingen.
De oorspronkelijk geplande drainage rondom het stadhuis, door middel van infiltratiekisten, werd uiteindelijk niet uitgevoerd door technische moeilijkheden.
Na onderling overleg met de opdrachtgever werd vastgesteld dat er geen bijkomende bodemingrepen zouden plaatsvinden. De volledige werfbegeleiding werd uitgevoerd volgens de strategie, de methoden en technieken die werden beschreven in de Aanvraag voor een toelating tot het uitvoeren van een archeologisch onderzoek met het oog op wetenschappelijke Vraagstelling (ID 454). Het onderzoek werd volledig uitgevoerd.
Stadhuisplein 9 (Tongeren) Algemeen gezien zijn de bodemingrepen in het kader van de werken vrij ondiep of geplaatst in een reeds verstoorde zone, maar er werden muren van voorlopers van het huidige stadhuis en de aanzet van een gewelf van een ander gebouw aangetroffen.
