Het onderzoek werd uitgevoerd op 31 januari en 30 maart 2022. Er werden 4 werkputten aangelegd voor een totale oppervlakte van ca. 230 m². Het opgravingsvlak werd aangelegd met behulp van een kraan op rupsbanden van 21 ton met een gladde graafbak van 1.80 m. Van alle opgravingsvlakken werden overzichtsfoto’s gemaakt. De werkputten en sporen werden ingetekend door middel van een GPS van het type Geomax Zenith 25 PRO en gedocumenteerd aan de hand van beschrijvingen.
Opgravingsvlakken werden gedetecteerd met een metaaldetector.
Indien een spoor zich tegen de putwand bevond, werd het werkputprofiel opgeschoond om de relatie tussen het spoor en de bodemhorizonten te registreren. Sporen-, foto- en vondstenlijsten werden digitaal geregistreerd in het veld. Gebruik makend van een GIS omgeving werden de verzamelde data verwerkt tot een gedetailleerd en overzichtelijk grondplan.
Reeds in de zomer werd een deel van de graafwerken uitgevoerd. Het ging hoofdzakelijk om het afgraven van teelaarde. De werken hadden een beperkte impact op het archeologische vlak. Zo was in werkput 2, waar een zwembad zou worden aangelegd, een deel van de werkput reeds tot op diepte uitgegraven. Het archeologische vlak kon op deze plek niet meer worden onderzocht. Verder was bij de uitgraving in werkput 2 het archeologische vlak niet verstoord. Bij het afgraven van teelaarde ter hoogte van werkput 3 was het archeologische vlak eveneens nog niet geraakt.
Printhagendreef 2 (Kortessem) Ondanks de beperkte oppervlakte die onderzocht kon worden, konden bij de werfbegeleiding voor het eerst aanwijzingen worden geattesteerd voor menselijke activiteiten in de late middeleeuwen.