Tijdens de werfbegeleiding van de aanleg van een nieuw rioleringssysteem werd telkens een vlak aangelegd in de top van de C-bodem waarna dieper werd uitgegraven tot de nodige diepte voor de riolering. Het vlak werd aangelegd op dieptes tussen 1,4 m en 1,8 m-mv of tussen 9,7 m en 9,2 m +TAW. Er was reeds een zekere verstoring aanwezig was zodat de bodembewaringstoestand als slecht kan worden geëvalueerd. In de meeste gevallen werden onder de verstoring van de Schanslaan meteen de tertiaire afzettingen gevonden. In enkele gevallen werd nog het restant van de quartaire afzettingen aangetroffen. Behalve verstoringen werden geen sporen noch vondsten teruggevonden.
Bron: JENNES N. & VERRIJCKT J. 2020: Eindverslag begeleiding: Borsbeek, Schanslaan, Rapport nr. 0289, Beerse. Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: J. Verrijckt bvba
Schanslaan (Borsbeek) De archeologische werfbegeleiding van de vernieuwing van een rioleringsstelsel leverde geen archeologische sporen of vondsten op.