erfgoedobject

Edelweiss II

varend element
ID
99068
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/99068

Juridische gevolgen

Beschrijving

Geschiedenis van het vaartuig: De Edelweiss II werd in 1914 gebouwd als wedstrijdjacht naar een ontwerp van Linton Hope. Hope was een succesvol ontwerper van wedstrijdjachten. Hij haalde zelf goud op de Olympische spelen. Hij tekende voor Belgische klanten onder meer de Antwerpia II (een 8 meter jacht), de Brabo (een motorjacht van de RYCB) en de Zut (een 6 meter jacht). Hope werd ontwierp voor de Belgische koning de Ibis III voor het koninklijk werk IBIS in Oostende en werd daarbij aangesteld als 'consulting naval architect'.

De Edelweiss II is het eindpunt van de ontwikkeling binnen de eerste ‘International rule’, een eerste rating formule voor wedstrijdjachten. Deze formule zorgde voor de extreem scherpe vormen van de Edelweiss II. Met een breedte van 1,595 meter is dit jacht extreem smal in verhouding tot de lengte van 10,66 meter. De lengte op de waterlijn is ongeveer 6,3 meter. Bij de bouw van het schip werd gekozen voor het toen nog erg ongebruikelijke Bermudatuig. Het zeiloppervlak meer dan 60 m² is indrukwekkend. Er blijven wereldwijd nog amper schepen over van de eerste internationale formule (1908-1920) van de zes meter jachten.

Het schip werd besteld door het Syndicat Edelweiss, dat bestond uit leden van de RYCB in Antwerpen. Volgens sommige bronnen was Robert Osterrieth de centrale figuur van het syndicaat, volgens andere bronnen Albert Grisar.

De wedstrijdcarrière van de Edelweiss II begon in juni 1914 met de Antwerpse zeilweek. In juli 1914 nam het jacht met Albert Grisar deel aan de Kieler Woche, een belangrijke grote internationale zeilwedstrijd (tijdens deze wedstrijd verliet het Duits keizerlijk jacht de wedstrijd na de tijding van de moord op de Oostenrijkse kroonprins in Sarajevo).

De Edelweiss II kan uitstekende prestaties voorleggen. In 1919 won het zeiljacht zijn eerste naoorlogse wedstrijden, waaronder de Régattes de la victoire van de RYCB (Albert Grisar), Six prijs op de Zuiderzee (Leon Huybrechts), het Scheldejuweel en wedstrijden van de Koninklijke Nederlandse zeil- en roeivereniging. Het jaar 1920 begon eveneens succesvol met de Antwerpse zeilweek. Het hoogtepunt van de wedstrijdcarrière van de Edelweiss II was de gouden medaille op de Olympische spelen van Antwerpen in 1920 met de bemanning Emile Cornellie, Florimond Cornellie en Frédéric-Albert Gustave Bruynseels.

De Edelweiss II bleef tot 1926 in Antwerpen. Vanaf 1922 werd het jacht ingezet in de zeilschool van de RYCB. Vanaf 1925 zeilden de Bruynseels met het schip. Niet lang nadien werd Oostende de thuishaven van de Edelweiss II, met R. Bauwens als schipper.

Tot in de jaren 1950 haalde de Edelweiss II prijzen. In 1956 en 1957 won de Edelweiss II de Gouden beker van de Noordzee, in 1957 de Westhinder race en in 1959 de Challenge Pauwaert. Nadien werd de Edelweiss II eigendom van Staf Versluys.

Het zeiljacht werd op den duur uit de vaart genomen. Het wacht momenteel op restauratie.

De Edelweiss II werd op 17 september 2009 als varend erfgoed beschermd vanwege de bouwmethode en de inspirerende rol voor het wedstrijdzeilen in België. Bovendien is het schip een zeldzame overlevende van de eerste internationale formule rating voor wedstrijdjachten.

Eigenaars: De gekende eigenaars zijn achtereenvolgens de Syndicat Edelweiss (RYCB), de zeilschool RYCB, de familie Bruynseels, Bauwens, De Wavrin, Louis Verbiest, Van Keirsbilck, Staf Versluys en de huidige particuliere eigenaar.

Bouwjaar: 1914.

Werf: Het schip werd gebouwd op de werf van Frank Maynard in Chiswick (Verenigd Koninkrijk), naar een ontwerp van Linton Hope.

Functie: Wedstrijdjacht.

Vaargebied: De kust en de Schelde.

Beschrijving romp, constructie en opbouw: De Edelweiss II werd gebouw in Honduras mahonie. De mahonie beplanking werd karveel aangebracht op de rock elm spanten. De beplanking werd met koperen klinknagels bevestigd op de spanten. De spanten in olm werden gestoomd om ze in de juiste vorm te krijgen. De loden kiel weegt 1250 kg.

Tonnage: Thames tonnage 3 ton.

Tuigage: Een Bermudatuig met een fok en grootzeil van samen meer dan 60 m². Er werd gekozen voor een torengetuigd grootzeil, wat betekent dat een driehoekig grootzeil werd gebruikt en geen rechthoekig zeil met een gaffel.

Motor: De Edelweiss II werd niet gemotoriseerd.

Interieur: De open kuip van het jacht is slechts 60 cm breed. Er waren drie bemanningsleden aan boord, maar enkel de schipper had een zitplaats.

  • Informatie van de eigenaar.
  • Sur l'eau 1926.

Auteurs: Van Dijck, Maarten
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Edelweiss II [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/99068 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.