In oorsprong 18de-eeuwse hoeve, heden enkel bewaard boerenhuis. Dieperliggend boerenhuis toegankelijk via een onverharde erfoprit langs voortuin. Op een 17de-eeuwse kaart van de "Bethoostersche Broeken" is de site onbebouwd en bevindt ze zich binnen de dijkage van het overstromingsgebied van de Handzamevaart. Op de Ferrariskaart (1770-1778) is de hoeve weergegeven met vier vrijstaande gebouwen binnen een boomgaard en een U-vormige omwalling en is ze toegankelijk via een dreef die verder naar het zuidwesten toe aanzet aan de Steenstraat. Een volgende kaart van circa 1827, het primitief kadasterplan, toont het boerenhuis met T-vormige plattegrond, gelegen binnen een U-vormige omwalling, met daarbuiten twee landgebouwen. De gehele site is nogmaals omgeven door een regelmatige omwalling die via een gracht aansluit op de Handzamevaart. Een toegangsdreef loopt langs de noordoostelijke zijde van de omwalling. Gelijkaardige weergave op de Atlas der Buurtwegen (circa 1845). In 1910 wordt de hoeve volgens het kadaster verkocht, de dreef en de omwallingen worden gesupprimeerd. Enkel een brede waterpartij achteraan de woning blijft behouden. In 1911 wordt de haakse uitbouw aan de achtergevel van het boerenhuis afgebroken en wordt het stalletje naast het boerenhuis gebouwd.

Ten noordwesten van het erf, boerenhuis onder zadeldak (vernieuwde, rode Vlaamse pannen, geknikte dakoverstek). De huidige, witgeschilderde gevel naar de straat was oorspronkelijk de achtergevel: lage verankerde, gele baksteenbouw van twee opkamertraveeën (links) + vijf traveeën boven een lage gecementeerde plint, recente aanbouw onder lessenaarsdak (golfplaten). Noordelijke hoek versterkt door een overhoeks geplaatste steunbeer. Twee bewaarde vensters onder een licht getoogde strek (vernieuwd houtwerk) en een segmentbogig keldervenster onder opkamervenster (linker travee). Oorspronkelijke erfgevel: zeven rechthoekige muuropeningen onder strek met heel smalle voeg en met onderdorpels van grijsgesmoorde klompjes. Vier bewaarde witgeschilderde schuiframen met T-indeling en grote roedeverdeling. Vernieuwde deur, luiken en twee ramen met T-indeling. Westelijke zijgeveltop met rechthoekig venster onder strek.
Het interieur bewaart een kelder onder kruisgraatgewelf.

Naast het huis, stalletje opgetrokken in 1911. Lage, verankerde gele baksteenbouw onder zadeldak (rode mechanische pannen). Segmentbogige muuropeningen onder strek met bewaard groengeschilderd houtwerk, onder meer opgeklampte luiken en boven- en onderdeuren.