Vrijstaand, laag 19de-eeuws woonhuis met rechts een bijhorend dwars gepositioneerd landgebouwtje. Voorzien van voortuin en verharde oprit tussen beide gebouwen in. Het woonhuis wordt reeds weergegeven op het primitief kadasterplan (circa 1829) als onderdeel van een tweewoonst. Volgens een mutatieschets wordt de rechter woning in 1893 gedeeltelijk afgebroken. Het landgebouw is volgens kadastergegevens opgetrokken in 1870 en zou oorspronkelijk een stuk groter geweest zijn. In 1904 zou het zijn gereduceerd tot zijn huidig volume.

Woonhuis. Breedhuis met dubbelhuisopstand van vijf traveeën onder zadeldak (rode Vlaamse pannen). Kroonlijst op klossen. Verankerde rode baksteenbouw met behoud van de oudere linker zijgevel opgetrokken in gele baksteen en voorzien van muurvlechtingen. In deze gevel zijn jaarankers "1805" aangebracht. Het anker "5" is deels aangebracht in de muurvlechtingen en deels in het metselwerk van de verhoging van het dak (mogelijk recuperatie). In deze oudere gevel zijn ook twee licht getoogde en oorspronkelijk beluikte (zie luikduimen en aanslag) vensters met houten raam met kleine houten roedeverdeling bewaard. In het rechter venster is een overhoeks geplaatste, smeedijzeren dievenstaaf behouden. In de voorgevel licht getoogde muuropeningen met onderdorpels in blauwe hardsteen. In de rechter zijgevel een rondboogvenster met strek in gele baksteen. Bewaarde witgeschilderde ramen met T-indeling, luiken en paneeldeur met kijkvenster achter smeedijzeren rooster.

Landgebouw. Volume van twee traveeën onder zadeldak (grijze en rode Vlaamse pannen). Verankerde rode baksteenbouw met gebruik van gele baksteen voor omlijsting van muuropeningen en hoekkettingen. Zwartgepekte plint. Rechthoekige deur-, venster- en poortopening onder hoge korfbogige ontlastingsboog.