Vrijstaand, statig herenhuis gelegen in een ruime, beboomde tuin. "BEUKENHOF", zie smeedijzeren opschrift links van de deur. Naar verluidt gebouwd rond 1904-1908, maar zeker vóór 1910, door notaris Jules de Mûelenaere die zich in Ruiselede komt vestigen. Hij bewoont een korte periode het huis Kasteelstraat nummer 17 dat circa 1900 tijdelijk in twee wooneenheden wordt verdeeld. In 1910 verhuist het gezin de Mûelenaere naar de nieuwe woning langs de Tieltstraat. De welgestelde familie bezit een aanzienlijk aantal gronden en boerderijen in Ruiselede.

Aanvankelijk lag het huis op een groot domein dat gaandeweg werd verkaveld, onder meer voor de realisatie van een sociale woonwijk en het gemeentelijke sportcentrum, en is tegenwoordig herleid tot circa 5000 m².

Dubbelhuis op U-vormige plattegrond van twee bouwlagen. Straatvleugel van zes traveeën onder gemansardeerd zadeldak (leien en zwarte, mechanische pannen) met vorstkammen en links een zijtopgevel. Verankerde (sierankers), oranje baksteen gecombineerd met geel voor de door- en omlopende banden en siermetselwerk. Gebruik van arduin voor de hoge breukstenen plint, kordons, boven- en onderdorpels, buitentrapje en dekstenen van de topgevel. Korfboogvormige muuropeningen op de verhoogde begane grond, op de verdieping zitten de rechthoekige vensters gevat in een korfboognis. Onder de dakgoot een bakstenen tandlijst op consoles.

Bredere linkertravee uitlopend op een tuitgevel bekroond met bolornament. Op de begane grond een breed venster onder I-balk, op de verdieping een driezijdige erker op consoles en onder half leien schilddak en in de top een serliana onder druiplijst.

Bewaard schrijnwerk, het bovenlicht van de deur is versierd met florale motieven in sierlijk smeedijzer met ingewerkte initialen "D M" van de bouwheer. Vensters met T-ramen op de verdieping, kroonlijst op klossen en twee pittoreske dakkapelletjes met windberg en pinakeltje.
Zijgevels op gelijkaardige wijze uitgewerkt, in de rechterzijgevel een bijkomende ingang voor de klanten. Stoep in cementtegels.

Tegen de achtergevel zijn twee dwarsvleugels met cottageallures op de begane grond verbonden door een oranjerie onder plat dak. Eindgevels van de dwarsvleugels onder afgewolfd zadeldak afgewerkt met houten windbergen. Segmentboogvensters onder strekken, gekoppeld in de topgevels. Oranjerie met brede vensterpartijen onder doorlopende I-balk versierd met roosjes. Ook hier is het verzorgde schrijnwerk bewaard.
Het gevelbrede terras met balustrade is aangebracht door de huidige bewoners.

Interieur

Zeer rijk en gaaf, volledig bewaard interieur, naar verluidt verwezenlijkt in de jaren 1914-1918. Kamers aangekleed in verschillende neostijlen met marmeren bespiegelde schouwen, lambriseringen, lijstwerk, rozetten, supraportas, vleugeldeuren met panelen en hang- en sluitwerk, deurklinken, spanjoletten, beschilderingen e.d. Meerdere vloeren met cementtegels, in bijna alle kamers is het oorspronkelijke behang bewaard.

Plattegrond met twee centrale gangen in kruisvorm waarop de verschillende kamers uitgeven. Gangen volledig aangekleed in neoclassicistische stijl onder meer met lijstwerk, pilasters, kamerhoge panelen beschilderd met guirlandes en wierookbranders, houten vleugeldeuren met supraportas met kroonlijst en goudkleurige beschildering, hoge spiegel met bekronend medaillon, strikmotieven, marmerimitatie.

Vroeger kantoor van de notaris aan de straatzijde, links van de gang. Hier met eenvoudige grijsmarmeren schouw geflankeerd door lage ingemaakte, houten kasten met paneeldeuren, vloer met cementtegels. Er tegenover aan tuinzijde en afgescheiden door de traphal het bureau van de notarisklerk met eenvoudige, zwartmarmeren schouw.

Salons in suite aan straatzijde en rechts van de gang. Eerste salon met spiegel op de schouwboezem versierd met bloemenguirlandes, strikmotief, lauriertakken en medaillon met geschilderd pastoraal tafereel, brede fries onder de kooflijst en plafondbeschildering onder invloed van het art nouveau, met gestileerde bladeren en vruchten van de paardenkastanje. In dit salon is het behangpapier niet bewaard. Tweede salon aangekleed in rococostijl. Witmarmeren, grijsgeaderde schouw met spiegel op de schouwboezem, bekronende panelen boven de spiegel op de muurdam en op de schouwboezem en de supraporta hebben beschilderde, pastorale taferelen en sierlijk lijstwerk opgeluisterd met florale motieven. Dubbele vleugeldeur, lambriseringen en kamerhoge panelen met geprofileerde lijsten.

Aan tuinzijde bevindt zich de bijna gevelbrede, rijkelijk versierde oranjerie. Boven de lambrisering, bekroond met fries met geometrische motieven, kamerhoge beschilderde panelen met exotische taferelen, onder meer met afbeelding van Egyptische piramides. Zwartmarmeren schouw met bruinmarmeren zuiltjes en diamanten in de schouwbalk. Spiegel op de schouwboezem met medaillon en beschilderde afbeelding van een oase. Schouwboezem versierd in Lodewijk XVI-stijl. Aansluitende kamer met plafond bekleed met beschilderd doek. Toilet met oorspronkelijke witgeglazuurde betegeling en boordfries met florale motieven.

Naar verluidt is de diensttrap gesupprimeerd. Beide gangdelen met cementtegels. Houten bordestrap met witmarmeren optrede, versierde trappaal en leuning met balusters. Lambrisering langs de trap en op de verdieping met panelen met beschildering in marmerimitatie. Plafond van het trappenhuis beschilderd met hemelsblauwe lucht met wolken en afbeelding van bloemen en vogels. De trap wordt verlicht door een venster met glas in lood waarop een afbeelding van wierookvat en guirlandes en bovenaan een gordijnkast met spiegels bekleed. Op de verdieping een kamer met zwartmarmeren schouw, een andere kamer heeft houten ingemaakte kasten met paneeldeuren. Bewaarde lambrisering in gangen met palmettenfries.
Kelder met troggewelfjes en grijze plavuizen.

Een laag nutsgebouw rechts van het huis is nu ingericht als woonhuis. Rode baksteenbouw onder zadeldak (zwarte, mechanische pannen) en segmentboogvormige muuropeningen. Aflijnende tandlijst.

Tuin, van de straat afgescheiden door hekken in smeed- en gietijzer en taxushaag. Oprit verhard met plattines, omlopend voetpad, met uitzondering van het gewijzigde terras aan de achterzijde, in zeedijktegels. Verdiepte gazonpartijen met centraal betonnen vijvertje, voorzien van houten loopbrugje en ijzeren leuning. Kunstmatig reliëf doorsneden door geharkte paden en omgeven door parkbosgordels bestaande uit onder meer esdoorn, beuk, plataan en paardenkastanje.

Enkele solitaire parkbomen of groepen waaronder suikeresdoorn, den, bruine beuk en een opmerkelijke zuilvormige eik. Heestermassieven met onder meer aucuba, kornoelje, bonte hulst, laurierkers en taxus.