Hoeve en maalderijsite, waarvan het woonhuis wellicht dateert uit 1786.

Historiek

Op de Ferrariskaart (1770-1778) wordt op deze plaats nog geen bebouwing weergegeven. Vermoedelijk wordt in 1786 een woonhuis opgetrokken, zie jaartalanker. Het woonhuis en schuur-stal worden als twee parallelle volumes weergegeven op een kadastrale kaart uit 1815. Ook het kleine varkenshokje wordt reeds weergegeven. Op de Atlas der Buurtwegen (1844) staat de site vermeld als "Le Cerf, cabaret". In 1845 wordt de hoeve door burgemeester B. Biebuyck verkocht aan de familie van der Bruggen. Volgens kadaster wordt het woonhuis opgedeeld in twee woningen in 1850. Rond 1860 worden verbouwingen aan erfzijde uitgevoerd. In 1902 registreert het kadaster de hereniging van de twee woningen, waarbij een gedeelte als landgebouw wordt ingericht. In 1931 wordt volgens kadaster een magazijn aangebouwd, dat van 1948 tot 1978 in gebruik was als maalderij. In de tweede helft van de 20ste eeuw worden ten westen nieuwe nutsgebouwen opgericht (hoenderkweek). In 1982 wordt de hoeve gekocht door de pachters, familie Fack.

Beschrijving

Langs de straatzijde een eenlagig boerenhuis van acht traveeën onder overkragend zadeldak in Vlaamse pannen, in geelgeschilderde baksteenbouw met gepekte plint. Afgeschuinde hoek. Twee deuropeningen, wijzend op een verleden als twee woningen. Licht vooruitspringende westelijke deurtravee met hogere opbouw van dakvenster in rode baksteen. Getoogde en beluikte muuropeningen waarin houten schrijnwerk, in oostelijk gedeelte met kleine roedeverdeling en geprofileerd kalf. Betegelde onderdorpels. Oostelijke zijgevel uitgewerkt met aandak en vlechtingen, rondbogige kapelnis in kleine zwarte baksteentjes met kruis waarin beeld H. Antonius met kind. Kruisvormig smeedijzeren gevelanker in zijgeveltop, met jaartal: "1786".

Interieur grotendeels vernieuwd. Behouden ruimtewerking. Recuperatiedeuren en -vloeren. Nieuw opgemetselde schouwen. Twee voutekamers en -kelders aan de erfzijde. Vernieuwd dak met behoud van oude gebinten. Aan westzijde een aangebouwde maalderijhangar uit 1931, bekleed met betonpanelen. Ten zuiden een parallel schuur-stalvolume in rode baksteenbouw onder zadeldak in Vlaamse pannen met beborde zijgevel. Deels gedichte poortdoorrit tussen vooruitspringende muurdammen met verdikte basis, waarin een bewaarde houten poort met klinket. In het voormalige paardenstalgedeelte staat nog een oude haverpletter met aandrijfstangen en -riemen, in het wagenhuisgedeelte is nog een molensteen en tarwepletter bewaard. Ten oosten van het erf staat langsheen de straatzijde een klein stalletje/ varkenshokje, met recentelijk opnieuw beplankte zijgeveltoppen.