erfgoedobject

Hospitaal Ten Walle

bouwkundig element
ID
87295
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/87295

Juridische gevolgen

Beschrijving

Historisch complex, gelegen langsheen de Bruggestraat, de belangrijkste invalsweg vanuit het noorden. Geheel bestaande uit verscheidene, witgeschilderde, bakstenen vleugels boven gepekte plint, grosso modo rechthoekig en gesloten opgesteld rondom deels geplaveide en deels gekasseide binnenkoer. Gebouwen ingeplant midden een grastuin, ten noorden en ten zuiden afgezet door middel van recent laag bakstenen muurtje onder ezelsrug (ter vervanging van vroegere hoge muur). Binnenkoer ten oosten toegankelijk via toegangspoort.

Geschiedenis van de site

Vermoedelijk wordt het "hospitaal Ten Walle" gesticht onder impuls van de graven van Vlaanderen in de loop van de 13de eeuw. De stichting zou zich situeren circa 1228-1229, volgens de overlevering door gravin Margaretha van Constantinopel (1244-1246), gravin van Vlaanderen. Dit strookt echter niet met het gegeven dat in 1229 Joanna van Constantinopel (1205-1244) gravin van Vlaanderen was. Gelegen aan de "Brugse weg", een belangrijke invalsweg van de stad, worden er passanten en armen opgevangen en verpleegd. In 1590-1592 gaat het klooster ter ziele door het uitsterven van de kleine kloostergemeenschap ten gevolge van de godsdiensttroebelen.

In 1661 wordt het klooster op dezelfde plaats heropgericht door toedoen van de heer van Torhout en Wijnendale. Er komen twee zusters uit het Sint-Jorishospitaal van Menen over. In de loop van de 18de eeuw (de jaren 1733, 1755 en 1780 worden genoemd in literatuur) breidt het klooster zijn gebouwen verder uit met een noordelijke en zuidelijke vleugel, waardoor er een U-vormige constellatie ontstaat. Mogelijk dateert de kapel ook pas uit de eerste helft van de 18de eeuw.

In 1797 wordt het klooster geconfisqueerd en gebruikt als opslagplaats voor aangeslagen goederen. Later wordt het in gebruik genomen door de gendarmerie. De noordvleugel en de moestuin worden opnieuw door de zusters ingenomen. In 1832-1836 worden de oude hospitaalvleugels volledig eigendom van de stad en in 1840 worden ze heringericht als tehuis voor ouderlingen. Na 1840 wordt ten zuiden van de bestaande gebouwen een hospitaal gebouwd. Vanaf 1872 wordt het gebouwencomplex verder uitgebreid met ziekenzalen, ziekenkamers, een kloostergebouw en tenslotte een neogotische kapel, naar ontwerp van stadsbouwmeester Jan van Hollebeke (Torhout), die in 1890 tot stand komt.

Tijdens de Eerste en Tweede Wereldoorlog doet het hospitaal dienst als "Feldlazaret". Vanaf 1970 worden de gebouwen gebruikt als stedelijk onderwijscentrum, met de stedelijke muziekschool en het Taal- en Instructiecentrum (verbouwing in 1975). Sinds 1997 is ook de VDAB er gehuisvest. De eerste grote restauratie - het herstel van goten en daken - wordt in 1992-1993 gerealiseerd onder leiding van architect M. Degrieck (Torhout).

Beschrijving

Binnenkoer ten oosten toegankelijk via toegangspoort onder leien schilddakje met overstekende rand op houten modillons, flankerende steunberen. Tudorboogvormige doorgang in een geprofileerde omlijsting onder gelijkvormig druiplijstje steunend op consooltjes in de vorm van mensenhoofden.

Ten westen van de binnenkoer, recht tegenover de toegangspoort, kapel, daterend uit de tweede helft van de 17de eeuw of de eerste helft van de 18de eeuw. Eenbeukige kapel van drie traveeën met halfronde sluiting, onder leien zadeldak (nok loodrecht op Bruggestraat). Onderkelderd gebouw, zie de rechthoekige en lichtgetoogde kelderopeningen in voor- en koorgevel. Witgeschilderde rode baksteenbouw op gepikte plint.

Eenvoudige, ingebouwde en verankerde puntgevel aan de binnenkoerzijde. Vermoedelijk 19de-eeuwse, getoogde muuropeningen op de benedenverdieping; erboven korfboogvenster in vlakke bepleisterde omlijsting, ijzeren roedeverdeling. Koorgevel en het vrijstaande gedeelte van de deels ingebouwde zuidgevel, getypeerd door ritmerende, bakstenen pilasters, voorzien van eenvoudige sokkel en kapiteel; linkergevel aansluitend met licht getrapte, dito kroonlijst. Pilaster links, recent verbreed. Licht getoogde, vermoedelijk 19de-eeuwse vensteropening met arduinen onderdorpels en kleine roedeverdeling op de twee bouwlagen.

Interieur. Witbepleisterd tongewelf. Geprofileerde kroonlijst. Ritmerende, vlakke pilasters met composietkapitelen. Recent aangebrachte moerbalken, ter ondersteuning van de roostering, die een tijdje de ruimte in twee verdiepingen verdeelde. Sporen van rondboogvenster ter hoogte van de tweede travee in de zuidgevel. Zwarte tegelvloer. Kleine, vlak onderzolderde kelder toegankelijk via rechte trap van gesinterde baksteen. Orgel, gebouwd in 1865 door Maximilien van Peteghem (Gent).

Bij de kapel aansluitende westelijke vleugel. Dubbelhuisopstand van vijf traveeën en twee bouwlagen onder kort overstekend zadeldak met geknikte dakoverstek (donkere Vlaamse pannen) voorzien van twee houten dakkapellen (leien). Gedateerd door middel van geschilderd opschrift op de penanten "1606", echter vermoedelijk daterend uit de tweede helft of het laatste kwart van de 17de eeuw. Witgeschilderde en bepleisterde pilastergevel, geordonneerd door kolossale pilasters voorzien van voluutkapiteel met festoen. Getoogde muuropeningen in een vlakke, bepleisterde en over de penanten doorlopende omlijsting; casementen onder de kroonlijst en op de penanten. Onderdorpels bestaande uit gebakken tegels. Korfboognis boven de deur. Houtwerk in de lijn van de 18de-eeuwse traditie: ramen, onder meer kruisramen, met kleine roedeverdeling; vleugeldeur met paneelwerk en deels behouden hang- en sluitwerk. Recente achtergevel.

Aangepast interieur. De plattegrond ontvouwt: gang, aan binnenkoerzijde, lopende over de lengte van het gebouw met aansluitend klaslokalen; analoge indeling op de verdieping. Balkenlagen bewaard onder het pleisterwerk. Links, arduinen trap van twee treden naar kapel (zie supra). Getelmerkt schaargebint met hergebruik van bepaalde elementen.

Noordvleugel. Dubbelhuisopstand van vier traveeën + twee opkamertraveeën en twee bouwlagen. De bedaking aan de zijde van de de binnenkoer (donkere Vlaamse pannen) is voorzien van twee houten dakkapellen (leien). Gedateerd "1731" door middel van geschilderd opschrift op de penanten. Witgeschilderde bepleisterde pilastergevel, analoog aan de eerste vleugel, doch soberder afgewerkt. Getraliede rechthoekige kelderopening rechts.

Rechthoekige vensteropeningen, verdiept in een getoogde, vlakke omlijsting doorlopend over de penanten; casementen onder de kroonlijst en op de penanten. Onderdorpels van gebakken tegels. Getoogde deuropening onder rechte, geprofileerde druiplijst, waarboven oculus. Deels behouden, vermoedelijk 18de-eeuws houtwerk zie de kruisramen met grote roedeverdeling links op de benedenverdieping, de opgeklampte strokendeur met behouden hang- en sluitwerk, de oculus, de ramen met kleine roedeverdeling op de verdieping.
Achtergevel volledig ingebouwd door de derde vleugel. Oostelijke zijgevel: twee rechthoekige kelderopeningen in een getoogde nis. Getoogde vensters in een vlakke bepleisterde omlijsting, doorlopend over de penanten.

Deels behouden interieur. Inkom- en traphal met houten zoldering (moer- en kinderbalken), zwarte tegelvloer. Links, rondbogige deuropening in een vlakke witbeschilderde omlijsting met natuurstenen (?) aanzetstenen. Kamer links: plafond met eenvoudig stucwerk met Lodewijk XVI-inslag; deels verdoken haard met geprofileerde, houten schouwbalk, muurkastjes met Lodewijk XVI-profiel rechts van de schouwboezem.

Rechts opkamer waaronder drieledige kelder bestaand uit twee parallelle en één haakse beuk onder tongewelven, onder meer voorzien van stucwerk in de vorm van rozet. Opkamer: balkenzoldering, waarvan moerbalken met geprofileerde balksloffen, laatst genoemden rustend op eenvoudige natuurstenen consoles; deels behouden zwarte tegelvloer. Muurkastjes met eenvoudig profiel links. Kamer links op de bovenverdieping, eenvoudige, kleine haard bestaande uit bakstenen (?) staanders en houten schouwbalk. Getelmerkt schaargebint met hergebruik van bepaalde elementen.

Parallelle noordvleugel, gebouwd tegen de achtergevel van de in 1731 opgetrokken noordvleugel. "1750" gedateerd door middel van later aangebrachte ijzeren ankers in de oostelijke geveltop; vermoedelijk verbouwd in de loop van de 19de eeuw zie bouwnaden in de zijgevels. Lange vleugel van twee bouwlagen en negen traveeën + vier traveeën zie bouwnaad, onder doorlopend, kort overstekend zadeldak. Verankerde, witbeschilderde baksteen boven een gepekte plint. Getoogde vensteropeningen, voorzien van bakstenen onderdorpels; enkele deuropeningen aangepast tot vensters. Zijgevels voorzien van aandaken.

Interieur. Behouden balkenzoldering waarvan de moerbalken met geprofileerde balksloffen. Behouden gebinte.

Oostvleugel. Haaks op de noordvleugel aanleunend gebouw, gedateerd "1788" door middel van gele baksteen opgenomen in het metselverband. Deze vleugel is in 1996 gerenoveerd naar ontwerp van architect L. Dedeyne (Torhout). Vleugel van zes traveeën op de begane grond en vijf op de tweede verdieping en twee bouwlagen. Verankerde, witbeschilderde baksteenbouw boven een gepekte plint. Getoogde muuropeningen; betegelde onderdorpels. Vernieuwd houtwerk, deels naar oud model.
Aangepast interieur. Behouden bekapping.

Neogotische kapel van 1890. Aan de straat gelegen, eenbeukige kapel van vier traveeën onder zadeldak (nok loodrecht op straat, leien). Gele baksteenbouw. Gebruik van rode baksteen voor aflijnende rollaag onder de geprofileerde houten gootlijst. Zuidelijke puntgevel met afzaten, schouderstukken en topstuk van Euvillesteen. Hoeklisenen overgaand in een getrapte fries ter aflijning van de tuitgevel. Verdiept rondbogig portaal, erboven gelijkvormig tweelicht; beiden onder gelijkaardige druiplijst (Euvillesteen); dito doorlopende afzaat.

Lange gevels geritmeerd door lisenen; dubbele tandlijst ter aflijning van het spaarveld. Rondbogige vensters onder meer één blinde, onder gelijkvormige druiplijst met gestrekte uiteinden (bakstenen rollaag); doorlopende arduinen onderdorpels. Rondboogdeur ter hoogte van de eerste travee aan de binnenkoerzijde. Ingebouwde achtergevel met afzaat. Recenter aangebouwd trappenhuis van één travee met rondboogvenster en venster in een geriemde omlijsting, bewaard houtwerk.

Interieur door middel van recente zoldering ingedeeld in twee verdiepingen. Kruisribgewelven steunend op pilasters met acanthusbladkapitelen en kruisbloemen. Koorgevel voorzien van spitsboognis met geschilderde afbeelding van het Lam Gods in de top, waaronder opschrift: "AGNUS DEI QUI TOLLIS PECATA MUNDI". Originele neogotische beschildering met sjabloonversiering behouden op de tweede verdieping en in het gewelf.

  • Archief Ruimtelijke Ordening West-Vlaanderen - Onroerend Erfgoed, W/00543.
  • CORNILLY J., Monumentaal West-Vlaanderen. Beschermde monumenten en landschappen in de provincie West-Vlaanderen. Deel III : Arrondissementen Brugge, Diksmuide, Oostende en Veurne, Brugge, 2005, p. 223.
  • HAELEWIJN R., Historiek van het huidige Cultuurcentrum, in Jaarboek van de Geschied- en Heemkundige kring Het Houtland, Torhout, 1966, p. 3-7.
  • LECOMTE E., Het hospitaal, in Jaarboek van de Geschied- en Heemkundige kring Het Houtland, Torhout, 1996, p. 82-84.
  • LECOMTE E., T'clooster genaemt T'hospitaal in Thorhout, in Jaarboek van de Geschied- en Heemkundige kring Het Houtland, Torhout, 1998, p. 76-122.
  • MESTDAGH M., Torhout. De geschiedenis van een stad, Torhout, 2000, p. 31, 256.
  • VAN ACKER L., Het oude hospitaal van Torhout, in Jaarboek van de Geschied- en Heemkundige kring Het Houtland, Torhout, 1984.
  • VAN ACKER L., Rond de stichting van het oude hospitaal van Torhout, in Jaarboek van de Geschied- en Heemkundige kring Het Houtland, Torhout, 1983.

Bron: VANNESTE P. met medewerking van MOEYKENS S. & CALLENS T. 2007: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Torhout, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL28, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Vanneste, Pol
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Hospitaal Ten Walle [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/87295 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.