Hoekpand van vier/twee + drie/twee traveeën en twee bouwlagen onder zadeldak (Vlaamse pannen), uit de 16de tot de 17de eeuw, later verdeeld in twee woningen. Verankerde en gewitte, bakstenen tuitgevel met vlechtingen en rechts een schouderstuk. Deels afgeschuinde hoek. Begane grond in tweede travee voorzien van rechthoekige deur en in vierde travee spitsboogdoorgang naar zijgevel; voorts rechthoekige vensters. Op bovenverdieping, vernieuwde kruiskozijnen en bewaard bolkozijn in de geveltop. Alle openingen hebben (deels recente) afgeschuinde dagkanten. Zijgevel met op korfboog uitkragende schoorsteenschacht. Haast volledig ingebouwde achtergevel: verankerde bakstenen puntgevel. Bijhorend huisje.