Twee neoclassicistische herenhuizen met bepleisterde lijstgevels van vier traveeën en drie bouwlagen onder een zadeldak, gebouwd in 1860 op de plaats van een groter complex, waarvan in kern nog een deel bewaard bleef, zoals de muurankers met kram en krul en de biljoen met kapel doen vermoeden. Bepleisterde lijstgevels met twee rechthoekige koetspoorten en dito vensters - beluikt op de begane grond - met nog origineel schrijnwerk en hardstenen onderdorpels die in de tweede bouwlaag van nummer 8 als cordon zijn uitgewerkt. De met schijven afgedekte steigergaten in nummer 8 en de gestucte fries met cassetten in nummer 10 worden bekroond door ver uitkragende, geprofileerde kroonlijsten die niet in elkaars verlengde liggen en die in nummer 8 de ietwat vooruitspringende poorttravee volgt. De deur uiterst rechts in het gevelvlak leidt naar een gemeenschappelijk gangetje tussen nummer 6 en nummer 8.
Bron: MONDELAERS L. & VERLOOVE C. met medewerking van VAN ROY D., VAN DAMME M. en MEULEMANS K. 2009: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie Vlaams-Brabant, Leuven binnenstad, Herinventarisatie, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen VLB2, onuitgegeven werkdocumenten. Auteurs: Verloove, Claartje; Mondelaers, Lydie Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)