Voormalige directeurswoning van de nabijgelegen Tuinbouwschool. In de periode 2000-2001 gerenoveerde, vrijstaande villa met omringende tuin, uit het laatste kwart van de negentiende eeuw, op het kadaster ingetekend in 1882. De tuin is aan de straatzijde afgesloten door een fraai ijzeren hek op een beraapte onderbouw. Bij de renovatie werd de voorgevel gedecapeerd en opnieuw bepleisterd; ook het schrijnwerk werd met uitzondering van de deuren volledig vernieuwd.

Bepleisterde en beschilderde constructie op rechthoekige plattegrond, vijf traveeën, souterrain en twee bouwlagen onder hoog schilddak. Neoclassicistische lijstgevel met hoeklisenen, geblokt op de verhoogde begane grond, met verdiepte schacht op de bovenverdieping; markant middenrisaliet, uitlopend op een dakvenster tussen vleugelstukken en bekroond door een driehoekig fronton; bel-etage met deurvenster en balkon op zware voluutconsoles. Eenvoudige, rechthoekige muuropeningen. Klassieke gevelaflijning door middel van een panelenfries en een houten kroonlijst op klossen. Gelijkaardige, doch vereenvoudigde achtergevel met centraal rondboogvenster en recent aangebouwd terras.

Vrij gaaf bewaard interieur met originele deuren; eenvoudige hal met bordestrap en gemarkeerd door composietpilasters, omlopende tandlijst en een lage, marmeren lambrisering. Leefruimten met deels gereconstrueerd, omlopend stuclijstwerk en een centraal -rozet, beide met vegetale motieven, marmeren schouwen; bovenverdieping met gelijkaardige elementen, doch vereenvoudigd. Souterrain met troggewelven en zwart/witte tegelvloer. Bewaard gebint.